Deze wegwijzer hoort bij actie 15 uit lijst met minimale acties. Vanaf de inwerkingtreding van de wet is elke gemeente in staat te werken met het tijdelijke omgevingsplan (van rechtswege).
Voor minimale actie 14 (kunnen wijzigen omgevingsplan) is ook een wegwijzer opgesteld. Daarin vindt u meer informatie over het kunnen wijzigen van het omgevingsplan. Deze wegwijzer focust zich op het kunnen werken met het tijdelijk deel van het omgevingsplan. Hieronder verstaan we grip op de planologische situatie waarin gemeenten bij inwerkingtreding zich bevinden met inbegrip van alle keuzes en verplichtingen die dit met zich brengt.
Urgentie
Het niet kunnen werken met het tijdelijk omgevingsplan en geen inzicht hebben in het overgangsrecht betekent dat het risico op juridische (vorm)fouten toeneemt. Dit zorgt voor vertraging en kan ertoe leiden dat het bevoegd gezag (reputatie)schade oploopt.
Een gevolg kan ook zijn dat gemeenten veronderstellen in een andere juridische werkelijkheid te verkeren dan dat ze (op basis van overgangsrecht) blijken te zijn.
Gemeenten hebben scherp of en hoe bestaande verordeningen (automatisch) onderdeel gaan uitmaken van het omgevingsplan en welke acties hieraan -afhankelijk van de lokale situatie- verbonden zijn. Eerste prioritering de formele verwijzigingen aanpassen aan de Omgevingswet. Zie hiervoor ook de webpagina Overzicht VNG adviezen aanpassen verordeningen vóór inwerkingtreding Omgevingswet.
De bruidsschatregels en instructieregels (van provincie en rijk) zijn bij de medewerkers bekend en eventuele knelpunten met de lokale situatie en het Besluit kwaliteit Leefomgeving zijn inzichtelijk en geadresseerd.
Medewerkers kunnen omgaan met de verschillende fases van omgevingsinstrumenten (bijvoorbeeld besluitvorming en beheer van het tijdelijk regelingdeel).
Medewerkers kennen het overgangsrecht en de gebruiksmogelijkheden voor/van wijzigingsbevoegdheden en uitwerkingsverplichtingen uit de bestemmingsplannen
U heeft overzicht op de lopende projecten die als eerste een wijziging van het omgevingsplan vragen. De beleidsterreinen die daarin meespelen komen als eerste aan de orde.
-
Maak een bewuste keuze hoe lang de overgangsfase naar het definitieve omgevingsplan duurt (zie ook minimale actie 16). Hoe langer het tijdelijke en definitieve omgevingsplan naast elkaar bestaan, hoe langer het duurt voordat de meerwaarde van de Omgevingswet zichtbaar zal zijn.
-
Bij de bruidsschat krijgen gemeenten ook toepasbare regels van het Rijk: voor de formulieren voor alle indieningsvereisten in de bruidsschat en voor een beperkt aantal vergunningchecks en maatregelen op maat. Bekijk deze regels goed en pas ze waar nodig aan de eigen situatie. Zie daarvoor wegwijzers 5 en 10.
-
Uiterlijk (vooralsnog) eind 2029 zijn alle regels van het omgevingsplan opgenomen in het niet-tijdelijke deel van het omgevingsplan. Dit betekent niet dat de regels die dan nog in het tijdelijke deel staan van rechtswege vervallen.
-
Verdiep u voordat de wet in werking treedt in de bruidsschat, het overgangsrecht en de wijze waarop het tijdelijk omgevingsplan geraadpleegd kan worden in het DSO-LV.
-
Denk na over wat u met de bruidsschatregels wilt doen. Vervangt u deze vanaf de inwerkingtredingsdatum door eigen regels, of gaat u hier later mee aan de slag?
-
De vindplaats van regels verandert van www.ruimtelijkeplannen.nl naar het nieuwe Omgevingsloket. Zorg ervoor dat u oefent met het nieuwe DSO-LV.
-
Ook het toepassen van regels verandert. Aan de hand van een aanvraag moet u afhankelijk van de omstandigheden van het geval (activiteit) beoordelen of het nieuwe recht of het nu vigerende recht van toepassing is. Zorg ervoor dat u snapt welke procedures en termijnen wanneer van toepassing zijn.
-
De bruidsschat moet (vooralsnog) eind 2029 zijn verwerkt in het omgevingsplan. Het versneld verwerken van de bruidsschat in het omgevingsplan is een optie, maar geen noodzaak. De bruidsschat is beleidsarm overgezet vanuit de nu geldende rijksregels. Het overgangsrecht zorgt ervoor dat in het geval van een conflict tussen een geldende lokale verordening(en) en de bruidsschat de lokale verordening voorgaat.
-
Er zijn vier onderwerpen belangrijk bij het opschonen van de planvoorraad (Zie ‘Handreiking data op orde’):
-
Opschonen planversies na onherroepelijk worden van een plan;
-
Dossiers op goede manier opschonen;
-
Zorgen dat planvoorraad overeenkomt met ruimtelijkeplannen.nl
-
Het intern archiveren van plannen die niet meer vigerend zijn
-
-
In sommige gevallen kan het nuttig zijn de bestaande bestemmingsplannen te updaten. Bijvoorbeeld bij bestemmingsplannen waar nog gerechtelijke uitspraken voorliggen of voor plannen met regelgeving waar het college niet meer achter staat. Let hierbij wel op dat de metadatering klopt.
-
Het DSO-LV kan alle typen bestemmingsplannen tonen. Echter, in geval van ‘oude’ plannen (gemaakt in pdf of html formaat) biedt het DSO-LV wat beperktere mogelijkheden voor het tonen van het plan dan het geval is bij ‘nieuwe’ plannen (die objectgericht zijn opgesteld).
-
U kunt met twee instrumenten, buitenplanse omgevingsplanactiviteit (BOPA) en het wijzigen van het omgevingsplan, nog steeds initiatieven accommoderen die niet binnen de regels van het omgevingsplan passen. Echter kan niet alles met een BOPA worden ondergevangen. De voor- en nadelen hiervan staan in de werkwijzer omgevingsplan.
-
Ga voor lopende projecten na of het verstandig is om deze de planologische grondslag van de Wro of van de Omgevingswet te geven.
-
Maak een ‘start-omgevingsplan” waarin voor een klein gebied geoefend kan worden met het opstellen van juridische regels in een plan, het maken van geo-contouren en het opstellen van toepasbare regels.
-
Bestemmingsplannen kunnen na inwerkingtreding niet meer aangepast worden (behoudens lopende procedures). Het is zinvol de bestaande planvoorraad te ontdoen van vervuiling en om de metadata (statussen etc.) op orde te brengen. Het upgraden van oude plannen (IMRO2006, IMRO2008) is voor tonen in het DSO niet noodzakelijk.
Beschikbare toepasbare regels en behandeldienstinstellingen op oefenomgeving DSO
Overzicht VNG adviezen aanpassen verordeningen vóór inwerkingtreding Omgevingswet
Vindt u niet wat u zoekt? Kijk voor meer producten en diensten eens in de Catalogus Omgevingswet voor gemeenten.
-
Heeft u naar aanleiding van deze wegwijzer een inhoudelijke vraag? Stel uw vraag via het Informatiepunt Omgevingswet.
-
Voor ondersteuning bij dit onderwerp kunt u ook terecht bij jouw Regionale Implementatiecoach Omgevingswet (RIO).