VNG Magazine nummer 1, 28 januari 2022

Auteur: Leo Mudde | Beeld: Jeanette van der Meij

Het begon op LinkedIn, waar jongerenwerker Marco Mout een vlammend betoog plaatste tegen gokreclames en de risico’s voor kwetsbare jongeren. Burgemeester Sebastiaan van ’t Erve van Lochem riep zijn collega’s op zich aan te sluiten bij de actie #TeamMout.
 

Sebastiaan van 't Erve

Waarom begon u op sociale media de hashtag #TeamMout?
‘Ik was geraakt door de betrokkenheid van de jongerenwerker bij kwetsbare jongeren. Zijn verbazing over hoe we in dit land besluiten hebben genomen die het voor kwetsbare jongeren niet beter en makkelijker maken, maar juist moeilijker en dat het jeugdwerk dan weer z’n best moet doen om dit te herstellen... Dat klonk zo oprecht dat ik vond dat dat geluid veel harder moest weerklinken. Sinds een paar maanden is online gokken legaal. Maar we moeten het niet normaal maken, zeker niet voor kwetsbare groepen. In de wet staat dat reclame niet op jongeren gericht mag zijn. Daar komt in de praktijk weinig van terecht, als je bekende Nederlanders gebruikt van wie je weet dat ze die doelgroep aanspreken.’

Past zo’n actie wel bij de rol van de burgemeester? 
‘Ik heb het uit betrokkenheid gedaan. Maar ik vind het absoluut nodig om als burgemeesters samen een grens te trekken, dat probeer ik te veroorzaken. Het is geen politieke keuze, maar een maatschappelijke keuze. Als je kijkt naar de reacties, zowel bij Marco Mout op zijn berichten als van de mensen die zich hebben aangesloten bij mijn hashtag #TeamMout… Raadsleden, wethouders, burgemeesters, mensen die werkzaam zijn in de jeugdzorg, maar ook wildvreemde mensen, ik denk dat iedereen wel voelt dat we een grens hebben overschreden die we moeten terugvinden. Dat doen we als samenleving samen, burgemeesters mogen daar een voortrekkersrol in vervullen.’

Maar toch, een burgemeester die tegen de wet ingaat… Had u niet eerder bij de wetgever moeten aankloppen om dit te voorkomen?
‘Iedereen voelt op z’n klompen aan dat wat de intentie van de wet was, in de praktijk niet tot z’n recht komt. Welkom in de woest ingewikkelde wereld van de wetgeving. Dit is geen aanval op het democratisch systeem, maar een kritische reflectie op de uitvoeringspraktijk en die pakt niet uit zoals we hoopten. We hebben in dit land wel meer discussies over de kwaliteit van de uitvoering. Dit past op die grote stapel. Als we met elkaar de norm stellen, hoe handhaven we die dan? Ik heb nog geen instituties gezien, of dat nou de Reclame Code Commissie is of de Kansspelautoriteit, die aanbieders van dit soort praktijken tot de orde hebben geroepen. Dan moeten de burgemeesters het maar doen. Zij hebben gelukkig nog steeds hun oor dicht aan de grond in de eigen samenleving en horen wat daar speelt. Wij hebben geen oplossing, maar we horen de zorgen en door die op tafel te leggen helpen we de samenleving wel degelijk vooruit.’