VNG Magazine nummer 18, 20 november 2020

Tekst: Annemieke Diekman | Beeld: Shutterstock

De vraag naar ict’ers bij de overheid is – ondanks de coronacrisis – nog altijd hoog, en ook in andere sectoren is personeel hard nodig. Maar hoe win je als gemeente de concurrentieslag met het bedrijfsleven, waar vaak meer valt te verdienen en de groeimogelijkheden groter zijn?
 

Vacatures

‘Een klassieke maar terechte vraag’, zegt Bram Steijn, hoogleraar HRM in de publieke sector aan de Erasmus Universiteit Rotterdam. Een vraag die volgens hem ook steeds terugkeert in tijden van economische bloei en krapte op de arbeidsmarkt. Die periode van groei is nu tijdelijk onderbroken door de coronacrisis, maar Steijn verwacht niet dat sectoren als ruimtelijke ordening, milieu, civiele techniek, bouw en automatisering waarvoor gemeenten moeilijk mensen kunnen vinden, hierdoor hard getroffen zullen worden. ‘Ik denk dat het zo krap zal blijven. De vraag naar ICT’ers zal in deze tijd van online werken waarschijnlijk alleen nog maar verder toenemen.’
Dat blijkt ook uit de Vacaturemonitor van het A&O fonds Gemeenten voor het derde kwartaal van 2020 (zie ook pagina 27). Daarin wordt geconcludeerd dat de coronacrisis weinig invloed heeft op de beroepsgroep automatisering/ICT. Deze vacatures blijven volgens de monitor lastig te vervullen. Voor de andere sectoren waar schaarste heerst, biedt de ruimere arbeidsmarkt wellicht wel kansen.  

Belemmering
Uit de jaarlijkse Personeelsmonitor van datzelfde A&O fonds Gemeenten blijkt dat er veel vraag is naar mensen die werkzaam zijn in een van deze sectoren. Ze hebben het voor het kiezen en daarbij valt de keuze lang niet altijd op de lokale overheid. Hierdoor lukt het gemeenten maar moeilijk deze vacatures te vervullen en wordt een deel van hen zelfs belemmerd in het uitvoeren van de benodigde activiteiten. 
Daarom zullen gemeenten volgens Steijn meer moeten doen om hun aantrekkelijkheid als werkgever te vergroten. ‘Je kunt het qua salariëring dan misschien niet winnen van de private sector, maar denk eens goed na over de rol die geld speelt in een baan. Je hoort mij niet zeggen dat geld niet belangrijk is, dat is het wel, maar het is niet de enige en ik denk ook niet de belangrijkste reden dat mensen voor een bepaalde baan kiezen. Is de baan voldoende uitdagend, leuk om te doen, zijn er groeimogelijkheden? Dat telt ook allemaal mee. Een baan moet uiteindelijk bij iemand passen en daarbij komt dan tevredenheid over het salaris.’

Mensen knappen volgens Steijn soms ook wel af op de bureaucratie binnen gemeenten, het gebrek aan autonomie in het werk en aan het gebrek aan doorstroommogelijkheden. ‘Daarom zal er iets moeten veranderen. Waarom kiezen mensen ervoor om bij de overheid te werken? Ze willen het verschil maken, een bijdrage leveren aan maatschappelijke ontwikkeling. Daar moet je meer nadruk op leggen in de werving, maar niet alleen dat, je moet mensen ook echt het gevoel geven dat het zo is. Waarmaken wat je belooft, anders gaan ze je alsnog zien als een vreselijk verzuurde bureaucratische toko.’

 Gemeenten moeten blijven investeren in traineeprogramma’s

Balans
Er zijn gemeenten waar dat lukt, zegt Steijn, en gemeenten waar dat niet het geval is, waar nog te veel aan de oude normen en regelgeving wordt vastgehouden. ‘Waar door het vele papier- werk mensen onvoldoende toekomen aan hun eigenlijke inhoudelijke werk. Kijk naar de zorg, daar zie je het ook. Het is echt een probleem en als je daar niet open en eerlijk over bent en probeert dit aan te pakken, wordt het moeilijk je als aantrekkelijke werkgever te profileren. Op salaris alleen zul je het nooit winnen van de private sector.’ Steijn: ‘Gemeenten moeten daarom blijven investeren in traineeprogramma’s. Ook al houd je niet iedereen binnen, een deel zul je wel voor de gemeentelijke organisatie of andere publieke organisatie kunnen behouden. Benadruk daarnaast de voordelen van werken bij de overheid, zo is de balans werk-privé vaak veel beter op orde dan in een groot deel van de private sector. En doe als gemeente meer met de medewerkerstevredenheidonderzoeken, zodat je ziet wat de mensen die er al werken missen in hun werk en in de organisatie.’ 

