In de rubriek ‘Vraag het de jurist’ buigen juristen van de VNG zich over vragen rond toezicht en handhaving die leven bij gemeenten. Corine Bartlema, als jurist verbonden aan Team Zorg, beantwoordt deze maand de vraag over de wijze waarop een Wmo-toezichthouder kan controleren of zorgverleners de juiste diploma’s hebben.
Wat zegt de wet?
De Wmo 2015 regelt in artikel 2.1.3 lid 2, onder c, dat de gemeenteraad in de verordening eisen stelt over kwaliteit van de voorziening én eisen stelt aan de deskundigheid van beroepskrachten. Een toezichthouder is op grond van artikel 6.1 en artikel 2.1.3, vierde lid Wmo in zijn taak onder meer belast met het houden van toezicht op de naleving van het bepaalde in de verordening. In de memorie van toelichting is toegelicht dat artikel 6.1 Wmo niet alleen ziet op de naleving van de neergelegde regels in de Wmo 2015 en de gemeentelijke verordening. Dit artikel ziet ook op voorwaarden die het college ter voldoening aan wettelijke regels en verordeningen mogelijk in overeenkomsten met aanbieders heeft opgenomen.
Een persoon die op grond van artikel 6.1 Wmo 2015 is aangesteld als toezichthouder in de zin van artikel 5:11 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), kan gebruikmaken van de bevoegdheden zoals vermeld in titel 5.2 Awb.
De toezichthouder is bevoegd om op grond artikel 5:16 Awb inlichtingen te vorderen en op grond van artikel 5:17 Awb inzage te vorderen in zakelijke gegevens en bescheiden.
Zakelijke gegevens zijn gegevens die worden gebruikt ten dienste van het maatschappelijk verkeer. Hiermee kan dus geen inzage worden gevorderd in persoonlijke gegevens en bescheiden. Maar persoonlijke gegevens kunnen wel een zakelijk karakter hebben en daarmee onder de reikwijdte van artikel 5:17 Awb vallen.
De memorie van toelichting geeft hier als voorbeeld dat een leerplichtambtenaar de aanwezigheidsregistratie van een leerling op school kan inzien, omdat deze persoonlijke gegevens een zakelijk karakter hebben. Een diploma is een zakelijke gegeven, gezien een diploma ten dienste staat van het maatschappelijke verkeer, omdat diploma’s een waarborg vormen voor deskundigheid van beroepskrachten die Wmo-voorzieningen leveren.
In de praktijk
De toezichthouder kan dus op grond van 5:17 Awb inzage vorderen in diploma’s. Zorgverleners dienen op grond van artikel 5:20, eerste lid, Awb medewerking te verlenen. De toezichthouder kan tijdens een inspectiebezoek een zorgverlener vragen in te loggen bij DUO om het diploma of de diploma’s te laten zien. Zo is de toezichthouder er ook zeker van dat het diploma niet vervalst is.
Op grond van artikel 5:16 Awb kan de toezichthouder inlichtingen vorderen. Hieronder valt ook het vorderen van kopieën van gegevens en bescheiden (zie ook de uitspraak Rechtbank Rotterdam 21-02-2013, ECLI:NL:RBROT:2013:BZ2448).
Evenredigheid in acht nemen
De toezichthouder dient bij de vordering het evenredigheidsbeginsel in acht te nemen bij de uitoefening van zijn taak. Dit houdt in dat de toezichthouder zijn bevoegdheid niet mag uitoefenen als dat voor de vervulling van zijn taak niet noodzakelijk is. Hij of zij moet afwegen of het vorderen van alle diploma’s nodig is, of dat een steekproef volstaat. Ook kan de toezichthouder zich afvragen of alle diploma’s gekopieerd moeten worden, of dat inzage op kantoor voldoende is. Hij of zij moet altijd goed kunnen motiveren waarom de vordering op deze manier noodzakelijk is voor de uitvoering van de taak.
Meer informatie
- Artikel 2.1.3 Wmo 2015
- Artikel 6.1 Wmo 2015
- Artikel 5:11 Awb
- Titel 5.2 Awb
- Artikel 5:16 Awb
- Artikel 5:17 Awb
- Artikel 5:20 Awb
- Rechtbank Rotterdam, 21-02-2013, ECLI:NL:RBROT:2013:BZ2448
- Rechtbank Den Haag, 17-11-2022, ECLI:NL:RBDHA:2022:12623
Heeft u zelf een vraag? Neem dan contact op met de adviseur Zorg in uw regio.