VNG Magazine nummer 20, 22 december 2023

Tekst: Pieter van den Brand | Beeld: Shutterstock

Den Helder was er al vroeg bij met de omgevingsvisie. De gemeente begon op kleine schaal in een open gesprek met een luisterend oor naar de inwoners. ‘Het maken van een omgevingsvisie biedt een mooi moment om samen te dromen.’
 

Den Helder, Huisduinen

De omgevingsvisie is een compleet nieuw instrument onder de Omgevingswet, die op 1 januari na jaren uitstel dan eindelijk in werking treedt. Gemeenten leggen in een samenhangend toekomstbeeld de ontwikkelingsrichtingen voor de eigen leefomgeving vast. Officieel hebben lokale overheden nog tot 2027 om zo’n visie te maken. Maar menig gemeente ging er al vroeg mee aan de slag. 
Ook Den Helder, dat in 2017 de kans aangreep om met zo’n dertig gemeenten mee te doen aan een proefproject van het interbestuurlijke programma Aan de slag met de Omgevingswet. ‘Iedereen was zoekende. We konden onder begeleiding starten en van elkaar leren’, kijkt wethouder Petra Bais (VVD) terug. ‘De omgevingsvisie had meteen onze interesse, omdat we samen met onze inwoners konden werken aan een gezamenlijk perspectief voor Den Helder. Hoe kunnen we ons verder ontwikkelen als een aantrekkelijke gemeente om in te wonen, te werken en te recreëren? Dat heeft alles te maken met het versterken van de leefomgeving. Het participatieproces bood een mooie gelegenheid om inwoners en ondernemers aan ons te binden, door vooral goed te luisteren naar waar behoefte aan was.’
 

Het onderwerp is echt tussen de oren gaan zitten

De gemeente koos ervoor op kleine schaal te starten en niet meteen een omgevingsvisie voor het hele grondgebied te maken, zoals in andere gemeenten. De start lag begin 2017 in Huisduinen, een authentiek kustdorp met zo’n zeshonderd inwoners, omgeven door natuur en open landschap. Maar ook met de druk in de zomer van recreatie en toerisme vanwege publiekstrekkers als het strand met zijn iconische vuurtoren Lange Jaap en Fort Kijkduin uit de tijd van Napoleon. ‘Het was interessant om in Huisduinen te beginnen. Alle disciplines komen er samen’, zegt Ingmar Zwier, projectleider van de omgevingsvisie en programmamanager Invoering Omgevingswet.

Blanco
De hechte gemeenschap in het dorp leende zich uitstekend voor het participatieproces. ‘De Huisduiners zijn enorm actief en gedreven’, zegt Zwier. ‘Ze stelden meteen de vraag welke plannen de gemeente met Huisduinen had. Wij wilden er juist open ingaan. In de eerste sessies gingen we met blanco vellen aan tafel, om los van bestaande kaders het initiatief aan de inwoners te laten. Het eerste kwartier ging het vooral over wat er in het verleden allemaal mis is gegaan en wat er nog niet goed ging in het dorp. Na deze ontlading kwam het gesprek op gang over hun wensen en ambities. In de vervolgsessies zijn we daar meer de realiteit naast gaan leggen. Aan wettelijke kaders, zoals Natura 2000 en de veiligheidsnormen voor de kustwering, valt nu eenmaal niet te tornen.’
Ondanks deze afbakening van het speelveld werd er druk gepuzzeld om mogelijke ontwikkelingen in het dorp een plek te geven, aldus Zwier.

Zelf leren
Den Helder koos ervoor geen extern bureau in te schakelen voor het participatieproces, zoals andere gemeenten wel doen. ‘We vonden het proces dermate belangrijk dat we daar zelf grip op wilden hebben, en om daar zelf van te leren’, zegt wethouder Bais. ‘Dat heeft goed uitgepakt. Het onderwerp is echt tussen de oren gaan zitten en wordt organisatiebreed gedragen.’
Bais’ voorganger had de gemeenteraad gevraagd op afstand te blijven. Anders zou het meteen politiek worden. De gemeenteraad werd in eenzelfde participatieproces naar zijn eigen toekomstbeeld van Huisduinen gevraagd. Deze beide visies werden naast elkaar gelegd, om zo op basis van verschillen en overeenkomsten tot één gezamenlijke visie te komen. De conceptdeelvisie voor Huisduinen werd een jaar later vastgesteld.
De aanpak in deelgebieden kreeg een vervolg in Julianadorp, een van oorsprong agrarische dorpskern met weilanden, bollenvelden en kleinschalige bebouwing, afgewisseld met campings en vakantiehuizen richting de kust. In Huisduinen haakte zo’n twintig procent van de bevolking aan. In Julianadorp zou het vanwege het grotere inwoneraantal (15.000 inwoners) lastiger worden om op dezelfde wijze tot een conceptvisie te komen. Daarom werden sessies ingericht voor honderdvijftig inwoners. ‘Niet alle bevolkingsgroepen werden in gelijke mate gehoord,’ zegt Zwier. ‘Na het opstellen van de eerste versie hebben we nog apart gesprekken met agrariërs en jongeren gehouden, om deze beide groepen goed vertegenwoordigd te krijgen.’ De conceptdeelvisie voor Julianadorp werd eind 2019 vastgesteld.

