VNG Magazine nummer 6, 15 april 2022

Auteur: Hugo Bakkum en Mario Kieft

Als de integriteit in het geding is, zullen overheidsmanagers eerst maatregelen nemen om zichzelf en hun team te beschermen. Pas daarna kijken ze naar de gevolgen voor de organisatiedoelen, ontdekten onderzoekers Hugo Bakkum en Mario Kieft.
 

Betoog

Aan alle kanten worden gemeenten met tegenstrijdige wensen en verwachtingen geconfronteerd, waar ze nooit tegelijk aan kunnen voldoen, bleek in 2019 uit onderzoek. Een van de gevolgen daarvan is dat er een scala aan verandertrajecten is ontstaan die allemaal vragen om budget, tijd, aandacht en energie. Wij beschrijven dat als een ‘verandertrajectcompetitie’. Overheidsmanagers voelen zich daardoor regelmatig verscheurd en vermalen, met onzekerheid, angst en frustratie tot gevolg.
Wij onderzochten hoe managers omgaan met ideeën, veranderingen en gebeurtenissen die haaks staan op waar ze voor staan, of die zelfs hun grenzen overschrijden. Hoe reageren ze op ontwikkelingen waar ze het fundamenteel mee oneens zijn en waarbij ze morele onrechtvaardigheid ervaren?

Overheidsmanagers hebben veel geïnvesteerd om te komen waar ze zijn

Overheidsmanagers hebben veel geïnvesteerd om te komen waar ze zijn. Ze hebben daarbij een mate van sociaal kapitaal opgebouwd, en een professionele identiteit die wordt ontleend aan de organisatie en de beroepsgroep waartoe ze behoren. Deze zaken worden geriskeerd bij openlijk verzet tegen ontwikkelingen die als immoreel, of onwenselijk worden beschouwd. Toch blijken deze aspecten nauwelijks een rol te spelen bij de geïnterviewde managers als zij vinden dat hun grenzen écht worden overschreden. Vooral persoonlijke factoren als behoud van positief zelfbeeld, persoonlijke identiteit en morele waarden zijn dan doorslaggevend voor hun gedrag.

Harde grens
De wetenschappelijke literatuur maakt onderscheid tussen verschillende handelingsstrategieën: vertrek, constructief verzet, berusting of tegenwerking. Onder dit laatste valt bijvoorbeeld dat mensen zich minder inzetten, werktijd als privétijd gebruiken, afwezig zijn, fouten maken en meestribbelen: ja zeggen, nee doen. In onze interviews herkenden wij alle strategieën. Het gemeenschappelijke beeld is dat de managers vrijwel allemaal ergens een harde grens trekken: tot hier en niet verder. Die grens ligt bij aantasting van de eigen integriteit, zoals bijvoorbeeld de wijze waarop je met elkaar omgaat. Van invloed zijn verder zaken als hoelang een situatie al duurt, of er mogelijkheden zijn die te veranderen, en of er alternatieven zijn.

Persoonlijke afwegingen zijn het meest bepalend voor de gekozen gedragsstrategieën

Overheidsmanagers krijgen regelmatig te maken met grensoverschrijdende situaties en aantasting van de eigen integriteit. Er is geen handleiding hoe om te gaan met dit soort situaties, maar dit onderzoek laat zien dat áls zo’n heel persoonlijke grens wordt overschreden, persoonlijke afwegingen dan het meest bepalend zijn voor de gekozen gedragsstrategieën, ongeacht de consequenties.

Beschermen
We weten nu dat als die integriteit in het geding is, overheidsmanagers in de eerste plaats de keuze maken om zichzelf en anderen te beschermen. Pas in de tweede plaats zullen ze rekening houden met organisatiedoelen en met gevolgen voor hun eigen carrière.
Het lijkt een zichzelf versterkend patroon op te leveren waarin de overheidsmanager zich aansluit bij nieuwe veranderingen die wél passen bij de eigen waarden en normen. Dit met alle gevolgen voor de hiervoor beschreven verandertrajectcompetitie.

Mario Kieft is hoofddocent Organisatieontwikkeling en Gedrag in Organisaties aan de Open Universiteit Nederland en daarnaast werkzaam als organisatieadviseur.

Hugo Bakkum heeft in het kader van zijn MBA-opleiding onderzoek gedaan naar gedrag van overheidsmanagers bij ervaren onrecht. Hij werkt nu als programmamanager huisvesting aandachtsgroepen bij de VNG.

Schrijf ook een betoog voor VNG Magazine: redactie@vngmagazine.nl