VNG Magazine nummer 13, 10 september 2021

Tekst: Leo Mudde | Beeld: Bert Beelen

Partijen die alleen met veel hangen en wurgen een fatsoenlijke kandidatenlijst kunnen opstellen, ze zijn geen uitzondering meer. Steeds meer partijen vissen in dezelfde vijver en ‘de politiek’ is niet overal even populair. VNG Magazine stak z’n licht op in Berg en Dal.
 

Berg en Dal

Van alle kiesgerechtigden is 2,4 procent lid van een landelijke politieke partij. Tel daarbij het aantal leden van lokale partijen op, dan nog blijft het een piepkleine vijver waarin moet worden gevist als het weer tijd is om kandidatenlijsten voor gemeenteraadsverkiezingen op te stellen. Deze zomer liet de PvdA in Waalwijk weten dat het haar niet lukt voldoende kandidaten te vinden om een goede lijst aan de kiezer voor te leggen. In Purmerend hief de SP zichzelf op omdat de afdeling niet langer kwaliteit kon leveren. Vier jaar geleden haakte de VVD af voor de raadsverkiezing van Hardinxveld-Giessendam; hetzelfde lot leek daar ook de PvdA beschoren, maar na een noodoproep aan de leden lukte het op het nippertje om een lijst samen te stellen.
Een jaar geleden kopte de Gelderlander ‘Het pluche plakt niet meer, politiek in Berg en Dal trekt maar weinig nieuwe mensen.’ Het wordt, schreef de krant, steeds moeilijker mensen te vinden die zich voor de Berg en Dalse politiek willen inzetten. ‘Veel mensen haken af, maar er haken er maar sporadisch aan.’

Weekmarkt

Vraag het de mensen op de weekmarkt in Groesbeek, veruit de grootste kern van Berg en Dal, en ze zeggen allemaal dat ze het belangrijk vinden dat er goede mensen in de gemeenteraad zitten. Maar zichzelf opwerpen als kandidaat? Nee zeg, daarvoor hebben ze ‘geen tijd’, of onvoldoende kennis, of gewoon geen zin.
Op een bankje naast de viskraam zit Henk Wouters, gepensioneerd commies. Hij kent de gemeente als z’n broekzak, van Grafwegen in het zuiden tot Ubbergen in het noorden. Berg en Dal deelt een lange grens met Duitsland en de douane had daar ooit de handen vol aan het oppakken van smokkelaars. Hij rolt een sjekkie. ‘Veel goedkoper in Duitsland dan hier’, grijnst hij. Wouters gaat altijd stemmen, ‘want dat is belangrijk’. Maar zelf in de gemeenteraad gaan, daarin heeft hij geen interesse. Hij is daar met z’n 68 jaar te oud voor, vindt hij zelf.

Raadslid worden? Daar heb ik me eigenlijk nooit in verdiept

Fusie

Bovendien is hij toch wel teleurgesteld in de gemeentepolitiek. Toen Berg en Dal in 2015 ontstond door een fusie van Groesbeek, Millingen aan de Rijn en Ubbergen, koos de raad voor Berg en Dal als nieuwe gemeentenaam. ‘Terwijl’, zegt hij hoofdschuddend, ‘Groesbeek toch het grootst is, het gemeentehuis staat hier. Maar nee, het moest Berg en Dal worden, dat klonk toeristischer, zeiden ze.’

‘Raadslid worden? Daar heb ik me eigenlijk nooit in verdiept’, zegt Theo (niet zijn echte naam, hij wil anoniem blijven). Hij volgt de raad wel ‘regelmatig’ en vindt het ook wel belangrijk wat die doet. Stemmen doet hij ook trouw, maar voor een actieve rol heeft hij geen tijd. Behalve een drukke baan heeft hij ook kinderen die hij graag wil zien opgroeien.

Versnipperd

De Berg en Dalse raad is erg versnipperd. Dat draagt niet bij aan een helder beeld van de gemeentepolitiek. De 23 zetels zijn verdeeld over elf partijen, vijf landelijke en zes lokale. Dat gaat in ieder geval na de verkiezingen in maart 2022 veranderen, want de lokalo’s zijn inmiddels gefuseerd en teruggebracht tot twee nieuwe partijen. Het stembiljet telt straks, als zich geen nieuwe partijen aanmelden, nog maar zeven in plaats van elf lijsten.
Voor de fusies gaven de partijen twee belangrijke redenen op: de versnippering was groot en de lokale partijen bleken programmatisch helemaal niet zo verschillend.
Volgens Alex ten Westeneind, fractievoorzitter van GJS (Gemeente-, Jeugd- en Sportbelangen, met wortels in Millingen aan de Rijn), gaat het zeker lukken om voor de raadsverkiezingen een goede lijst uit te brengen. ‘Er zijn, mede door de fusie, voldoende mensen beschikbaar die graag iets willen betekenen in de lokale politiek’, zegt hij. Het feit dat het minder moeilijk is om voor twee partijen voldoende kandidaten te vinden dan voor zes, heeft volgens hem ‘enigszins meegespeeld’ bij het besluit om te fuseren. ‘Maar de voornaamste reden was toch dat elf partijen op 23 zetels, te veel van het goede is.’

