VNG Magazine nummer 5, 20 maart 2020

Auteur: Ana Karadarevic | Beeld: Shutterstock

Lang is in de strijd tegen ondermijnende criminaliteit ingezet op repressie. Nu komt er steeds meer aandacht voor de preventieve kant, dus het tegengaan van ondermijning van het lokale bestuur. Een ‘gezonde dosis paranoia’ komt daarbij goed van pas.
 

Sportschool

Ondermijning door de georganiseerde criminaliteit roept direct beelden op van drugscriminaliteit en de mocromaffia. Maar in de praktijk is ondermijning een veel slinkser fenomeen. Lees de definitie er maar op na die Pieter Tops, hoogleraar bestuurskunde aan Tilburg University, heeft bedacht: ondermijning draait om crimineel handelen dat de potentie heeft om sluipenderwijs een sociale en economische invloed te ontwikkelen. Deze invloed is volgens hem zó groot dat het de fundamenten van de rechtsstaat kan ondermijnen, en daarmee de veiligheid en integriteit van de samenleving.

Alomtegenwoordig

‘Ondermijning is niet alleen de mocromaffia, maar is alomtegenwoordig’, zegt Willeke Slingerland, lector Weerbare Democratie aan de Saxion Hogeschool. In Amsterdam is veel drugsgerelateerde criminaliteit, in de havens van Vlissingen en Rotterdam worden veel drugs het land in gesmokkeld, in kleine Limburgse gemeenten vlak bij de grens met België worden verboden middelen verplaatst tussen de twee landen, in Gelderland komen drugslabs op.

Ondermijning is niet alleen de mocromaffia

Drugs, motorclubs, corruptie, witwassen en fraude zijn één kant van het verhaal, zegt Slingerland. Ondermijning gaat ook over niet aan drugs gerelateerde criminele praktijken. Ondermijnende criminaliteit werkt ontwrichtend: of het nou gaat om een burger met een hennepkwekerij op zolder, een douanier die een oogje dichtknijpt bij de import van drugs of een wethouder die subsidie geeft voor een project van een kennis.

Kwade bedoelingen

Soms werken gemeenteraadsleden zelfs per ongeluk mee aan ondermijning. ‘Het begint vaak heel klein. Mensen denken dat ze iemand een vriendendienst bewijzen en vervolgens gaat het van kwaad tot erger’, zegt Hans Egtberts, bestuurslid van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden (NVvR) en fractievoorzitter van D66 in de raad van Duiven. ‘Voor een raadslid het weet, heeft iemand met kwade bedoelingen macht over hem.’

Soms werkt een raadslid niet eens actief mee, maar is er toch sprake van ondermijning. Een voorbeeld: de fractievoorzitter van een politieke partij in een gemeente hoort in het presidium dat er werk zal worden gemaakt van het sluiten van drugspanden. De man vertelt het aan zijn vrouw, die het vervolgens doorvertelt aan iemand in de sportschool. Toevallig komt het verhaal vervolgens een drugsproducent ter ore, die zijn pand gauw leeghaalt voordat er rechercheurs langskomen. Egtberts: ‘De intentie van raadsleden is in dit soort gevallen niet verkeerd, de motivatie is niet verkeerd en het morele kompas is ook niet per se verkeerd.’

Netwerkcorruptie

Lector Slingerland beaamt dat lokale politici die over de schreef gaan, zich in veel gevallen van geen kwaad bewust zijn. ‘Ze hebben geen zicht op hoe hun ogenschijnlijke simpele handeling of mededeling vergaande gevolgen kan hebben.’ Dit kwam naar voren in haar promotieonderzoek naar netwerkcorruptie, waarin ze onder andere het netwerk rond Jos van Rey als voorbeeld opvoert.

Soms werken raadsleden per ongeluk mee

Deze voormalige wethouder van Roermond en senator namens de VVD zou van vier lokale ondernemers gedurende een lange periode giften hebben aangenomen. Hij vond zelf dat hij niets verkeerd deed. Het strafrechtelijk onderzoek richtte zich op Van Rey en enkele anderen, terwijl het een langzaam gegroeid lokaal netwerk betrof waar veel meer lokale sleutelfiguren en prominenten elkaar bevoordeelden en faciliteerden, waardoor het netwerk ontaardde in corruptie.

