VNG Magazine nummer 13, 11 september 2020

Tekst: Marten Muskee | Beeld: Shutterstock

Hoe ga je als bestuurder het gesprek aan over de gevolgen van de coronacrisis? Een recente handleiding biedt raad. ‘Niemand wil in het luchtledige praten als het gaat om de juiste bestuurlijke keuzes,’ zegt COT-directeur Marco Zannoni.

 

COT

De Gespreksagenda transitiefase coronacrisis is opgesteld door de VNG, in samenwerking met het COT (Instituut voor Veiligheids- en Crisismanagement). Volgens COT-directeur Marco Zannoni biedt het document gemeenten input voor een heldere dialoog in roerige tijden. De gespreksagenda geldt als leidraad voor het gesprek dat college, gemeenteraad en inwoners voeren over de impact van de coronacrisis. Ze is bedoeld als gespreksrichting bij het doordenken en bespreken van de keuzes op sociaal, economisch en fysiek vlak.

En dat zijn er nogal wat, volgens Zannoni. Hij signaleert dat er in de afgelopen periode veel werk is verzet door de lokale crisisorganisaties en de veiligheidsregio’s bij de bestrijding, handhaving en communicatie rond corona. Gemeenten hebben op verschillende momenten maatregelen moeten treffen. Tegelijkertijd werd duidelijk dat allerlei vraagstukken zich opstapelen.

Zannoni: ‘De VNG en het COT kwamen tot de conclusie dat er diverse handreikingen zijn, maar geen overzicht voor bestuurders dat hen helpt om, los van de waan van de dag waar iedereen lang inzat, intern de discussie aan te gaan. Aan de hand van deze gespreksagenda kunnen bestuurders zelf scherp krijgen hoe ver de gemeente staat in al die coronagerelateerde onderwerpen, en welke zaken ze moeten oppakken op weg naar onder meer de begrotingsbehandeling.’

Verdiepende vragen

De agenda biedt een overzicht van de vraagstukken en geeft input voor reflectie aan de hand van twaalf thema’s, met daarbij kernvragen en verdiepende vragen. Ook wordt verwezen naar handreikingen, websites en andere tools als hulpmiddel bij het vinden van antwoorden.

Volgens Zannoni staat of valt alles met het ‘zicht’ van bestuurders op de opgave, de risico’s en de bestuurlijke principes. Dat zicht moet ook letterlijk opgehaald worden uit de samenleving, daar spelen verborgen effecten door de impact van het virus en de maatregelen daartegen. ‘Het bestuur zat de afgelopen maanden letterlijk binnen, het aangaan van het gesprek met inwoners gebeurde beperkt. Het is niet zo dat het college nu een brede maatschappelijke groep heeft waarmee men in gesprek is. Haal op wat er speelt en leeft, is het advies. En dan gaat het niet over de usual suspects die toch al aan tafel zitten, zoals de horecaondernemers.’

Murw

Kijkend naar de grip van gemeenten op de gevolgen van het virus, spreekt  Zannoni van een versnipperd beeld. ‘Sommige gemeenten hebben een impactanalyse gedaan of bespraken de crisis in het college. In veel gemeenten is dat echter nog niet gebeurd, mede vanwege het zomerreces. Die hebben nog beperkt zicht op de werkelijke impact, en ook daarom zijn vraagstukken vooruitgeschoven.’

De komende maanden moeten er keuzes worden gemaakt. Worden de steunmaatregelen bijvoorbeeld verlengd of  huurinningen verder uitgesteld? ‘Langzaamaan wordt duidelijk welke sociale effecten optreden. De crisis zorgt voor impact op elk beleidsterrein en gemeenten moeten dat met beperkte middelen zien op te lossen. Het wordt een drukke en ingewikkelde periode, waarvan bestuurders nu al weten dat ze niet iedereen kunnen helpen.’

De gespreksagenda was begin juli al afgerond. Gemeenten zijn dan ook opgeroepen om de zomer te benutten om de vraagstukken op te pakken en te doordenken. ‘Daar bleek toen beperkte energie voor. Bestuurders en ambtenaren hebben hard gewerkt en hun uiterste best gedaan om steeds weer te reageren op nieuwe maatregelen, grotendeels werkend vanuit huis. Mensen waren murw. Bovendien kunnen de onzekerheden over wat ons nog te wachten staat verlammend werken.’ Een en ander komt in een stroomversnelling nu de begrotingsbehandelingen beginnen.

Op alle vraagstukken zullen bestuurders een coronatoets moeten doen

Verschillende gemeenten komen al met concrete pakketten aan maatregelen, hebben heidagen met hun colleges gepland en momenten met de gemeenteraad staan. Velsen nam al een voorzet door als college dilemma’s voor te leggen aan de raad. Zannoni begeleidde recent ook een sessie in Rijswijk met wethouders over de dilemma’s die zij op zich af zien komen, en wat daarbij dan de bestuurlijke uitgangspunten zijn.

