VNG Magazine nummer 20, 16 december 2022

Tekst: Rutger van den Dikkenberg | Beeld:  Femke van den Heuvel

De klimaattop in Egypte liep uit op een teleurstelling, maar de Utrechtse burgemeester Sharon Dijksma ziet desondanks een lichtpunt: steden krijgen een meer prominente rol de klimaataanpak.
 

Sharon Dijksma

Donald Trump zette bij zijn aantreden als president van de Verenigde Staten een streep door de Amerikaanse deelname aan het Klimaatakkoord van Parijs. Californië, een van de grootste economieën ter wereld, ging desondanks door met maatregelen om toch aan de klimaatambities te voldoen. Veel burgemeesters van grote Amerikaanse steden deden hetzelfde. Daarmee hebben ze voorkomen dat de Verenigde Staten een fundamentele achterstand opliepen, zegt Sharon Dijksma.
Onder de huidige president Joe Biden heeft Amerika zich weer aangesloten bij Parijs. Maar steden en regio’s, wil Dijksma maar zeggen, hebben een cruciale rol bij de klimaataanpak. De burgemeester van Utrecht (en nieuwe vicevoorzitter en beoogd voorzitter van de VNG) was in november als speciaal klimaatgezant van het stedennetwerk van de Verenigde Naties op de klimaattop in Egypte. Steden, zei ze daar, moeten een prominentere rol spelen bij de klimaataanpak.
‘Een belangrijk deel van wat er moet gebeuren, komt in de steden terecht,’ zegt Dijksma nu. ‘Het verduurzamen van de mobiliteit, de energietransitie, huizen van het gas afhalen, dat is niet alleen nationaal beleid, het zijn keuzes die lokaal gemaakt worden.’

Mislukt
De klimaattop geldt als mislukt. Op de top in Parijs in 2015 spraken de deelnemers af te streven naar een maximale opwarming van de aarde van anderhalve graad ten opzichte van 1990. In Egypte zou daar een nadere invulling aan gegeven moeten worden, maar tot concrete afspraken kwam het niet. Wel was er een akkoord over een schadefonds, om landen die kwetsbaar zijn voor de gevolgen van klimaatverandering te steunen. Het zijn vooral de armere landen die nu al structureel de gevolgen ondervinden.
Dijksma vindt het ‘ontzettend jammer’ dat de top is mislukt. ‘Er is te weinig voortgang geboekt om koers te houden richting de anderhalve graad.’

Unicum
Toch telt ze haar zegeningen. In Egypte werden lokaal bestuurders nadrukkelijk naar voren geschoven als deel van de oplossing. Een unicum: doorgaans zijn wereldtoppen zoals deze het terrein van regeringsleiders en ministers, voor het eerst voerden lokaal bestuurders er het woord.
‘Het was heel bijzonder dat burgemeesters spreekrecht kregen op een vergadering van ministers’, zegt Dijksma. ‘Maar het Egyptische voorzitterschap had echt de bereidheid om zaken te doen, en de VN wilde het ook.’ Dat VN-secretaris-generaal António Guterres haar tijdens de top uitnodigde voor een gesprek, laat volgens Dijksma zien dat de VN belang hechten aan een goede band met de steden.

Doorslaand succes
De klimaataanpak vraagt samenwerking tussen het nationale en lokale bestuur, zegt ze. Toen Dijksma aankondigde het podium te betreden met de Nederlandse klimaatminister Rob Jetten aan haar zijde, werd de organisatie in eerste instantie dan ook best een beetje zenuwachtig: ‘Ik wilde het toch doen. Show, don’t tell. Maar het werd een doorslaand succes.’
Dijksma werd door het stedennetwerk gevraagd vanwege haar ervaring, zowel in de landelijke politiek als nu in het lokaal bestuur. Ze draait al mee sinds ze als kersverse staatssecretaris van Milieu – in het buitenland mocht ze zich minister van Milieu noemen –  in 2015 in Parijs het woord voerde. Ze was één van de vier ministers die namens de EU meeonderhandelden over het akkoord. ‘Dat is mensen kennelijk opgevallen,’ zegt ze. 

Het was heel bijzonder dat burgemeesters spreekrecht kregen

Lokale overheden hebben laten zien dat ze een belangrijke rol spelen bij de klimaataanpak. Als regeringen terughoudend zijn, zoals de VS onder Trump, maar ook in Polen waar de regering conservatiever is dan een fors deel van de steden, dan zijn het vaak de lokale overheden die doorgaan. ‘Ik heb veel burgemeesters ontmoet die worden dwarsgezeten door hun regering. Er is altijd hoop wanneer je naar de steden blijft kijken. Het is belangrijk om je dat te realiseren.’

Overvecht
Dijksma kijkt daarvoor ook naar haar eigen gemeente. Ook in Nederland, zegt ze, zien we de gevolgen van klimaatverandering. Neem de overstromingen in Zuid-Limburg vorig jaar, of de droogte van afgelopen zomer. ‘Daarbij belandde de grondwaterstand op een gevaarlijk laag niveau en raakten huizen beschadigd. We moeten niet onderschatten wat de impact is, klimaatverandering raakt ons nu al. We zijn daarom bezig met de invloed van hittestress op de stad. En in Overvecht halen we een wijk verplicht van het gas. Dat besluit wordt gelukkig gedragen door de inwoners, dat is heel belangrijk.’
Gemeenten worden alsmaar belangrijker. Dat is ook de reden dat Dijksma ‘ja’ zei op het verzoek van de scoutingscommissie van VNG om zich te kandideren voor het vicevoorzitterschap en vanaf volgend jaar juni het voorzitterschap van de VNG. Begin deze maand stemden de leden in met de voordracht.
‘We merken dat er steeds meer werk naar de gemeenten toekomt’, zegt Dijksma op de vraag waarom ze zich beschikbaar heeft gesteld. ‘Dat geldt voor het klimaat, maar ook voor bijvoorbeeld het sociaal domein. Dat betekent dat de positie van gemeenten belangrijk is. Ik hoop daar mijn bijdrage aan te kunnen leveren. We willen één overheid zijn, en daar willen we als gemeenten echt onderdeel van zijn. Maar zover zijn we nog niet.’