Laatst bijgewerkt: 14 mei 2025

VNG Magazine nummer 8, 16 mei 2025

Tekst: Leo Mudde | Beeld: Ruben Schipper

Utrecht is door de Europese Commissie uitgeroepen tot de Europese Hoofdstad van Inclusie en Diversiteit. Wethouder Linda Voortman (GroenLinks) ziet de titel als erkenning voor een jarenlange inzet: ‘We hebben het samen gedaan.’

Linda Voortman

Kwam deze eerste plaats, vóór Bilbao en Krakau, als een verrassing?
‘Toen we begin dit jaar de criteria zagen waarop steden zouden worden beoordeeld, dachten we dat we wel voor een plaats in de top-10 in aanmerking zouden komen. Dat zou al heel mooi zijn geweest. Maar op het moment zelf kwam die eerste plek toch als een verrassing. Het voelde echt als een erkenning en een bevestiging dat we goed bezig zijn. De prijs is een beloning voor een gemeenschappelijke inspanning. Binnen de organisatie, denk aan de medewerkers die zich bezighouden met het tegengaan van discriminatie op de arbeidsmarkt of het stress-sensitiever maken van de dienstverlening, maar het gaat ook over het contact met de inwoners. Ik kreeg al veel felicitaties van organisaties, maar dan zei ik dat de waardering hun ook toekomt. We hebben het samen gedaan. Het is ook wel extra bijzonder in een tijd waarin inclusie onder druk staat. Het is goed dat die waarden ook op internationaal niveau worden erkend. Ze worden serieus genomen en het loont om erin te investeren.’

Waardoor onderscheidt Utrecht zich?
‘Twee dingen werden door de Europese Commissie expliciet benoemd. In Utrecht betrekken we echt alle gemeenschappen bij ons beleid voor diversiteit, gelijkheid en inclusie. We gaan daarover uitvoerig in gesprek met onze inwoners om te kijken wat nodig is en wat beter kan. Het tweede is dat het in onze stad niet een verantwoordelijkheid is van één wethouder, of één team. Nee, álle wethouders en portefeuilles dragen hiervoor verantwoordelijkheid. Dat zorgt ervoor het geen bijzaak is, maar echt onderdeel van het beleid en de uitvoering. Geen losse projectjes, maar integrale aandacht. Ik hoop ook dat dit andere gemeenten inspireert. Maar daarbij zeg ik wel: het gaat niet vanzelf. Het kost echt tijd en vasthoudendheid en soms ook ongemak, omdat je steeds met mensen het gesprek moet blijven voeren – ook als het een beetje schuurt.’

Wat gaat de stad hiervan merken?
‘Sinds 2012 zijn we Mensenrechtenstad, dat dragen we ook al actief uit. In december hebben we als eerste stad een mensenrechtenambassadeur ingesteld. Ook deze nieuwe erkenning laten we zeker niet op een plank liggen, hier gaan we de stad mee in. Op 2 juni hebben we een stadsontmoeting gepland, Echt Utrecht. Daar willen we met alle gemeenschappen die Utrecht rijk is ontmoetingen stimuleren. Dan zullen we ook onder de aandacht brengen dat we dit samen hebben gedaan en dat we nu niet achterover gaan leunen, maar kijken hoe we hiermee verdergaan.’