VNG Magazine nummer 4, 14 maart 2025
Tekst: Annemieke Diekman
Ira Helsloot, hoogleraar Besturen van Veiligheid aan de Radboud Universiteit in Nijmegen, vindt politie-inzet bij lokale evenementen overbodig. ‘Voor zowel gemeenten als politie is het een automatisme geworden. Een kosten-batenanalyse wordt meestal niet gemaakt.’
Waarom zetten gemeenten bij grote sportevenementen de politie in?
‘De meeste gemeenten willen op zeker spelen en de politie gaat daar gemakkelijk in mee. Nu de NAVO-top eind juni in Den Haag alle beschikbare mankracht in het land opeist, zie je dat sommige gemeenten hun sportevenementen afblazen. Zo heeft Lochem de wielerwedstrijd NK tijdrijden teruggegeven en Nijmegen het NK wielrennen op de weg. Het komt vaak niet bij gemeenten op dat je een wielerwedstrijd ook goed zonder politie kunt organiseren. Of ze durven het niet aan, omdat ze bang zijn voor een incident, terwijl er historisch gezien nooit iets vervelends is gebeurd. Je hebt goede, stoere bestuurders nodig om te erkennen dat er voor de politie geen enkele nuttige rol is weggelegd bij een plaatselijk sportevenement. En die zijn er gelukkig ook. Zo heeft Surhuisterveen in Achtkarspelen de tijdrit overgenomen en Ede het NK wielrennen. Beide evenementen zonder politie-inzet.’
De politie is overbodig bij sportwedstrijden?
‘De eerste afweging zou moeten zijn of politie-inzet leidt tot meer veiligheid tijdens het evenement. Maar die vraag wordt meestal niet gesteld. Ook wordt er zelden een kostenbatenanalyse opgesteld. Wat levert de inzet van een motoragent bij een wielerwedstrijd op? Kun je aantonen dat er een dreiging is? Als je op deze vragen het antwoord schuldig moet blijven, dan is politie ter plekke niet nodig. Een mooi voorbeeld is voormalig burgemeester Piet Bruinooge van Alkmaar. Die liet jarenlang de voetbalwedstrijden van AZ zonder aanwezige politiemacht spelen, zelfs als Ajax of Feyenoord op bezoek kwam. Hij kreeg daar veel kritiek op, omdat hij geen veiligheidsgaranties kon geven. Er is echter nooit iets vervelends van enige omvang gebeurd. Het kan prima zonder politie. Het uitgangspunt zou moeten zijn: wie een feestje organiseert, zorgt voor voldoende veiligheid.’
Wat als er dan toch een incident plaatsvindt? Dan is de burgemeester immers de kop van Jut.
‘Dat klopt, de gemeenteraad en de pers zullen aan de bel trekken als er onverhoopt ongeregeldheden zijn tijdens een evenement, terwijl er geen politie aanwezig was. Als burgemeester lijk je dan een kniesoor die op een paar dubbeltjes heeft bespaard. De angst voor aansprakelijkheid is in de hele gemeentelijke organisatie een belangrijke kracht. Ik heb daar zelf vaak over gesproken met bestuurders. Ze zijn slim, maar hebben geen zin in mogelijke problemen aan hun hoofd. Hun aandacht richten ze liever op de politiek belangrijkere dossiers, zoals de energietransitie. Daarbij durven ze gelukkig wel afgewogen risico’s te nemen.’