VNG Magazine nummer 3, 28 februari 2025

Tekst: Marten Muskee

Het rijk wil permanente bewoning op vakantieparken toestaan. Tot verbazing van gemeenten, die zich in de wielen gereden zien door woonminister Mona Keijzer. ‘We zijn hier al jaren op een zorgvuldige manier mee bezig.’

Vakantieparken

Het al dan niet toestaan van bestaand gebruik van een recreatiewoning voor verdere permanente bewoning, is zaak van gemeenten en niet van het rijk. Dat zegt Jan Pieter van der Schans (CDA). Hij is wethouder in Ede en lid van de VNG-commissie Ruimte, Wonen en Mobiliteit. Van der Schans reageert op het plan van minister Mona Keijzer van Volkshuisvesting om mensen die nu illegaal permanent op vakantieparken wonen, een soort generaal pardon te geven. Om te voorkomen dat gemeenten handhaven tegen deze bewoners, werkt het departement aan een instructie om uitzetting te voorkomen.

Gemeenten reageerden vol verbazing op het voorstel dat Keijzer eind vorig jaar lanceerde. ‘Het belangrijkste doel van gemeenten is om hun recreatieparken vitaal te maken en te houden,’ zegt Van der Schans. ‘Wij zijn hier al jaren op een zorgvuldige manier park voor park mee bezig. Dat doen we met elkaar in regionaal verband, met de provincie en als het mogelijk is met het rijk. Vandaar de vitale vakantieparkprogramma’s. De minister doorkruist onze parkaanpak met haar plannen voor een pandaanpak.’ 

Het belangrijkste doel van gemeenten is om hun recreatieparken vitaal te maken en te houden

Met het beleid rond Vitale Vakantieparken zetten gemeenten, provincies en ondernemers primair in op het toekomstbestendig maken en houden van vakantieparken met een recreatief perspectief. Om tot vakantieparken met een gevarieerd en hoogwaardig aanbod te komen, is het wenselijk dat het individueel verkopen van leegstaande panden (zogeheten uitponding) zoveel mogelijk wordt voorkomen. Een goede sturing op het park is beter te bereiken met een eigenaar die daar invloed op heeft en een goede gesprekspartner voor de gemeente kan zijn. Dit past ook in de één-park-één-planbenadering: elk park is anders en vereist een eigen aanpak.

Heel gek
Van der Schans noemt de bemoeienis van Keijzer ‘heel gek’. Gemeenten kijken wat ze kunnen doen om hun vakantieparken gezond te houden, zegt hij. Lukt dat niet, dan wordt gezocht naar een eventuele andere invulling. Dat kan woningbouw zijn. ‘De afgelopen jaren zijn op verschillende plekken vakantieparken omgezet naar woonwijken. Dat zijn er niet zoveel, want de meeste locaties lenen zich daar niet voor. Gemeenten zijn hier in ieder geval op een heel zorgvuldige en nette manier mee bezig. Dan valt zo’n brief van de minister wel rauw op het dak.’ 

De instructieregel van Keijzer gaat compleet in tegen de lokale aanpak van één park, één plan, vinden gemeenten. Het voorstel verhoudt zich niet tot het vele werk dat zij de afgelopen jaren hebben verricht, zegt Van der Schans. Het instrument wordt door gemeenten in sommige gevallen al ingezet, verduidelijkt hij. ‘Duizenden mensen kregen een persoonsgebonden vergunning, daar waar dat kon en waar dat redelijk en billijk was. Dan ging het bijvoorbeeld om iemand die ergens al heel lang woonde of om iemand in een kwetsbare situatie. Voor mensen zonder alternatief verlenen gemeenten maatwerk. Ik heb het dan niet over de categorie die willens en wetens op een recreatiepark is gaan wonen terwijl ze wisten dat dat niet mocht. Tegen die groep roept het rijk nu dat men in aanmerking komt voor een persoonsgebonden beschikking.’ 

Dan valt zo’n brief van de minister wel rauw op het dak

Op achterstand
Gemeenten geven zo’n vergunning niet generiek af. Bij een individuele verlening van een beschikking kan het gaan om een solitaire vakantiewoning of om een park dat voor recreatie niet meer geschikt is. ‘Nu fietst het rijk daar doorheen met de mededeling het allemaal wel even te regelen voor iedereen die illegaal op een park woont. Dat zet het werk van gemeenten op achterstand.’

