VNG Magazine nummer 11, 18 juni 2021

Tekst: Leo Mudde

Handhaving is niet bedoeld om de samenleving te ordenen, maar om te corrigeren als het misgaat. Die klassieke opvatting van handhaving moet weer de norm worden. 
 

Femke Halsema, burgemeester van ­Amsterdam, was er op het VNG-congres duidelijk over: de afgelopen maanden zijn er ‘overspannen verwachtingen’ van handhaving ontstaan. Gemeenten ­werden daardoor gedwongen soms met repressie op te treden tegen inwoners die de coronaregels niet naleefden.  

In het algemeen was er goed contact tussen kabinet en gemeenten, ook over de grenzen van wat wel of niet kon worden toegestaan. ‘Neem alleen de demonstraties waar we tegenaan liepen. Dan hadden we afgesproken dat er tussen de twee- en driehonderd mensen mochten komen, en verzamelden zich in Amsterdam ineens tienduizend mensen. Volgens de afspraken moest ik dan de ME inzetten. Tja, dan moet je een beetje marchanderen met de regels en zoeken naar wat mogelijk is.’ 

Halsema werd bijgevallen door Hubert Bruls, burgemeester van Nijmegen en voorzitter van het Veiligheidsberaad. ‘Als je in Den Haag op dinsdag een maatregel aankondigt, dan kan die niet op woensdagochtend ingaan. Gemeenten zijn geen computers.’ 

De beide burgemeesters blikten met VNG-directeur Leonard Geluk en ­econoom Mathijs Bouman terug op de coronapandemie en wat die voor ­gemeenten heeft betekend. Volgens Bruls is gebleken dat het rijk er verstandig aan doet ook in de toekomst gebruik te maken van de ‘geweldige expertise’ van gemeenten. 

Bruls zei dat gemeenten, nu de epidemie dooft, voor nieuwe uitdagingen komen te staan. ‘Het versoepelen van de maatregelen is niet gemakkelijker dan het verzwaren. Als we straks geen anderhalve meter afstand meer hoeven te houden, maar wel moeten blijven opletten. Hoe ga je daar dan mee om?’ 

Volgens Halsema is het nu zaak de energie te richten op de publieke kwaliteit van de samenleving. ‘De crisis heeft de tegenstelling tussen rijk en arm vergroot. Daar moeten we samen met het rijk aan gaan werken.’