VNG Magazine nummer 10, 12 juni 2020

Auteur: Leo Mudde | Beeld: Marcel van den Bergh/ANP

In bijna de helft van de crises is het de locoburgemeester die de eerste, cruciale beslissingen moet nemen. Omdat de burgemeester ziek is, of niet in de buurt, of op vakantie. Dan wordt de loco voor de leeuwen gegooid. Is zij/hij daarop voorbereid?
 

Persconferentie corona Tilburg

Recent organiseerde de Wethoudersvereniging de online masterclass Loco voor de leeuwen waarin de coronacrisis centraal stond. Volgens de organisatoren een crisis met een lange nasleep. Dan kan, anders dan bij een ‘flitscrisis’ als een vuurwerkramp of een aanslag, een loyaliteitsconflict ontstaan.
Dat zegt Ira Helsloot, hoogleraar Besturen van Veiligheid aan de Radboud Universiteit en inleider bij de masterclass. Want een loco is uiteindelijk ook gewoon wethouder, met een eigen portefeuille en een sector waarvoor hij verantwoordelijk is. Als een crisis leidt tot schade aan die sector – wat bij corona nadrukkelijk aan de hand is, zie de noodlijdende horeca, cultuurcentra en sportclubs – hoe breng je jezelf dan weer in de juiste positie? Helsloot: ‘Zo’n loco zegt op een gegeven moment: ik moet langzamerhand weg uit die crisisorganisatie, want ik heb een andere verantwoordelijkheid en die moet ik nu gaan waarmaken.’
Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. Want als iets eenmaal als ‘crisis’ te boek staat, dan blijft het dat ook, althans in de beeldvorming. Helsloot: ‘Corona was in de oorsprong echt wel een crisis, maar nu niet meer. De maximaal enkele tientallen sterfgevallen per dag betreffen mensen die óók corona hebben, naast allerlei andere ziektes. Het wetenschappelijk beeld nu is dat 80 tot 90 procent van alle coronaslachtoffers zonder het virus ook binnen een jaar zou zijn overleden. Corona is gelukkig niet een soort moderne pest die gezonde mensen bij bosjes omver veegt. Zelfs het risico dat een gezonde 80-jarige loopt door corona, is verwaarloosbaar ten opzichte van het normale risico. De vraag is: hoe leg je dat uit aan de samenleving?’

Bestuurders hebben een verwrongen mensbeeld

Raad en journalisten

‘Loco’s die aan de masterclass meededen, zeiden: we komen niet eens aan toe aan de vraag hoe het aan onze inwoners uit te leggen. Misschien kan de samenleving wel heel veel aan, maar wij hebben eerst met onze eigen raad en de media te dealen.’ Zo belanden we in een moeras waar we niet meer uit komen, zegt Helsloot. ‘Dan gaat het over het nieuwe normaal, dan zie je wat framing kan doen.’
Aan de basis hiervan ligt mede een ‘verwrongen mensbeeld’ dat bestuurders van de samenleving hebben, stelt hij. ‘Dat heeft ook te maken met honderd jaar rampenfilms waarin mensen in paniek raken en aan het plunderen slaan. De professionals hebben naar diezelfde films gekeken en hebben het zo in hun plannen staan, in oefeningen worden ze ook altijd geconfronteerd met dat merkwaardige mensbeeld. Dat maakt het heel ingewikkeld voor bestuurders om in zo’n situatie het goede te doen.’

Vervormd beeld

Volgens Helsloot hebben bestuurders ook veelal een ‘boze samenleving’ voor ogen, omdat ze afgaan op wat ze in de (sociale) media lezen. ‘Ze kennen de echte emoties van gewone mensen slecht. Mensen zijn veel milder dan je zou denken als je kijkt naar de berichtgeving in de pers en de sociale media. Ja, als je daarop afgaat, krijg je een heel vervormd beeld van wat de samenleving denkt.’
Nu is het belangrijk om als bestuurder even een stapje terug te doen en nog eens te bekijken: wat zijn we eigenlijk aan het doen? ‘Als we in maart de kennis van nu hadden over de ontwikkeling en het gevaar van het virus, zouden we gezegd hebben: hier gaan we niet ingewikkeld over doen. Maar omdat we dat wel hebben gedaan, is het moeilijk om uit die crisismodus te stappen, daarom blijven we er met z’n allen in hangen.’

Pragmatisch

De coronacrisis begon in Tilburg. Even was de stad het epicentrum. Omdat burgemeester Theo Weterings voorzitter is van de Veiligheidsregio Midden- en West-Brabant, werd locoburgemeester Berend de Vries voorzitter van de gemeentelijke crisisorganisatie. Hij beaamt dat het belangrijk is om op een gegeven moment afstand te nemen van de crisis. ‘Tilburg gaat daar pragmatisch mee om’, zegt hij. Wat eerst nog onderdeel was van de crisisstructuur, wordt nu daaruit getrokken en zit nu in de gewone bedrijfsvoering.
‘Als je wat langer locoburgemeester bent, krijg je ervaring met crises, meer routine. Zodra je aanvoelt dat iets lang gaat duren, ga je nadenken over de je eigen rol als loco en over wat er van je wordt verwacht. Toen mensen met een bijstandsuitkering in ons re-integratiebedrijf met chroom-6 in aanraking kwamen en daardoor ernstige gezondheidsklachten kregen, wist je: dit krijgt een lange nasleep. Hoe organiseer je dat, en hoe communiceer je hierover? Dat zijn lessen die mij nu van pas komen.’
Toen de eerste berichten over corona kwamen, was De Vries in het buitenland. Hij belde diezelfde avond met Weterings: ‘Ik zei: ik heb gevoel dat dit lang kan gaan duren. Ik ben er de komende dagen niet, maar zou het niet goed zijn mijn collega-wethouder Rolph Dols een actieve rol te geven in de crisisstructuur? Hij heeft zorg en gezondheid in zijn portefeuille. Dan heb je mij achter de hand voor de periode erna.’