Laatst bijgewerkt: 23 juni 2025

VNG Magazine nummer 10, 27 juni 2025

Tekst: Chantal van Hulzen

Tienduizend huishoudens hebben last van alleenverdienersproblematiek en krijgen te weinig toeslagen. Gemeenten kunnen deze mensen actief hulp bieden. Dat biedt kansen om inwoners te helpen en ze in een betere positie te brengen.

Chantal van Hulzen

Menig gemeente zal verzucht hebben: moeten we nu alweer een probleem van de rijksoverheid oplossen? Ik heb het over de alleenverdienersproblematiek: het repareren van een tekort aan toeslagen bij tienduizend huishoudens. Ga er maar aan staan, in tijden van drukte en met het ravijnjaar in zicht. Maar toch, het biedt ook kansen. Kansen om inwoners te helpen, om ze te leren kennen en uiteindelijk in een betere positie te brengen.
Alleenverdienershuishoudens hebben een laag netto- maar hoog bruto-inkomen, vaak een UWV-uitkering met eventueel aanvullende bijstand. Deze (echt)paren krijgen minder toeslagen dan wanneer zij uitsluitend bijstand zouden ontvangen. Sociaal raadslieden in Nijmegen toonden in 2022 met een pilot het toeslagentekort aan. Na een belangrijke uitspraak van de Centrale Raad van Beroep waarin werd bevestigd dat deze groep onder het bestaansminimum zit, is er landelijke aandacht gekomen voor de alleenverdienersproblematiek en is er wetgeving geformuleerd. Het tekort aan toeslagen wordt door gemeenten gecompenseerd met individuele bijzondere bijstand tot en met 2024 (fase I) en vanaf 2025 met een vaste tegemoetkoming (fase II).

Iedereen is aangenaam verrast door het feit dat de gemeente ongevraagd geld komt brengen

Vertrouwen

Inmiddels heb ik zelf de situatie van honderd huishoudens onderzocht. Heel interessant, want iedere situatie is anders: de inkomsten verschillen, de bewoners in het huishouden variëren en de uitkomsten daarmee ook. Wat wel overeenkomt, is de reactie van inwoners: iedereen is aangenaam verrast door het feit dat de gemeente ongevraagd geld komt brengen. Na aanvankelijk wantrouwen is de reactie achteraf positief. De gemeente die signaleert dat je iets tekortkomt, wat je zelf niet eens in de gaten had, het is ongekend... Daarmee groeit het vertrouwen in de overheid.
Wat opvalt bij huishoudens zonder aanvullende bijstand is dat zij niet alleen toeslagen missen, maar ook vaak een inkomen onder het sociaal minimum hebben. Deze inwoners geven aan niet te weten dat ze recht op aanvullende bijstand hebben of zijn er bang voor. 
Zoals de heer en mevrouw Van de Brink. Tijdens het gesprek zie ik direct dat het netto-inkomen uit de WIA en een klein invaliditeitspensioen lager is dan het bijstandsniveau. Op mijn suggestie dat ze aanvullende bijstand kunnen aanvragen, reageert meneer fel en afwijzend: hij heeft al genoeg ellende achter de rug. Jarenlang heeft hij geprocedeerd over de hoogte van het invaliditeitspensioen, maar is met lege handen achtergebleven. Bijstand hoeft hij niet vanwege de arbeidsplicht; zijn vrouw kan niet gaan werken omdat ze hem dag en nacht helpt en verzorgt. Dat er ontheffing mogelijk is, maakt niet uit: hij begint er simpelweg niet aan. Hij wil nog wel een bedrag ontvangen voor de toeslagen die ze tekortkomen, verder wil hij niks met instanties te maken hebben. Uit het onderzoek blijkt uiteindelijk dat ze in 2024 1.400 euro missen, waarvan 150 euro toeslagen.

Leer de mensen kennen die onder de radar in armoede leven

Uitgelezen kans

Ja, het is veel werk, tijdrovend en best ingewikkeld. Maar ik zie het als een uitgelezen kans om méér te doen dan alleen het tekort aan toeslagen repareren. Het is juist positief dat een groep die kennelijk onzichtbaar is en serieus geld tekortkomt, in beeld komt.
Mijn oproep aan gemeenten is dan ook: leer de mensen kennen die onder de radar in armoede leven en bied ze waar nodig de helpende hand. Niet alleen fijn voor de inwoner, maar ook voor de gemeente als het inkomen op orde is: minder armoede, minder schulden en minder beroep op hulpverlening. Als het vertrouwen in de overheid ook nog stijgt, is dat extra winst.

Chantal van Hulzen is sociaal raadsvrouw in Nijmegen en helpt als zelfstandige diverse gemeenten bij de afhandeling van de alleenverdienersproblematiek. Daarnaast is zij betrokken bij het schrijven van de hand­reiking voor fase II (2025-2027) door de VNG.