Gemeenten worstelen met hun imago, zegt ook Fred Jansen, projectleider arbeidsmarkt bij het A&O fonds Gemeenten en betrokken bij het opstellen van de Personeelsmonitor 2019. ‘Gemeenten kunnen de diversiteit aan leuk en interessant werk niet goed duidelijk maken aan de buitenwereld. Een ander, niet onbelangrijk punt, is dat gemeenten eerder opgedane ervaring bij de (lokale) overheid vaak als belangrijke eis stellen bij werving. Ze willen dat mensen meteen productief zijn. Learning on the job is bij de lokale overheid geen traditie. Als je daar als gemeente aan blijft vasthouden, loop je goede mensen mis.’

Omgevingswet
De top 5 functiegebieden met hoogste aandeel moeilijk vervulbare vacatures zijn volgens de Personeelsmonitor 2019: bouwkunde/civiele techniek, ruimtelijke ordening/milieu, financieel/economisch, automatisering/ICT, juridisch. Welke gemeenten dit probleem ervaren en in welke mate is volgens Jansen lastig te zeggen, want dat wordt niet uitgevraagd in het onderzoek. Wel is duidelijk dat functies op het gebied van onder meer automatisering, juridisch ook buiten de lokale overheid moeilijk zijn te vervullen. 
‘De groei van vacatures in de ruimtelijke ordening & milieusector, de bouw en in de  civiele techniek is voor een belangrijk deel toe te schrijven aan de invoering van de Omgevingswet en de gemeentelijke uitwerking van het Klimaatakkoord, bijvoorbeeld de overgang naar gasvrije woningen. Daarvoor zijn de komende jaren veel extra mensen nodig’, zegt Jansen. Hij tekent daar bij aan dat werving een specifieke tak van sport is. ‘In tijden van bezuinigen en een ruime arbeidsmarkt wordt zo’n afdeling vaak weggesaneerd, daarmee verdwijnt ook de kennis. Trekt de arbeidsmarkt weer aan, dan moeten gemeenten veel moeite doen om dit weer op te tuigen. Het beste is het om die specialisatie in huis te hebben en te houden.’ 

Je kunt het qua salariëring niet winnen van de private sector

Platform
Voor kleine gemeenten is dat lastiger te realiseren en mede daarom is A&O fonds Gemeenten bezig met een platform arbeidsmarktcommunicatie, dat gemeenten hulp kan bieden met bijvoorbeeld wervingsprofielen en arbeidsmarktcampagnes. ‘Alleen wervingscampagnes houden zal onvoldoende zijn’, stelt Jansen. ‘Gemeenten moeten hun schroom afwerpen. Laat zien dat je een interessante werkgever bent en dat het er toe doet om bij een gemeente te werken. En bied meer ruimte en ontwikkelingsmogelijkheden aan toekomstige ambtenaren.’
Net als Steijn concludeert hij dat puur op salaris concurreren met de markt niet zal werken. ‘Hamer op de inhoud van het werk en op het maatschappelijk belang. Daar behaal je de winst.’
 

Op zoek naar techneuten

Om het tekort aan mensen in de civiele techniek aan te pakken, zijn zes West-Brabantse gemeenten, verenigd in de DE6, het project met de werktitel ‘De civieltechnische opgave’ gestart. Etten-Leur, Halderberge, Moerdijk, Roosendaal, Rucphen en Zundert nemen deel aan dit samenwerkingsverband.
‘We hebben altijd mensen nodig voor civieltechnisch werk, van mbo- tot universitair niveau. Het betreft eigenlijk al het werk dat buiten en onder de grond gebeurt, zoals regulier onderhoud, wegen openbare ruimte, maar ook de riolering’, zegt programmamanager Lian van de Korput. ‘De laatste tijd zijn er ook extra mensen nodig om de gevolgen van de klimaatverandering op te vangen.’ Die mensen zijn volgens haar moeilijk te krijgen, zowel voor gemeenten als in het bedrijfsleven. ‘Tel daarbij de vergrijzing op. Om ook in de toekomst te zorgen dat we voldoende gekwalificeerde mensen kunnen krijgen, moeten we er nu al mee aan de slag.’
De zes Brabantse gemeenten hebben het probleem eerst in kaart gebracht. ‘Daarvoor zijn goede gesprekken gevoerd met scholen, het bedrijfsleven en mensen uit het veld. Er is een aantal oplossingsrichtingen uitgekomen, die nu verder worden uitgewerkt.’
Een daarvan is promotie van het vakgebied. ‘We benaderen middelbare scholen om ter plekke te vertellen wat de studie en het werk allemaal in kan houden.’ De animo onder studenten om een civieltechnische opleiding te kiezen, is al jaren klein. Het vak trekt niet, wat volgens Van de Korput mede wordt veroorzaakt door onbekendheid met de inhoud van het civieltechnische werk. 
Ook zet DE6 meer in op open dagen en zij-instromers. ‘Die hebben nooit zo nagedacht over het vakgebied, maar als ze zich erin verdiepen, lijkt het ze wel een fascinerend en dynamisch werkveld. Ook wordt gekeken naar verbetering van interne processen, zodat niet alleen de efficiency wordt vergroot, maar medewerkers vaker kunnen doen waar ze echt goed in zijn en blij van worden.