Juist omdat de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen een brede impact heeft op een gemeente, werken de 14 gemeenten in de regio Twente op dit dossier intensief samen. Uit hun ervaring blijkt dat als het gaat om de implementatie van de Wkb, de ene gemeente meer capaciteit heeft dan de andere. In Twente ondervangen ze dat door gebruik te maken van elkaars expertise. Ze trekken samen op en leren van elkaars bevindingen.

Lisa Morsman, Simone Vugteveen en Manon van Dorst

Lisa Morsman werkt mee aan het implementeren van de Wkb voor de gemeente Hengelo, Simone Vugteveen houdt zich bezig met vergunningen bouwen in de gemeente Rijssen-Holten en Manon van Dorst is onder meer beleidsadviseur fysieke leefomgeving bij de gemeente Enschede. Met zijn drieën vertellen zij over de samenwerking in de regio Twente bij de implementatie van de Wkb. ’Als gemeente hoef je niet alleen te staan en alles zelf te doen. Juist dat we samenwerken en allemaal andere invalshoeken samenbrengen, is op dit dossier heel mooi,’ zegt Lisa Morsman. 

Ambtelijke samenwerking

Samenwerking is in het Twentse land niet nieuw. Op meerdere onderwerpen weten de gemeenten elkaar te vinden en als het om de Wkb gaat, is inmiddels ook duidelijk waar welke kennis is te vinden. Bij de Wkb zijn er inmiddels 3 vormen van samenwerking op ambtelijk niveau, vertelt Manon van Dorst: ‘We delen informatie en kennis, trekken samen op om onze eigen organisaties gereed te maken en stimuleren en evalueren samen proefprojecten.’

Het onderwerp Wkb staat in het Twentse sinds begin 2020 op de agenda. Morsman: ‘De urgentie van dit onderwerp werd al snel gevoeld. Het heeft op meerdere aspecten binnen een gemeente impact, dus al snel hebben wij gezamenlijk een implementatieplan gemaakt.’ Simone Vugteveen vult aan: ‘We zien het ook niet los van de Omgevingswet, de Wkb hoort daarbij. In verschillende samenstellingen werken we nu vanuit de 14 gemeenten aan tal van onderwerpen die met zowel de Omgevingswet als de Wkb te maken hebben.’ Morsman: ‘Voor ons is de Wkb wel een apart traject maar er zit een grote overlap, beide wetten zijn sterk met elkaar verbonden’. 

Voor niet alle gemeenten in de regio is het altijd makkelijk om aan te haken. Bij de meeste gemeenten is het gevoel van urgentie wel aanwezig, maar niet alle gemeenten hebben gewoonweg de capaciteit om alles op te pakken. Van Dorst: ‘Deze samenwerking maakt dat dus wel mogelijk. We delen onze kennis en denkkracht in netwerken. We maken gebruik van elkaars kennis en gebruiken die ook om iedere keer weer de volgende stappen te kunnen zetten.’

Proefprojecten

In Twente wordt momenteel volop gebouwd en er is dus een potentieel aan proefprojecten. In het ambassadeursnetwerk Twente werken de gemeenten hiervoor samen met bouwers en kwaliteitsborgers. Van Dorst: ‘Voor de lopende proefprojecten houden we bijeenkomsten en voor mogelijk nieuwe proefprojecten organiseren we webinars. Dit doen we samen met Bouwend Nederland regio Twente en Building Changes namens het ministerie van BZK.’

De webinars zijn er vooral op gericht om een diversiteit aan proefprojecten te draaien, de eerst volgende gaat over kleinere werken en verduurzaming. Morsman: ´We merken dat woningbouw en projectbouw lopen, daarin worden de proefprojecten wel opgestart. Grotere aannemers lopen daarin voorop. Maar de kleinere aannemers zijn iets afwachtender. En dat is ook wel begrijpelijk. Vandaar dat we hen ook apart spreken in de webinars.'

Vugteveen benadrukt de urgentie om de komende periode nog meer proefprojecten te draaien. `Er zijn nog tal van vragen. Hoe gaan we bijvoorbeeld om met casco of met schuren en hoe zit het met de kosten? Die antwoorden moeten toch echt uit specifieke proefprojecten komen.'

Om proefprojecten aantrekkelijk te maken binnen het Twentse trekt iedere gemeente zijn eigen plan. 'Hier in Rijssen-Holten hebben we een prijsvraag uitgeschreven voor een stuk grond waarop starterswoningen kunnen worden gebouwd. 12 aannemers hebben daarop gereageerd. Het mooie is dat al die aannemers dus op deze wijze in aanraking komen met de Wkb, ook als zij de prijs - het bebouwen van de grond - niet winnen,' aldus Vugteveen.

Lastiger is het om proefprojecten te krijgen voor infrastructurele werken, vertelt Morsman. ‘Infrastructuur is een heel andere tak van sport dan woningbouw, maar de Wkb zal ook voor deze bedrijven gaan gelden. Maar voor de infrabedrijven lijkt het nog ver van ze af te staan. Toch willen we in deze regio ook een infraproject meenemen als proefproject omdat dat ons weer hele waardevolle informatie zal opleveren.’

Nieuw college

De nieuwe invoeringsdatum van 1 juli 2022 geeft de gemeenten meer tijd, maar de nodige onzekerheid blijft, vertellen de 3. Van Dorst: ‘We moeten bijvoorbeeld nog nadenken over het vergunningen-, toezichts- en handhavingsbeleid en de legesverordening, om er maar een paar te noemen. Tegelijkertijd weet je dat er begin volgend jaar gemeenteraadsverkiezingen zijn en er dus een nieuw college komt. Dat maakt zoiets best lastig.’ Vugteveen: ‘Ook de datum van 1 juli is voor ons van de afdeling bouwen wat ongelukkig. Dan zitten we net voor de bouwvak en dan is het enorm druk qua bouwen en vergunningen. We waren dan liever op 1 oktober begonnen. Hoewel het voor een nieuwe legesverordening beter op 1 januari kan ingaan.’

Met het denkwerk voor de bestuurlijke kant zoals het vergunningen-, toezichts- en handhavingsbeleid is in de Twentse netwerken al begonnen. ‘Wat we hier hebben ervaren, is dat er in begin best veel weerstand was tegen de Wkb. Dat stadium zijn we voorbij. We werken nu met verenigde krachten en maken volop gebruik van elkaars kennis. Juist de ervaringen uit de proefprojecten leveren voor ons waardevolle kennis op. We zijn heel actiegericht bezig om alle processen goed in kaart te brengen en iedereen neemt daarin zijn eigen verantwoordelijkheid. En uiteindelijk is het hier in Twente zo dat iedere gemeente haar eigen accenten aanbrengt hoe de implementatie van de Wkb binnen de gemeentegrenzen tot stand komt. We maken binnen onze samenwerking dus zeker geen blauwdruk, maar we zorgen dat alle aangesloten gemeenten kunnen profiteren van alle beschikbare kennis en ervaringen.‘