Wegwijzers bij minimale acties Omgevingswet

Deze wegwijzer hoort bij actie 12 uit lijst met minimale acties. De gemeente heeft toezicht en handhaving afgestemd op de bedoelingen en eisen van de Omgevingswet, in samenwerking met uitvoeringsorganisaties en andere bevoegd gezagen. 

De Omgevingswet heeft op uiteenlopende wijzen consequenties voor toezicht en handhaving. Zo is er vaker sprake van algemene regels en zorgplichten. Zorgplichten kunnen zowel bestuursrechtelijk als strafrechtelijk worden gehandhaafd. Een overtreding van een gedoogplicht is onder de Omgevingswet strafbaar te stellen. De mogelijkheden voor de bestuurlijke boete zijn uitgebreid. Tenslotte kunnen bevoegdheden worden overgedragen aan een ander bestuursorgaan. Deze veranderingen zullen deels effect hebben vanaf datum van inwerkingtreding als gevolg van de wet, AMVB's en Regeling – en deels in de jaren daarna door nieuwe (typen van) regels in de omgevingsverordening en het omgevingsplan. Dit vraagt aanpassingen van organisatie, processen en systemen, in samenwerking met uitvoeringsorganisaties en andere bevoegd gezagen. 

Er zijn verschillende meningen over hoe groot de impact is van de Omgevingswet op toezicht en handhaving. De minimale impact is dat de juridische grondslagen wijzigen en dat toezichthouders en handhavers met de nieuwe wet (en soms meer in samenhang) moeten kunnen werken. Daarnaast biedt de wet zoals hierboven geschetst ook mogelijkheden om andere instrumenten te gebruiken. En tot slot zien we dat veel gemeenten de implementatie gebruiken om het toezicht en handhavingsbeleid beter en anders te organiseren en zetten een verbetertraject in gang die past bij de geest van de Omgevingswet.  

Urgentie 

Wat als ik het niet doe? 

  • Als u uw medewerkers niet opleidt en niet eigen maakt met de Omgevingswet (en Wkb), zullen zij niet in staat zijn om goed toezicht te houden. 

  • Als de gemeente er niet voor zorgt dat de keten met vergunningverlening en zaakdossiers goed op elkaar sluiten, kan het toezicht en de handhaving niet goed worden uitgevoerd. 

  • Het is van belang om goed te bezien hoe en op welke wijze de gemeente de zaakdossiers vanuit het vergunningenproces overdraagt naar toezicht en handhaving. Daarbij is het van belang om een initiatief als een zaak over te dragen, zodat er een integraal dossier is, waar de gemeente bevoegd gezag is. 

  • Als vanuit de visie (en doorvertaald naar het omgevingsplan) geen duidelijke prioritering wordt meegegeven ten aanzien van toezicht en handhaving, worden mogelijke doelstellingen niet gehaald. De doorvertaling van de prioriteiten vindt plaats naar bepaalde initiatieven en/of gebieden. In het VTH-beleid kan dan worden verduidelijkt hoe het naleefgedrag kan worden gemaximaliseerd en de toezichtsinzet kan worden doorvertaald naar inzet op bepaalde type verleende vergunningen/meldingen/informatieplichten, thema’s, activiteiten of specifieke gebieden. Ook wordt duidelijk als er meerdere disciplines nodig zijn om het toezicht goed te organiseren (en dus een vorm van toezichtstafel wenselijk zou kunnen zijn). 

  • Als er niet zorg wordt gedragen voor ervaringen en gegevens van toezichthouders worden meegenomen bij het opstellen van het omgevingsplan, kunnen er regels komen die niet of onvoldoende bijdragen aan de beleidsdoelstellingen omdat het naleefgedrag lastig te bevorderen is vanuit toezicht en handhaving.

  • Als er geen goede regie en afstemming is met ketenpartners, kan dat problemen opleveren in de uitvoering, waarbij zaken langs elkaar heen gaan, werk dubbel wordt gedaan en/of tegenstrijdige signalen uitgaan naar inwoners en bedrijven.