VNG Magazine nummer 1, 22 januari 2021
Tekst: Leo Mudde | Beeld: Hans Roggen
Gemeenteraden zijn niet het toonbeeld van diversiteit en inclusie. Hoe is het om als transgender persoon in de raad te zitten? Sophie Schers is sinds 2018 raadslid en vertelt over haar ervaringen.
De Utrechtse gemeenteraad telt twee transgender personen. Sophie Schers (GroenLinks) is er een van. Maar landelijk gezien zijn lhbti’s in de gemeentebesturen zwaar ondervertegenwoordigd. De inclusieve samenleving waar de overheid zich voor inzet, weerspiegelt zich niet in de raadzalen. Terwijl een divers samengestelde raad belangrijk is, zegt Schers.
Het perspectief dat mensen hebben, of dat nou is ontstaan door hun werk, eigen ervaringen of een migratieachtergrond, is doorgaans heel gelaagd. Niemand is alléén maar accountant, Marokkaans of biseksueel. Juist daarom is het zo belangrijk dat er in de politiek veel perspectieven aanwezig zijn. En dat is op dit moment nog wel een probleem. Schers: ‘Ook binnen partijen, ook die van mij. Het kost moeite om al die perspectieven bij elkaar te brengen. Ondanks dat ik verschillende perspectieven vertegenwoordig, is de politiek voor veel gemeenschappen een desillusie. En als er in gemeenteraad maar één overheersend perspectief is, sluit je mensen uit. Partijen als de VVD en het CDA willen wel graag diverser zijn. Maar het lukt niet omdat hun standpunten dat uitsluiten en zij niet de connectie hebben met bepaalde gemeenschappen. Mijn eigen partij, GroenLinks, heeft een heel sterke connectie met de lhbti-gemeenschap, maar minder met de migrantengemeenschappen.’
U werkt als beleidsadviseur voor het Transgender Netwerk Nederland (TNN). Ging u bewust de politiek in om de emancipatie van transgender personen te vergroten?
‘Voor TNN ben ik echt een belangenbehartiger, een soort lobbyist. Ik wilde ook weleens aan de andere kant staan. De politiek sprak mij behoorlijk aan en van het een kwam het ander. Ik heb me gekandideerd en dat is door de kiezer gewaardeerd.’
Merkte u dat raadsleden anders op u reageerden dan op andere raadsleden?
‘Nee, eigenlijk niet. Aan de ene kant is dat positief, aan de andere kant zou je hopen dat bij bepaalde dossiers mensen zich meer rekenschap geven van bepaalde groepen of respectvoller met thema’s omgaan. Inclusiviteit, zeker als je het hebt over lhbti’s, is niet een heel politiek onderwerp. Ja, de veiligheid, die komt ter sprake als er een incident is geweest. Utrecht is een van de 54 regenboogsteden die zich sterk maken voor het verbeteren van de sociale acceptatie, veiligheid en emancipatie van lhbti’s. Dat zie ik ook terug in de raad. Natuurlijk heb ik vanuit mijn werk en mijn eigen positie een bepaald perspectief, dat probeer ik ook in te brengen wanneer het aan de orde is.’
Zoals?
‘Ik merkte dat er behoefte was aan een fysieke plek in de stad waar lhbti’s terechtkunnen om iets te ondernemen, te vergaderen, informatie te vinden of tijdelijk onderdak kunnen krijgen. Een regenbooghuis, een multifunctionele plek voor de regenbooggemeenschap. Wij hebben dat ingebracht bij de behandeling van de regenboogagenda. De wethouder heeft dat opgepakt en onderzoekt nu de haalbaarheid.’
Dat lijkt eerder een exclusief dan een inclusief beleid. Waarom een aparte plek?
‘Die vraag werd ook in de raad gesteld. Zo bijzonder is het niet, er zijn koren voor homo’s en lesbiennes, er is ook een lhbti-zwemvereniging. We zitten nu eenmaal niet in de ideale situatie dat we ons als lhbti-gemeenschap bij iedereen veilig voelen, dan is het logisch om een eigen plek te hebben. Dat kan een huiskamer zijn, maar door heel zichtbaar te zijn, met zo’n regenbooghuis, kun je ook de stad er veel beter bij betrekken.’
Inclusiviteit is niet een heel politiek onderwerp
Voor transgender personen is al veel bereikt, de afgelopen jaren. Er is zelfs een transgenderwet. Tien jaar geleden was de term nog nauwelijks bekend.
