Werken aan een gezonde leefomgeving - Handreiking voor gemeenten
- Voorwoord
- 1. Over deze handreiking
- 2. Werken aan een gezonde leefomgeving
- 3. Gebiedsgericht (voor wijk, gemeente of regio) een aanpak ontwerpen
In de leefomgeving landen veel verschillende opgaven. Naast gezondheid moet er ook ruimte worden gevonden voor onder andere klimaatadaptatie, de energietransitie, de woningbouwopgave en nieuwe mobiliteitsvormen. Door gebruik te maken van ontwerp en ontwerpend onderzoek kunt u zichtbaar maken hoe verschillende ingrepen elkaar raken, mogelijk versterken of juist beconcurreren in een bepaald gebied.
Om tot goede resultaten te komen kan eerst met maatregelen geëxperimenteerd worden. Dit kan bijvoorbeeld in pilots. In een aantal gebieden in uw gemeente kunt u beginnen met ingrepen en de geleerde lessen meenemen naar de rest van de gemeente. Ook kunt u als gemeente digitaal experimenteren voordat u maatregelen invoert. Bijvoorbeeld via Digital Twins, een 3D kopie van de werkelijkheid, waarmee de inzet van maatregelen gesimuleerd wordt en met behulp van rekenmodellen het effect van de maatregelen berekend kan worden (Gezond Stedelijk Leven. z.d.). Ook kunt u als uw gemeente in de BLG tool zit de effecten van de luchtkwaliteitmaatregelen op gewonnen levensjaren en gemonetariseerde gezondheidswinst berekenen en op deze wijze experimenteren met mogelijke maatregelen.
Om ook op projectniveau te kunnen sturen, kunt u ambities en doelen doorvertalen naar toetsbare kaders, zodat nieuwe initiatieven, projecten en ontwikkelingen getoetst kunnen worden aan het beleid. Voorbeelden van mogelijke kaders vindt u in hoofdstuk 4 onder voorbeeld planregels en normeringen [link naar webpagina].
In het tweede hoofdstuk vroegen we aandacht voor het betrekken van de uitvoering bij beleidsvorming, zodat er bij het maken van beleid al aandacht is voor de uitvoerbaarheid van ambities, doelen en concrete maatregelen. Het is tegelijkertijd ook belangrijk dat beleid bij de implementatie en uitvoering betrokken blijft. Op deze wijze blijven de doelen en ambities in het oog. Dit helpt om ervoor te zorgen dat beleid wordt uitgevoerd, waarbij aandacht blijft voor de ambities en doelen die zijn gesteld op het gebied van de gezonde leefomgeving.
Toezicht en handhaving is gericht op de naleving van algemene regels en vergunningsvoorschriften. Dit is dus vooral van toepassing op juridische regels in het omgevingsplan en de omgevingsvergunningen. Via monitoring brengt de overheid de kwaliteit van de leefomgeving in beeld. Dit biedt input voor de evaluatie, waaruit moet blijken of er een eventuele bijstelling van beleidsdoelen en/of aanpassing van de inzet van instrumenten nodig is.
Bij de fase ‘implementeren en uitvoeren’ horen de stappen beleidsdoorwerking en uitvoering uit de beleidscyclus van de Omgevingswet. Hierbij horen het instrument omgevingsplan, omgevingsvergunning en omgevingsprogramma. Het omgevingsplan bevat de gemeentelijke regels voor de fysieke leefomgeving, elke gemeente heeft een omgevingsplan. U kunt in uw omgevingsplan voor ieder gebied zeggen welke activiteiten wel of niet zijn toegestaan. De omgevingsvisie en programma’s vormen input voor het omgevingsplan.
Met een omgevingsvergunning kunnen bedrijven, burgers en overheden toestemming vragen om activiteiten in de leefomgeving uit te voeren. In sommige situaties is een vergunning verplicht, dit is in de Omgevingswet een uitzondering omdat een van de uitgangspunten is om zoveel mogelijk activiteiten te regelen met algemene regels. U als gemeente kunt vergunningsplichtige activiteiten aanwijzen in het omgevingsplan.
Het omgevingsprogramma is een beleidsinstrument, gericht op de uitvoering. Het geeft aan hoe een strategisch beleidsdoel uit de omgevingsvisie bereikt kan worden. Een programma is zelfbindend voor het bestuursorgaan dat het vaststelt. Het is dus niet direct bindend voor derden. Het bevat minimaal de uitwerking van het beleid voor ontwikkeling, gebruik, beheer, bescherming en behoud van de fysieke leefomgeving en/of maatregel om aan omgevingswaarden te voldoen; of maatregelen om een of meer andere doelstellingen voor de fysieke leefomgeving te bereiken.