VNG Magazine nummer 6, 11 april 2025
Tekst: Marten Muskee
Het kabinet wil het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor vrijgeven. Gemeenten maken zich grote zorgen, over onder meer de gevolgen voor de woningbouw. ‘Dit valt niet aan onze inwoners te verkopen.'

‘Het is compleet tegenstrijdig, wat hier gebeurt.’ Wethouders Hanneke Steen (CDA, Hengelo) en Marcel Elferink (Gemeentebelang, Deventer) uiten stevige kritiek op de kabinetsplannen om het gehele spoornet vrij te geven voor het goederenvervoer.
Het huidige Basisnet, dat werkt met risicoplafonds, wordt ingeruild voor een Robuust Basisnet dat werkt met aandachtsgebieden. Het Basisnet bestaat uit wegen, vaarwegen en spoorwegen, waarbij voor bepaalde routes strenge regels gelden. In het Robuust Basisnet wordt het één groot generiek systeem met een stringent ruimtelijk kader.
Woningbouw
Het kabinetsplan draagt volgens gemeenten en provincies niet bij aan de verbetering van de veiligheid van inwoners die langs het spoor wonen. Tegelijkertijd maakt het de broodnodige bouw van woningen ingewikkelder. Binnenstedelijke verdichting, een grote wens van kabinet en gemeenten, wordt moeilijker. De Tweede Kamer hield onlangs een rondetafelgesprek over het spoornet, waar wethouder Steen namens de gemeenten het woord voerde.
Overschreden
Volgens het kabinet voldoet het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor aan strenge internationale regels. Als enige land in Europa heeft Nederland nog extra regels vastgelegd in het huidige Basisnet. Dat werkt met risicoplafonds gebaseerd op het maximaal aantal treinen met gevaarlijke stoffen dat op een bepaalde route wordt verwacht. Omdat Europa echter vrij verkeer van goederen kent, blijkt volgens het kabinet dat die verwachtingen in de praktijk soms verkeerd worden ingeschat. Daarom worden de risicoplafonds overschreden. De plafonds zouden daarom voor verwarring en onrealistische verwachtingen bij lokaal bestuurders en omwonenden zorgen.
Zonder een risicoplafond kunnen we niet bepalen welke veiligheidsmaatregelen we moeten nemen
Gemeenten stellen echter dat het rijk nooit serieus aan de slag is gegaan met het Basisnet. Hoezo zou het dan niet werken? Het vrijgeven van het vervoer van deze stoffen, waarbij de verantwoordelijkheid voor de veilige leefomgeving nu volledig bij gemeenten en provincies wordt neergelegd, past volgens de VNG en het IPO niet bij de samenhang met de grote maatschappelijke opgaven. Risico’s worden moeilijker te beheersen, terwijl de woningbouw wordt belemmerd vanwege de hogere bouwkosten die het gevolg zijn van de strengere veiligheidsmaatregelen langs het spoor, en betreffen onder meer scholen en zorggebouwen. De strengere bouwregels gelden ook op trajecten waar nauwelijks gevaarlijke stoffen over worden vervoerd. De regels gelden daarnaast alleen voor nieuwbouw en niet voor bestaande bouw langs het spoor. Gemeenten zetten dan ook in op een kleiner Basisnet: alleen die routes waarover substantiële hoeveelheden gevaarlijke stoffen gaan. Daarnaast moet er een toetsingskader komen voor wanneer het risico van het vervoer van gevaarlijke stoffen onaanvaardbaar wordt met handhaving.
Risicoplafond
‘Zonder een risicoplafond kunnen we niet bepalen welke veiligheidsmaatregelen we moeten nemen’, zegt wethouder Steen. ‘Onbegrensd goederenvervoer over een bepaalde lijn, in ieder geval op papier, betekent dat ik rekening moet houden met het maximale risico. Omgerekend zijn daar heel dure maatregelen voor nodig, terwijl we niet weten of in de praktijk daadwerkelijk zoveel treinen passeren.’ Voor de lijnen waarvan duidelijk is dat er geen of bijna geen goederentreinen overheen rijden, worden de risicoplafonds ook vrijgegeven. ‘Op papier dus onbegrensd. De gemeente moet dan de afweging maken wel of geen dure veiligheidsmaatregelen te nemen.’
Volgens Steen werkt het Basisnet niet, omdat het rijk nooit heeft willen handhaven. Die zou geen sturing hebben op de goederenstromen waardoor begrenzen en handhaven onmogelijk zijn. ‘Wij denken dat handhaving best mogelijk is. Kijk daar als rijk naar. Er zijn de nodige onderzoeken naar gedaan.’
Sturing
In de Tweede Kamer werd ingegaan op de claim van het kabinet dat Nederland het meest veilige spoor van Europa heeft. Wethouder Elferink was als toehoorder aanwezig. ‘De afgelopen honderd jaar is er niks gebeurd met dit soort treinen, werd gezegd. Dat geeft natuurlijk geen enkele garantie voor de toekomst. Hoogleraar Nils Rosmuller [Universiteit Twente, red.] gaf duidelijk aan dat die risicobenadering nodig is in ons dichtbevolkte land om besluiten te kunnen nemen. Zeker voor de lokale overheid geldt dit als sturingsmechanisme.’
Elferink wijst erop dat er in Deventer een hogeschool staat naast het spooremplacement waar treinen rangeren en van rijrichting veranderen. ‘Dat is een risicovolle activiteit in flinke aantallen. Hoe moet ik daar als bestuurder mee omgaan, gezien de actuele goederenstromen?’