‘De strijd is nog lang niet gestreden. Ook in de politiek niet, er is nog geen transgender Kamerlid. Het burgerlijk huwelijk werd pas dertig jaar nadat een openlijk homoseksuele man in de Kamer kwam, opengesteld voor mensen van gelijk geslacht. Wie weet wat een transgender met invloed in de Kamer kan bereiken. Afschaffing van de geslachtsregistratie bijvoorbeeld.’
De zichtbaarheid is wel toegenomen.
‘Nikkie de Jager heeft als Nikkie Tutorials veel gedaan, maar dat wil niet zeggen dat het transgender-zijn overal wordt geaccepteerd. Dat is een lang maatschappelijk proces. Maar er zijn ontwikkelingen. Gemeenten zijn meer aan transgenderbeleid gaan doen, er is een wet, er zijn regenbooggemeenten. Er is geen operatie meer nodig voor meer zelfbeschikking. Maar echt groots is het allemaal niet.’
Is Scandinavië ook wat de emancipatie van transgenders betreft een voorbeeld voor Nederland?
‘In Zweden zijn ze zeker verder dan wij met genderneutraal, gendervrij of gender-open onderwijs. En de toiletten zijn er niet zo gesegregeerd. Denemarken, IJsland en Noorwegen zijn met hun wetgeving voorlopers. Maar ik zie ze geen van alle als een ideaal voorland, elk land heeft wel aspecten waarvan je zegt: dat is toch wel jammer. Maar als je het bij elkaar schuift, is er wel heel veel waar Nederland een voorbeeld aan kan nemen.’
Wat zelfreflectie hebben we allemaal nodig in de politiek
De gemeente Utrecht was een van de eerste organisaties met genderneutrale toiletten, een onderwerp waar je nu nauwelijks meer over hoort. Moeten we ons druk maken over toiletten, of is dat een detail?
‘Ik zou het geen detail willen noemen. Je kunt er wel iets mee uitstralen naar buiten. Het gebeurt nog steeds hoor, bij musea en ook wel bij gemeenten, maar het is geen groot nieuws meer. We zitten er als gemeente ook niet zo achteraan, het is toch wel van het kleinere kaliber. Belangrijker is hoe je als gemeente omgaat met je dienstverlening aan transgender personen. Dat je geslacht niet voetstoots wordt aangenomen op basis van hoe je stem klinkt, bijvoorbeeld. Sowieso heb ik liever dat toiletten voor iedereen toegankelijk zijn, ook voor mensen met een beperking. Je moet als gemeente een inclusief verhaal hebben dat niet alleen lhbti’s of transgender personen aangaat. Ik hoef daar in Utrecht niet hard voor op de trom te slaan, de gemeente heeft er wel oog voor.’
Maar ik kan me voorstellen dat u bij elk voorstel dat de raad voorgelegd krijgt, extra alert bent of het wel inclusief genoeg is?
‘Dat probeer ik zeker. Soms zijn het gewoon de fietsen die op het Vredenburg op de blindengeleidelijn staan. Utrecht heeft ook veel aandacht voor sociale toegankelijkheid, voor mensen met een verstandelijke beperking. Oog voor iedereen hebben, daar steekt de stad veel energie in. Dat doe ik zelf ook, als raadslid.’
Ziet u zichzelf als een rolmodel?
‘Ik profileer me in de raad niet als transgender politica, maar het hoort natuurlijk wel bij mij, het heeft een grote invloed op mijn perspectief op de cultuur en de samenleving. Het zou mooi zijn als ook cisgender personen, mensen van wie de genderidentiteit overeenkomt met het geboortegeslacht, zouden erkennen hoe hun perspectief op de samenleving wordt beïnvloed door wie ze zijn en het niet als normaal beschouwen. Wat zelfreflectie hebben we allemaal nodig in de politiek. Als je een uitzondering bent, heb je veel om op te reflecteren omdat je er constant mee wordt geconfronteerd dat je ergens niet helemaal in past. Dan val je als transgender persoon in de politiek wat meer op, ik ben daar ook open over. Het zal zeker mensen geïnspireerd hebben om ook eens te kijken of de politiek iets is waar ze zich in herkennen. Als je zo’n rol kunt vervullen, is dat heel mooi.’
Wie is...
Sophie Schers (GroenLinks) is in 2018 met voorkeurstemmen gekozen in de gemeenteraad van Utrecht. Behalve raadslid is zij beleidsadviseur bij Transgender Netwerk Nederland; als expert transgenderthematiek adviseert zij zorg- en onderwijsinstellingen.