VNG Magazine nummer 17, 5 november 2021

Auteur: Leo Mudde

Astrid Heijstee (D66) was bijna acht jaar wethouder in Weesp. Deze week begon zij als burgemeester van de gemeente Kaag en Braassem.
 

Astrijd Heijstee

Vanwaar deze overstap? 
‘Het kwam allemaal samen. Als locoburgemeester ben ik gegroeid, zowel in mijn inhoudelijke als bestuurlijke rol. Dit wethouderschap is eindig: Weesp fuseert volgend jaar met Amsterdam en ik wilde niet verder in de Amsterdamse politiek, die schaal is te groot voor mij. En ik vind het vak van burgemeester heel interessant, daar ben ik de laatste jaren warm voor geworden. Ik was niet het meisje dat op haar tiende al dacht: ik wil burgemeester worden.’

Wat gaat u doen? 
‘Het is een cliché, maar ik wil een burgemeester van iedereen zijn, van alle inwoners, ongeacht de geaardheid of waar iemand vandaan komt. Dat komt echt uit mijn tenen. Ik heb een harde en een zachte kant. De harde is op sommige momenten nodig, de zachte kant is die van verbinden, luisteren. Ik hoef echt niet bij iedereen populair te zijn en overal ja en amen op te zeggen, ik moet ook kunnen uitleggen waarom iets soms níét kan. Als burgemeester wil ik vooral op zoek gaan naar de verhalen van mensen, zo leer ik de gemeente kennen.’

Wat laat u achter? 
‘Bij de brug in Weesp staat een bankje waar altijd oudere mannen op zitten. “U wordt burgemeester, ik zal u missen”, zei er één toen ik hem tegenkwam in de stad. Die kleine dingen blijven me bij. Ik zal ook het college missen waarmee ik erg fijn heb gewerkt, met een burgemeester die bijna acht jaar mijn klankbord is geweest. En ik laat de helft van mijn gezin achter. De twee oudste dochters en mijn schoonouders wonen in Weesp. Ik krijg er straks veel voor terug, maar ik wil mijn huidige contacten zeker behouden. Uit het oog betekent nog niet uit het hart.’