Van der Schans noemt dat ‘niet netjes’. Gemeenten kunnen hierdoor namelijk niet meer sturen op de kwaliteit van hun vakantieparken. Het rijk ondermijnt hiermee de lokale regie. Dat zeggen niet alleen de gemeenten, maar ook veel andere partijen waaronder het IPO, de koepel van provincies. Van der Schans: ‘Het rijk kan een hoop betere dingen doen om de woningproblematiek op te lossen dan met dit voorstel.’ 

Fixen
Het voorstel zet niet alleen gemeenten op achterstand, maar ook allerlei inwoners die met verkeerde verwachtingen aankloppen bij hun gemeente, stelt Van der Schans. ‘Die krijgt vervolgens van alles over zich heen, omdat inwoners terecht zeggen: volgens de rijksoverheid moet jij dit voor mij fixen. Zo zetten we onszelf mooi te kijk als overheid. Het resultaat is dat het nog steeds niet kan. Dan holt het vertrouwen van inwoners in de overheden alleen maar verder achteruit. De gemeente is als eerste overheid aan zet om een betrouwbaar en eerlijk plaatje op tafel te leggen. Daarbij helpt deze dadendrang van de minister niet.’ 

Zo zetten we onszelf mooi te kijk als overheid

Het totaal aantal mensen dat woont in een recreatiewoning, is lager dan het ministerie inschat. Volgens het departement gaat het om zo’n 60.000 mensen, de VNG komt na uitgevoerd onderzoek niet verder dan ongeveer 22.000. Daarvan zouden er ongeveer tweeduizend permanent op een park willen wonen. ‘Daar komt misschien nog wel een factor bij, maar we komen absoluut op heel andere aantallen uit. De aantallen die de minister noemt, herken ik bij gemeenten op geen enkele manier. We kunnen over die aantallen van mening verschillen, maar ik wil helemaal niet met het rijk in een cijferdiscussie terechtkomen. Als iemand nu op zo’n vakantiepark woont en je legaliseert dat, dan lost dat niet het woningbouwprobleem op. Er zijn in dit land één miljoen woningen nodig.’

Raket
Er speelt echter meer dan alleen de niet zo nette omgangsvorm van het rijk met de medeoverheden. Het generiek afgeven van persoonsgebonden vergunningen kan wettelijk gezien helemaal niet, vanwege bijvoorbeeld natuurwetgeving. ‘Een vakantiepark is echt iets anders dan een woonwijk. Veel recreatie­parken liggen in of dicht tegen Natura 2000-gebieden aan.’ Daarnaast gaat het volgens Van der Schans meestal om chalets die redelijk geïsoleerd liggen ten opzichte van de bebouwde kom van dorpskernen of wijken. Voorzieningen zijn slecht bereikbaar en hulpdiensten kunnen moeilijk ter plaatse komen. ‘Het verhoudt zich ook niet tot goede ruimtelijke ordening dat je allemaal kleine woonwijkjes of individuele woonplekken midden in de natuur krijgt. Het is weer zo’n sectorale aanpak voor een kleine kwestie waarbij het rijk als een raket over gemeenten heen raast. Tegelijkertijd weten we allemaal dat er een betere aanpak voorhanden is, en dat dit idee van zijn levensdagen op deze manier niet uit te voeren is.’ 

Het rijk komt, aldus Van der Schans, bijna met oogkleppen op met een idee waarover weinig tot geen afstemming met gemeenten en provincies plaatsvond. Dat klopt al niet. Dat het rijk daarbij echter ook nog eens allerlei zaken terzijde schuift, laat zien dat het kabinet de medeoverheden niet serieus neemt, zegt de wethouder. ‘Ik hoop dat dit nog verandert. En zo niet, laat het dan aan ons over. Wij proberen het wel op een goede manier te doen, samen met de provincies en recreatieondernemers. Wij houden de recreatieparken vitaal, zodat veel mensen uit binnen- en buitenland van een betaalbaar vakantieproduct kunnen blijven genieten. Want het is ook nog eens zo dat een groot deel van de boterham die in die gebieden gegeten wordt, van de recreatiesector komt.’