VNG Magazine nummer 2, 14 februari 2025
Tekst: Leo Mudde
Halverwege de looptijd van de Hervormingsagenda Jeugd blijkt dat de vijf samenwerkende partners allemaal keihard werken voor een betere en betaalbare jeugdzorg, maar het is niet genoeg.

Dat constateert de deskundigencommissie onder leiding van oud-minister en -staatssecretaris Tamara van Ark in een ‘zwaarwegend’ advies, Groeipijn. De commissie is onder de indruk van de inzet van de vijf partners: rijk, gemeenten, zorgaanbieders, professionals en cliëntenraden. ‘Er wordt met volle overgave gewerkt, maar het is niet genoeg’, zei Van Ark bij de presentatie in perscentrum Nieuwspoort. ‘De commissie heeft onvoldoende vertrouwen dat de beoogde effecten worden behaald.’ Daarvoor zijn ‘meer focus, doorzettingskracht, realisme en cijfermatig inzicht’ nodig.
Sturing
Van Ark constateert dat de discussie over de jeugdzorg tot nu toe te veel over de financiën gaat en te weinig over de inhoud en de sturing. Ook is de scope van de Hervormingsagenda te smal: de nadruk ligt te eenzijdig op het ‘anders organiseren’ van de jeugdzorg, maar de oplossing voor de grote vraag naar jeugdhulp ligt vooral in de systemen buiten de zorg: in het gezin, op school, in de samenleving. ‘Jeugdhulp is aanpalend voor de andere levensdomeinen, niet andersom.’ Van Ark adviseert ook snel meer inzicht in de informatiehuishouding van rijk en gemeenten, omdat nu onduidelijk is waardoor de tekorten zijn ontstaan.
Erkenning
De VNG herkent dat een bredere aanpak is vereist, ‘met aandacht voor bestaanszekerheid, onderwijs, wonen en volwassenenzorg’.
Daarnaast is de VNG blij met de erkenning dat er voor gemeenten geld bij moet. ‘Belangrijk is dat de geplande extra bezuinigingen vanaf 2026 weg worden gehaald en er een adequate indexatie voor gemeenten komt.’ De VNG verwacht dat het kabinet de extra financiering van de jeugdhulp zal verwerken in de Voorjaarsnota. ‘Tegelijkertijd doet het pijn dat de commissie oordeelt dat gemeenten 50 procent van de tekorten in 2023 en 2024 zelf moeten dragen en dat dit ook doorwerkt in de komende jaren.’