De VVD-politicus werd veroordeeld tot een voorwaardelijke celstraf van een jaar vanwege onder meer corruptie, stembusfraude, lekken van vertrouwelijke informatie en witwassen. Volgens Slingerland was het een moeilijk te bewijzen zaak omdat het een kluwen aan personen en handelingen betrof, waardoor de straf eigenlijk wel meeviel. ‘In de zaak-Van Rey waren meer dan veertig rechercheurs twee jaar lang bezig. Uiteindelijk werden er slechts enkelen uit het netwerk veroordeeld tot relatief lichte straffen. De opbrengst is dus feitelijk zeer beperkt.’

Onderwereld

Ondermijning is een reëel probleem. De overheid zet dan ook vooral in op repressie. ‘Dat moet ook, maar alleen repressie is niet genoeg’, zegt Slingerland. In netwerken is corruptie niet zo eenvoudig aan te tonen, blijkt uit haar onderzoek naar dit onderwerp. Weliswaar gebeuren er dingen zoals in de kwestie-Van Rey die niet in de haak zijn, waardoor de democratische beginselen in het gedrang komen. Maar bij netwerkcorruptie is er niet vaak sprake van concreet aanwijsbaar fout gedrag.

Slingerland pleit voor een preventieve aanpak. Vaak wordt gedacht dat integriteit iets is wat je doet, constateert ze, maar in de praktijk ligt het ingewikkelder. ‘Iedereen vindt zichzelf integer. Je doet je best, werkt hard, doet mooie dingen voor de gemeenschap. En toch kun je de mist in gaan.’

Alleen repressie is niet genoeg

Ambtenaren, wethouders en raadsleden registreren elke fles wijn die ze ontvangen bij een openbaar optreden. Slingerland ziet graag dat de aandacht niet meer uitgaat naar de platte discussie over het wel of niet registreren van die fles wijn, ‘maar dat we het gesprek leren aangaan over wat integriteit is, hoe we samen bijdragen aan normverandering en wat iemand tot een goed bestuurder maakt’.

Kwetsbaarheid

Wat Slingerland betreft, wordt er veel meer bij de screening van raadsleden gekeken naar individuele kwetsbaarheid. ‘Raadsleden moeten zich afvragen: heb ik uit hoofde van mijn functie, vrijwilligersactiviteit of sociale omgeving een kwetsbare positie? Ik laat raadsleden tijdens bijeenkomsten over ondermijning altijd hun netwerken in kaart brengen – hun zakelijke netwerk, privénetwerk en bijvoorbeeld de sportclub waar ze op zaterdag actief zijn. Vervolgens vraag ik waar netwerken elkaar kunnen versterken en bijten. De weerbaarheid van individuele lokale politici moet meer aandacht krijgen.’

Dicht bij de samenleving

Volgens lokaal politicus Egtberts is het sterkste punt van raadsleden meteen ook een potentieel zwak punt: ze staan dicht bij de samenleving. Als raadsleden beschikken over een gezonde dosis paranoia kan dat alleen maar nuttig zijn. Ook pleit hij voor meer bewustwording van de gevaren van ondermijning. Mensen uit de onderwereld lopen net als iedereen rond in de bovenwereld, ook op de sportschool.

‘De banden tussen boven- en onderwereld blijken soms gewoon nauwer dan we denken.’ De lokaal politicus signaleert dat vroeger misdaad veel verder af stond van de gemeenteraad, raadsleden kregen er amper mee te maken. ‘Tegenwoordig is het schering en inslag. In het presidium in Duiven is openbare orde en veiligheid tegenwoordig een vast agendaonderwerp, dat was vroeger niet zo.’

Bestemmingsplan

In een gemeente moest een bestemmingsplan worden gewijzigd. Een bewoner informeerde ernaar bij een raadslid, een kennis van hem. Gewoon, uit belangstelling, zo leek het. Hij vroeg of het raadslid hem op de hoogte wilde houden. ‘Degene die het vroeg, bleek grondposities te verwerven’, zegt Hans Egtberts van de Nederlandse Vereniging voor Raadsleden. Het raadslid had hem, te goeder trouw en zich van geen kwaad bewust, verteld over het bestemmingsplan en hoe dit in de raadsvergaderingen werd besproken. ‘De bewoner is zo grondig geïnformeerd door het raadslid, dat hij tonnen euro’s heeft verdiend aan het definitieve bestemmingsplan. Het raadslid had dit niet zien aankomen en is diep door het stof gegaan toen de zaak aan het licht kwam, ook al is hij uiteindelijk niet vervolgd door het OM.’