Laatst bijgewerkt: 4 juni 2025

VNG Magazine nummer 9, 6 juni 2025

Tekst: Marten Muskee | Beeld: Gerlo Beernink

Als voorzitter vindt Jeroen Dijsselbloem het eervol namens de 21 gastgemeenten tout lokaal bestuurlijk Nederland te mogen ontvangen in zijn Brainportregio. En dat voor het honderdste VNG Jaarcongres.

Jeroen Dijsselbloem

Veel uitwisseling en inspiratie, daar draait het om bij de VNG Jaarcongressen, zegt Dijsselbloem in gesprek met VNG Magazine over wat de 21 gastgemeenten te bieden hebben. ‘Het Jaarcongres gaat altijd over onze bestuurlijke actualiteiten. Hoe staan we ervoor als gemeente, waar zitten de knelpunten en wat zijn de discussies met het rijk? Dat het de honderdste keer is, geeft dit congres een extra dimensie. Het gaat dan ook over de traditie en historie van de VNG en gemeenten. Dat kunnen we dit keer plaatsen tegen de achtergrond van een zeer innovatieve regio.’

Een regio in transitie. Herkende u die nog toen u naar uw Eindhoven terugkwam als burgemeester? 
‘Ik ben een kind van de regio, opgegroeid in Son en in Eindhoven. De families van zowel mijn vader als moeder wonen in deze regio. Veel is nog herkenbaar. Dat zit hem in de structuur van de stad, in de kenmerken van de streek, maar zeker ook in de cultuur, de gemoedelijkheid en het carnaval. Tegelijkertijd is de stad flink veranderd. Toen ik wegging, was Eindhoven een middelgrote, niet superdynamische industriële stad. Nu is de stad veel internationaler, veel bruisender met een groot aanbod aan cultuur en design. Dat leidt tot wat wij de Eindhovense vibe noemen. Een sfeer die er niet was in mijn jonge jaren. Wij vermaakten ons wel als middelbare scholieren in Eindhoven, maar het is onvergelijkbaar met de huidige sfeer en uitstraling van de stad en regio. Ik maak op de een of andere manier opnieuw kennis met deze regio die ik op mijn negentiende verliet.’

Eindhoven was een klein stadje toen Philips hier kwam

'Samen maken we de toekomst' is het congresthema. Biedt Brainport de inspiratie hiertoe?
‘Deze innovatieve regio telt meer dan zevenduizend tech maakbedrijven. Die zijn allemaal bezig met heel slimme oplossingen voor de uitdagingen van de toekomst. Daar kunnen wij de congresgangers mee inspireren. De discussie gaat altijd over de economie en samenleving zoals we die kennen. We besteden betrekkelijk weinig tijd aan innovatieve oplossingen of nieuwe manieren om problemen te benaderen. Aan de Design Academy Eindhoven, een internationaal topinstituut, worden ook social designers opgeleid. Dat zijn designers die niet aan de slag gaan met materie, maar die maatschappelijke uitdagingen op een geheel nieuwe manier doordenken. Er gebeurt hier heel veel.’ 

De samenwerking in Brainport wordt steeds hechter. Hoe krijgen jullie dat voor elkaar? 
‘Dat heeft een lange traditie. Het is niet ineens bedacht. Eindhoven was een klein stadje toen Philips hier kwam. Dat werd het grootste bedrijf in de geschiedenis van Nederland. Een grote multinational die ook een enorme verantwoordelijkheid nam voor de ontwikkeling van de stad. Die liet woonwijken bouwen, een studiefonds en moeder- en kindzorg opzetten en richtte een privaat bedrijfspensioenfonds op. Allemaal zaken die er in die tijd nog helemaal niet waren. Die verantwoordelijkheid voor het welbevinden van de stad en de regio proef ik nog steeds bij veel van onze bedrijven. Het bedrijfsleven draagt honderden miljoenen bij aan publieke investeringen die nodig zijn in deze regio. Dat is uniek en komt ook voort uit die lange traditie. 
'Een tweede aspect is dat de belangen van die grote groep tech maakbedrijven sterk parallel zijn geschakeld. Ze hebben er allemaal belang bij dat hier wordt geïnvesteerd in talentontwikkeling. Ze hebben er een enorm belang bij dat hier voldoende betaalbare woningen komen voor hun medewerkers. Bedrijven werken onderling ook veel samen met de kennisinstellingen. De echte elementaire innovatie komt eigenlijk daarvandaan. Ook daar weer die sterk gedeelde belangen. Dat maakt dat de samen­werking hier zo tot zijn recht komt. Elke publiek-private samenwerking begint met het goed formuleren van het gedeelde belang en wat je samen wilt bereiken. Bijzonderheid is ook dat het in de jaren negentig economisch heel slecht ging in deze regio. Het waren heel donkere dagen waarin een groot deel van onze beroepsbevolking in één keer thuis zat. Dat gaf een extra impuls. Hoe komen we samen uit dit diepe dal?’

