VNG Magazine nummer 2, 7 februari 2020

Auteur: Rutger Groot Wassink, wethouder Sociale Zaken Amsterdam

Onlangs verscheen het langverwachte eindrapport van de commissie-Borstlap over de arbeidsmarkt. Een week eerder publiceerde de WRR eveneens een advies over werk. Beide stukken kraken kritische noten over hoe we werk organiseren.

Naast de terechte vaststelling dat Nederland is doorgeschoten met de hoeveelheid flexwerk en dat deze ontwikkeling de bestaanszekerheid van mensen ondermijnt, is een tweede conclusie dat het socialezekerheidsstelsel en het arbeidsmarktbeleid hopeloos zijn verouderd. Rechten zijn ongelijk verdeeld en vaak afhankelijk van contractvorm. Regelingen werken elkaar regelmatig tegen of sluiten niet meer aan bij de behoeften van werkenden of werkzoekenden.

Als wethouder Sociale Zaken wil ik zo veel mogelijk mensen helpen om aan de slag te gaan. Maar het stelsel piept en kraakt. In mijn ambities word ik sterk belemmerd door regelgeving die voorschrijft dat het label dat we mensen geven (Participatiewet, Wajong, sociale werkvoorziening, niet uitkeringsgerechtigde, zzp’er) de vorm en mate van de dienstverlening bepaalt. Er is een woud aan regelingen opgetuigd en regels zijn soms contraproductief of werken elkaar tegen.

Weeffout
Een fundamentele weeffout is wat mij betreft dat gemeenten mensen met een WW-uitkering niet kunnen helpen zoeken naar een baan. Pas als ze hun WW-recht maximaal hebben benut en een beroep doen op bijstand mag de gemeente hen ondersteunen. Dat is raar en eigenlijk te laat. Re-integratie is het meest effectief als mensen op hun eerste werkloosheidsdag aan de slag kunnen om aan hun perspectief te werken. Dat voorkomt instroom in de bijstand en de daaraan gekoppelde inkomensdaling én biedt de grootste kans op succes. Om dat mogelijk te maken, moet het onderscheid tussen mensen in de WW en de Participatiewet verdwijnen. Voeg die regelingen samen en stroomlijn de dienstverlening. Dan kan re-integratie echt preventief werken.

Regels zijn soms contraproductief of werken elkaar tegen

De conclusie van de rapporten van Borstlap en de WRR is helder: we hebben een nieuwe voorziening nodig om alle werkenden en werkzoekenden perspectief te bieden. Werkgevers en overheid moeten veel nadrukkelijker gezamenlijk de verantwoordelijkheid nemen om iedereen die zijn werk verliest actief te houden. Door training of scholing aan te bieden om nieuwe competenties en vaardigheden bij te brengen en hen weer aan werk te helpen, al dan niet met begeleiding. En dat dus direct na baanverlies of liever nog: daarvóór. Elke arbeidsmarktregio zou daarvoor een laagdrempelig ‘arbeidsbureau nieuwe stijl’ moeten inrichten waarbij centrumgemeenten de lead nemen. Iedereen: werkzoekende, met ontslag bedreigde werkende of schoolverlater kan er terecht, onafhankelijk van uitkering of contractvorm. Het lokale niveau is daarvoor de aangewezen schaal. Mensen die nu in de bijstand zitten, hebben vaak zorg in de wijk nodig. En de afstand waarbinnen mensen weer aan het werk gaan, ontstijgt de gemeentegrenzen zelden.

Nieuw akkoord
Bijna vijfentwintig jaar geleden sloten werknemers- en werkgeversorganisaties het Flexakkoord aan de keukentafel van toenmalige vakbondsvoorzitter Lodewijk de Waal. Nu is het de hoogste tijd voor een nieuw akkoord waarin herziening en versterking van de sociale zekerheid voor alle werkenden en een effectiever re-integratiebeleid centraal staan. De balans tussen flex en vast moet worden hersteld en het beleid om mensen die om wat voor reden het niet zelf op de arbeidsmarkt redden, moet worden versterkt.

Dat tweede kan wat mij betreft door het re-integratiebeleid eerder en effectiever te laten zijn. Gemeenten kunnen mensen meer perspectief geven, maar dat vraagt ruimte en gelegenheid die nu nog onvoldoende worden geboden. Dat ligt – zoals Borstlap terecht constateert en ook al uit de evaluatie van de Participatiewet bleek – aan gebrek aan budget maar ook zeker aan het feit dat we het niet alleen kunnen. Samen met werkgevers, werknemersvertegenwoordiging, de rijksoverheid, UWV, gemeenten en anderen moeten we de handen ineenslaan en nu kiezen voor een toekomstbestendig stelsel. Voor de economie, voor de samenleving en vooral, voor mensen.

Rutger Groot Wassink (GroenLinks) is wethouder Sociale Zaken in Amsterdam

Schrijf ook een betoog voor VNG Magazine: redactie@vngmagazine.nl