Het opstellen van het integrale omgevingsplan zal hand in hand moeten gaan met inhoudelijke wijziging van lokale verordeningen met bepalingen over de fysieke leefomgeving. De VNG stelt per verordening een handreiking beschikbaar en waar relevant voorbeeldbepalingen en/of voorbeeldregels voor het omgevingsplan.

De meeste lokale verordeningen maken in de eerste periode na inwerkingtreding van de Omgevingswet nog geen deel uit van het omgevingsplan. Als er sprake is van wijziging van de fysieke leefomgeving zullen de regels gedurende de overgangsfase deels opgenomen moeten worden in het omgevingsplan. Na afloop van de overgangsperiode hebben specifieke bepalingen geen rechtskracht meer als deze in een verordening blijven staan en niet opgenomen zijn in een omgevingsplan, terwijl dat volgens de Omgevingswet wel had gemoeten.

De VNG stelt voor de relevante verordeningen handreikingen en voorbeeldbepalingen beschikbaar voor inhoudelijke aanpassing van (model-)verordeningen met bepalingen over de fysieke leefomgeving. NB: Voorbeeldbepalingen hebben niet de status van modelbepalingen. Daarnaast stelt de VNG voorbeeldregels beschikbaar voor de bepalingen waarvan het wenselijk is dat ze worden opgenomen in het omgevingsplan.