Geld in de pot stoppen om samen te kunnen investeren

U gelooft in gezamenlijke financiering om publiek-private samenwerking succesvol te maken?
‘Samenwerking krijgt body en gaat vliegen, door wat de Engelsen skin in the game noemen. Geld in de pot stoppen om samen te kunnen investeren. Daar geloof ik sterk in. Nederland kent veel overlegtafels en samenwerkingsverbanden. Het grote risico is dat we blijven steken in praten. Hier maken we het concreet. Wat gaan we dan doen, wat is er nodig en ben je ook bereid om mee te financieren? Concreet voorbeeld is ons busstation. Dat moet wel drie keer zo groot worden om aan de toenemende vraag te voldoen. Daar draagt het rijk aan bij, de provincie, het bedrijfsleven en alle 21 gemeenten naar rato van hun omvang. We weten allemaal dat dit busstation de levensader is naar alle kernen in de regio. Het besef bij alle gemeentebesturen is diep dat de Brainportregio echt één regio is met één arbeidsmarkt. Wij beseffen dat we hier moeten samenwerken en dat we sterk gedeelde belangen hebben. We plukken de vruchten en adresseren de knelpunten die er zijn. Iedereen herkent de bijzondere positieve ontwikkeling waar deze regio in verkeert.’ 

Is het moeilijk een balans te vinden tussen de wensen van bedrijven en de publieke belangen? 
‘Daar bestaan heldere afspraken over. Gegeven het enorme belang van dit bedrijf voor Nederland en Europa, willen we de groei die ASML nodig heeft graag hier realiseren. Maar dat vergt ook inzet en een bijdrage van de onderneming, waar ze ook zeer toe bereid is. ASML betaalt mee aan infrastructuur, woningbouw en talentontwikkeling en sponsort veel maatschappelijke doelen. Maar op de thema’s infrastructuur en woningbouw is het aan de politiek om te besluiten welke woningen er voor welke doelgroepen komen. De gemeenteraden nemen de besluiten, het bedrijfsleven is het daarmee eens. Het is dus niet zo dat in de boardrooms van ons bedrijfsleven wordt besloten voor wie er gebouwd gaat worden.’ 

Iedereen herkent de bijzondere positieve ontwikkeling van deze regio

Alles staat onder druk. Hoe vangt u die grote groeiopgave op?
‘We werken heel nauw samen met de woningbouwcorporaties en projectontwikkelaars. We creëren teams waar mensen fysiek naast elkaar zitten om te proberen de procedures en de werkvoorbereiding sneller en efficiënter te laten lopen. Per project wordt bekeken wat er nodig is om te versnellen. Voor het stikstofprobleem hebben we Den Haag nodig. Voor de netcongestie heb ik TenneT, Enexis en ook Den Haag nodig. Maar hiervoor kan de Brainportregio ook zelf innovatieve oplossingen aandragen dankzij de bedrijven gespecialiseerd in batterijtechnologie.
‘Veel mensen werken ook aan een slimmere manier van omgaan met overschotten en tekorten aan energie. Het is geen permanente piek op het elektriciteitsnet. Hoe kunnen we het gebruik slimmer spreiden over de dag en week? Belangrijk punt hierbij is dat de Brainportregio absoluut niet de ambitie heeft om alles hier te houden en hier op te lossen. De druk wordt te groot. Een deel van onze economische groei gaat zich verplaatsen naar een groter gebied om de regio heen. Wij ontwikkelen nu samenwerking met onder meer Weert en Venlo in Limburg. Wij zijn ook in gesprek met Meierijstad en met Tilburg. Brainport Eindhoven zal hopelijk sterk blijven en als ecosysteem verder groeien. Onze ruimtebehoefte, onze talentbehoefte en onze elektriciteitsbehoefte maken dat de olievlek steeds groter wordt. Steeds meer gemeenten zullen meeprofiteren van het succes van de Brainportregio.’

Wie is…

Jeroen Dijsselbloem (PvdA) is voorzitter van de Brainportregio Eindhoven. Sinds 13 september 2022 is hij burgemeester van Eindhoven.