Handelen
Elferink wil kunnen handelen: de gemeente geeft al dan niet de vergunning af om ergens woningbouwontwikkeling mogelijk te maken. Dan moet ze wel ergens vanuit kunnen gaan. De wethouder snapt het belang van de Rotterdamse haven en de energietransitie waarbij andere vervoersstromen komen. ‘Daar moeten we samen zo optimaal mogelijk mee omgaan. Wat er nu echter gebeurt, is dat alles wordt losgelaten. Daarmee wordt het vervoer dus ongelimiteerd. Dan kunnen er in plaats van nu twintig wagons straks vijftig wagons langskomen. En hoe je het ook wendt of keert: risico is kans maal effect.’
Ter verduidelijking laat Elferink een grafiek zien. Die toont het vervoer van gevaarlijke stoffen dat de gemeente de afgelopen jaren passeerde als bijvoorbeeld brandbaar gas en toxisch gas. Hieruit blijkt helder dat de risicoplafonds op de zogeheten Bentheimroute door het oosten van Nederland structureel fors worden overschreden.
Als het verkeerd gaat, staan de inwoners wel bij de gemeente op de stoep
Volgens Steen is het vervoer van gevaarlijke stoffen over het spoor veilig, maar niet volledig zonder risico. ‘Goede beheersmaatregelen bepaal je op basis van het risico. Als dat onbegrensd is, nemen we misschien onrealistische beheersmaatregelen. Als het verkeerd gaat, staan inwoners wel bij de gemeente op de stoep. Dit is een heel ingewikkelde afweging die wij als bestuurders moeten maken.’
Cynisch
De Hengelose wethouder noemt het voorbeeld van een school langs een spoor waar af en toe een goederentrein overheen rijdt. Volgens de nieuwe regelgeving hoeft er aan die bestaande school niets te gebeuren. Is er echter een uitbouw nodig, dan moet die helemaal dichtgetimmerd worden met dure bouwkundige maatregelen als brandwerend glas. De school kan dat niet betalen en schrapt het plan.
Steen: ‘Dan moet ik als bestuurder aan de ouders vertellen dat de uitbouw er vanwege die veiligheidsmaatregelen niet komt, maar dat ze hun kinderen gerust naar het hoofdgebouw kunnen brengen waar helemaal geen maatregelen nodig zijn. Ik kan dat niet uitleggen, ik wíl het niet uitleggen. We weten dat de risicoplafonds overal worden overschreden, op het baanvak Deventer-Hengelo soms dubbel. Ik verwacht dan dat het ministerie ingrijpt en handhaaft. Dat doet echter precies het tegenovergestelde. Het ministerie schrapt de risicoplafonds en de mogelijkheid om gevaarlijke stoffen via een andere route te sturen. Dat is best cynisch.’
Blauwdruk
Het door het kabinet voorgestelde Robuuste Basisnet wordt ook van toepassing op emplacementen. IPO en VNG raden dit ten zeerste af. Het risico rond emplacementen is anders en groter dan op doorgaand spoor. Rangeerhandelingen moeten als een milieubelastende activiteit beschouwd blijven, vinden de decentrale overheden. Daarvoor blijft dan ook lokaal maatwerk nodig.
Elferink nam deel aan het overleg over de emplacementen. ‘De crux van de zaak is dat Deventer samen met de veiligheidsregio maatwerk levert op ons emplacement’, zegt hij. ‘Er zijn vergunningen op afgegeven. Het kabinet komt nu met een landelijke blauwdruk waar alle emplacementen aan moeten voldoen. Gemeenten die meer willen doen moeten het zelf maar betalen. Dit is in het belang van de BV Nederland, maar moet Deventer daar de lasten van dragen terwijl we ook eigen belangen hebben? ProRail vraagt om meer ruimte op het emplacement voor 740 meter goederentreinen. Deventer wil daar juist een parkeerhub bouwen om inwoners te bewegen het spoor te gebruiken. Personenvervoer en goederenvervoer zitten elkaar ook in de weg.’
Visietrajecten
Die disbalans heeft alles te maken met de slechte onderbouwing van het Robuuste Basisnet, zeggen de wethouders. Daarvoor zijn eerst robuuste politieke keuzes nodig, maar die ontbreken vooralsnog. Steen: ‘Het rijk werkt aan diverse visietrajecten als de Nota Ruimte, de visie spoorgoederenvervoer en de economische visie op onder andere de energietransitie. Waar gaan we de energy hubs ontwikkelen, hoe doen we dat dan met ammoniak en waterstof? We wachten ook op het toekomstbeeld openbaar vervoer waar het rijk aan werkt, want in elke goederenwagon die over het spoor gaat zitten geen passagiers. Het duurt erg lang allemaal met die visietrajecten. Dit kabinet stopt zelfs met nadenken over bepaalde zaken omdat er toch geen geld is voor bijvoorbeeld infrastructuur. Ondertussen worden wel verregaande maatregelen genomen, zoals het afschaffen van de risicoplafonds.’
Gemeenten zijn bang dat er geen weg terug is zodra het ongemaximeerde en ongestuurde vervoer er eenmaal is. ‘Ik verwacht dat de rijksoverheid als een fatsoenlijke overheid eerst nadenkt en dan handelt in plaats van andersom’, zegt wethouder Steen. ‘Onze inwoners zijn de dupe. Inwoners die ook van het rijk zijn.’