Corona
De insteek was in de resterende deelgebieden op dezelfde wijze een deelvisie op te stellen, maar het proces werd ruw verstoord door corona. ‘Onze participatieaanpak leunde volledig op fysiek contact,’ zegt Zwier. Inwoners zouden tijdens de gesprekken bijvoorbeeld met kaarten aan de slag gaan door er stickers op te plakken. ‘Dat stond abrupt stil en het leek lange tijd zo te blijven. We moesten met digitale participatie verder met veel kleinschaligere gesprekken. We waren bezorgd of we de samenhang van de verschillende deelvisies wel goed zouden kunnen borgen in één omgevingsvisie. Ook wilden we naar overkoepelende centrale uitgangspunten voor de gehele gemeente toe. Daar hebben we intern een overzicht van gemaakt, afgestemd met de gemeenteraad, wat we na de coronaperiode in een hybride participatieproces hebben uitgewerkt, samen met de resterende deelvisies.’

Inwoners zijn vooral begaan met hun eigen woonomgeving
 

De participatie in deelgebieden geeft volgens Zwier een goed beeld van wat voor inwoners belangrijk is en wat er voor hen nodig is om de komende jaren prettig in hun dorp of wijk te kunnen blijven wonen. ‘Veel inwoners voelen zich niet betrokken bij de gehele gemeente, maar zijn vooral begaan met hun eigen woonomgeving. Daar willen ze het over hebben.’

Thuishaven
De in september dit jaar vastgestelde omgevingsvisie geeft tien centrale uitgangspunten en prioriteiten weer voor de fysieke ontwikkeling van Den Helder. De titel Koers op een sterke thuishaven verwijst naar het maritieme karakter van de stad, met de haven als economische, sociaal-culturele en historische rode draad. Het proces leverde spannende momenten op. Tijdens de sessies met inwoners over de deelvisie voor De Schooten, een jarenzestigwijk, had de gemeente een prikkelende tekening neergelegd voor de ontwikkeling van het winkelcentrum. Zo was er een en ander aan de overkapping veranderd. ‘De tekening was puur ter inspiratie bedoeld’, vertelt Bais, ‘maar veel inwoners maakten zich direct zorgen. Alsof de sloopkogel de volgende dag al zou komen.’
Het misverstand laat volgens haar de worsteling zien waar gemeenten bij het maken van een omgevingsvisie tegenaan kunnen lopen. ‘Je kijkt naar de middellange termijn en schetst de ontwikkelingsrichtingen voor een gebied. Dat is soms ingewikkeld voor inwoners en ook voor raadsleden.’
In een andere deelvisie moest de gemeente op het laatste moment een zoekgebied voor woningen in de duinen schrappen, bedoeld voor een beperkt aantal huizen en pas na 2030. Nu is daar een voetbalcomplex. Dat gaf zo veel onrust dat inwoners alleen nog maar konden denken dat de woningbouw een voldongen feit was, als de omgevingsvisie eenmaal was vastgesteld. De weerstand is deels te verklaren uit het verleden, zegt Bais, toen de gemeente vooral de deur uitkwam als er al een plan lag en inwoners achteraf mochten reageren. ‘Het maken van een omgevingsvisie biedt een mooi moment om samen te dromen. Ze is geen vast gegeven, maar je creëert toch duidelijkheid en biedt houvast voor de toekomstige inrichting van de gemeente. Intussen ben je superconcreet bezig met je inwoners. Het proces is minstens zo waardevol als het eindproduct. Met het vaststellen van de omgevingsvisie zijn we klaar voor de Omgevingswet, ook al zal het ongetwijfeld nog een spannende tijd worden.’

Omgevingsvisie Den Helder