Ik denk dat de manier van vergaderen jongeren ook niet aanspreekt

Vijver

Ook voor Ria Barber, fractievoorzitter van Polderbreed, is de kleine vijver waaruit de partijen moeten vissen van ondergeschikt belang. ‘Een volwaardige lijst samenstellen zou best lukken. Maar het is lastiger om ook jongere mensen te vinden voor het raadswerk.’ Dat heeft voor een deel te maken met de hoogte van de raadsvergoeding, denkt zij. Die is in kleine gemeenten niet hoog genoeg om ervoor te kiezen minder uren te gaan werken. ‘Jongere mensen zijn druk met gezin en carrière en dan is het raadswerk een grote belasting.’
Ze steekt de hand in eigen boezem, als het gaat over de aantrekkelijkheid van het raadswerk: ‘Ik denk dat de manier van vergaderen jongeren ook niet aanspreekt. En er wordt niet snel resultaat geboekt, dat werkt ook niet stimulerend.’

Zwaarder geworden

Dave van Loon, fractievoorzitter van het CDA, gaf vorig jaar in het artikel in de Gelderlander als verklaring voor de teruglopende belangstelling dat de lokale politiek ‘zwaarder’ was geworden. Thema’s als Wmo, jeugdzorg en gemeenschappelijke regelingen vergen aanzienlijk meer van raadsleden dan vroeger. Nu, een jaar later, zegt hij er alle vertrouwen in te hebben dat zijn lijst bij de komende verkiezen met een ‘aansprekende lijst’ zal komen, met dank aan de nieuwe bestuursleden die het CDA in Berg en Dal heeft gevonden. Hij denkt niet dat de belangstelling voor de lokale politiek als zodanig per se afneemt. ‘Maar mensen zijn wel minder snel bereid zich voor langere tijd in te zetten voor een functie als raadslid. Hetzelfde verschijnsel zie je ook wel bij verenigingen, die steeds vaker moeite hebben mensen te vinden. De vergrijzing en ontgroening helpen natuurlijk ook niet mee.’

Enquête

Een werkgroep uit de raad die onderzoekt hoe jongeren meer bij de ­politiek kunnen worden betrokken, vroeg in een enquête aan jongeren van 15 tot 23 jaar of zij bij gemeenteraadsverkiezingen zouden gaan stemmen – als ze dat qua leeftijd zouden mogen. Bijna 70 procent zou bij gemeenteraadsverkiezingen naar de stembus gaan, zo bleek.
Het bevestigt de indruk van Van Loon dat de belangstelling niet afneemt. Ook van onvrede over de eigen woonomgeving is geen sprake. Eveneens 70 procent van de jeugd wil het liefst blijven wonen in het eigen dorp, een kwart zou wel naar de grote stad willen verhuizen.

Ruud Verstraaten, GVP-raadslid (Groesbeekse Volkspartij) is trekker van de werkgroep van jonge raadsleden. Verstraten gelooft stellig dat jongeren geïnteresseerd zijn als er thema’s spelen die hen direct raken. Dat blijkt ook uit de enquête. Op de vraag ‘Wanneer ben je geïnteresseerd in dingen die in de gemeente spelen’ antwoordt bijna 84 procent: ‘Als mij iets persoonlijk raakt.’ Maar ook bij een flink percentage (46) wordt de interesse gewekt als jongeren denken dat ze iets goeds kunnen doen voor hun omgeving. 
Dat ze zich, ondanks die sluimerende betrokkenheid, toch niet zo snel opwerpen als kandidaat-raadslid, verbaast Verstraaten niet. ‘De gemeentepolitiek heeft toch een beetje wollig imago. En elf partijen in de raad helpt ook niet echt.’ 

Bewustwording

De sleutel voor een gezonde toekomst van de gemeenteraad ligt bij de jongeren, denkt ook Ten Westeneind. Hij zegt dat moet worden gewerkt aan ‘meer bewustwording, vooral bij jongeren’ dat een raad ‘het verschil kan maken’. ‘Uiteindelijk bepalen we daar samen de koers van de gemeente. Door de complexiteit en regionale samenwerkingsverbanden is dat vaak niet meer goed zichtbaar. Besluiten en afspraken zijn vaak moeilijk te plaatsen voor de bewoners. Meer betrokkenheid en er vooral voor zorgen dat bewoners een stem hebben en zich ook echt gehoord voelen. Nu overheerst vaak de gedachte dat een mening of stem er toch niet toe doet en het allemaal al beslist en besloten is.’

Geen tijd, geen zin

Terug naar de Groesbeekse markt, recht tegenover het gemeentehuis van Berg en Dal. Jacqueline van de Waarsenburg is op stap met haar moeder Angeline. Ooit nagedacht over een raadslidmaatschap? ‘Nee’, zegt ze resoluut. Want ‘geen tijd en geen zin’. Het heeft ook haar interesse niet, het politieke nieuws laat ze aan zich voorbijgaan en ze kent niemand die in de raad zit. Maar ze vindt een goede gemeenteraad wel belangrijk. ‘Het is goed dat er mensen zijn die erin willen zitten.’ Haar moeder vindt zichzelf ook geen type voor de gemeenteraad. ‘Al dat vergaderen, dat trekt me niet. Stemmen? Ja dat doe ik wel, meestal. Vooral op ­iemand die ik ken, niet omdat hij of zij van een bepaalde partij is.’

Cursus Politiek Actief

Voor inwoners die twijfelen over de vraag of ze politiek actief moeten worden, zijn er meerdere informatiesessies. Zo organiseert ProDemos de cursus Politiek Actief. VNG Magazine schreef daar eerder over: Politiek actief - Recruiter voor de raad.