Een bult werk

Of er nu wel of geen tweede coronagolf aankomt, die verbreding van de impactanalyses is nodig om zaken helder te krijgen. ‘Zijn nieuwe maatregelen bijvoorbeeld het laatste zetje voor sommige sectoren om over de kop te gaan? En wat betekent dit voor de tweedeling en voor nieuwe en oude kwetsbare groepen? Wat betekent de crisis voor de mobiliteitsplannen nu mensen vaker thuiswerken? En hoe gaan gemeenten om met grote projecten en bijbehorende investeringen die op stapel staan? Misschien is er wel net beleid gemaakt op participatie. Op al die vraagstukken zullen bestuurders een coronatoets moeten doen.’

Volgens Zannoni ligt er een bult werk op de gemeenten te wachten onder slechte financiële omstandigheden. De coronacrisis raakt alles en dat zorgt voor veel vraagstukken. De agenda probeert daar orde in te scheppen. ‘Probeer bijvoorbeeld de tweedeling in de samenleving te verkleinen via steunmaatregelen’, verduidelijkt Zannoni. ‘Is de publieke ruimte vooral voor ondernemers die hun terrassen mogen uitbreiden en accepteren we overlast voor inwoners? Krijgt de cultuursector extra ondersteuning of ga je op zoek naar inwoners met uitgestelde hulpvragen?’

Brede dialoog

Colleges zullen echt moeten inventariseren wat er speelt en dat beantwoorden via bestuurlijke keuzes. Gebeurt dat niet aan de voorkant, dan ontstaan straks ingewikkelde discussies bij de begrotingsbehandelingen. ‘Bestuurders en ambtenaren maken iedere dag keuzes, de vraag is alleen of die in samenhang worden gemaakt. De gespreksagenda dwingt om zaken letterlijk op tafel te leggen en daarover te praten. Pak een middag met het college en praat over de impact van de crisis, dat heeft nog bijna niemand gedaan. Een goede dialoog, zowel intern als extern, vormt de basis.’

Van de twaalf thema’s in de agenda is het eerste – zicht op de opgave, de risico’s en de bestuurlijke principes – voor Zannoni dan ook het belangrijkste. Zonder zicht praten colleges over alle thema’s in het luchtledige. Lokaal maatwerk in communicatie is wat hem betreft ook cruciaal, het is niet meer genoeg om landelijke boodschappen lokaal door te zetten. ‘De lokale economie en de kwetsbare groepen vormen de grootste vraagstukken waarvoor keuzes nodig zijn. De gemeente zal daarvoor een brede dialoog met de samenleving moeten voeren om draagvlak te krijgen.’ Alle bestuurders zullen de komende weken permanent de stad of het dorp in moeten om het gesprek aan te gaan.

Rolverdeling

Waar ook snel duidelijkheid over moet komen, is de verhouding tussen de rol van de burgemeester en die van de voorzitter van de veiligheidsregio. Er leven veel vragen over maatregelen zoals het sluiten van een gelegenheid of het instellen van een mondkapjesplicht. Het voorstel voor een Tijdelijke wet maatregelen covid-19 benoemt die lokale rol van de gemeenteraad volgens Zannoni niet duidelijk genoeg.

Dat zorgt voor discussie. ‘In het voorstel is sprake van een grotere rol voor het lokaal gezag, en waar het dan gaat over handhaving, interpreteert men dat verschillend. De een denkt dat de burgemeester weer zijn rol kan nemen bij de infectieziektebestrijding, terwijl de ander die blijft toedichten aan de regio. Bied helderheid, want het gaat hier wel over de kern van de bestuurlijke rolverdeling bij deze crisis.’

Eén landelijke aanpak

Momenteel wordt ook veel gesproken over de zogenaamde regionale en lokale aanpak tegenover de aanpak van het Rijk. Dat klopt niet, vindt Zannoni. Het gaat om één landelijke aanpak, met soms nationale en soms regionale of lokale maatregelen in antwoord op een incident of risico. De basis wordt gevormd door landelijke aanwijzingen van de minister van Volksgezondheid. ‘Alles wat burgemeesters en voorzitters van de veiligheidsregio’s doen, gebeurt in dat licht. Eén aanpak met heldere en gedeelde uitgangspunten, maakt inzichtelijk hoe overheden met elkaar omgaan en hoe de escalatieladder met maatregelen werkt. Lokale maatregelen zijn als het goed is een antwoord op een lokaal hoger risico. Dan kunnen gemeenten ook duidelijk aan hun inwoners en ondernemers uitleggen dat er een logica in het overheidshandelen zit en geen willekeur.’

Gespreksagenda transitiefase coronacrisis

Podcast

Crisisexpert Marco Zannoni is vanaf het begin betrokken bij de aanpak van de coronacrisis. In de podcast VNG Praat Mee blikt hij vooruit, maar kijkt hij ook terug. Luister via vng.nl/artikelen/podcast.

Marco Zannoni, directeur COT

‘De crisis zorgt voor impact op elk beleidsterrein en gemeenten moeten dat
met beperkte middelen zien op te lossen.’