VNG Magazine nummer 9, 31 mei 2024
Tekst: Marten Muskee | Beeld: Frank Visschedijk
Gemeenteraadslid Bas Haarhuis (Keerpunt22) van Tubbergen pleit voor een subsidie voor jongeren om carnavalswagens te bouwen. Het wordt voor verenigingen steeds moeilijker om het hoofd boven water te houden, ziet hij.
Wat is precies uw idee?
‘Ik heb schriftelijke vragen gesteld over een mogelijke waarderingsbijdrage voor met name jonge carnavalswagenbouwers. Dit naar het voorbeeld van de gemeente Bladel die jeugdige carnavalsverenigingen subsidieert. Keerpunt22 staat altijd positief tegenover initiatieven die goed zijn voor de jeugd. We vroegen het college naar de mogelijkheden hier eenzelfde soort subsidie van de grond te krijgen, of dat er wellicht al andere subsidies bestaan waarvan carnavalsverenigingen gebruik kunnen maken. Carnaval is een groot sociaal gebeuren in Tubbergen. We hebben negen kernen, elke kern heeft minstens één en sommige wel drie, vier of vijf carnavalsverenigingen. Het wordt steeds moeilijker voor verenigingen om het hoofd boven water te houden. Voor de dorpen is het belangrijk dat ze blijven bestaan. Een subsidie zou een sympathiek gebaar zijn voor al het werk dat vrijwilligers verzetten.’
Waarom zet u specifiek in op jongeren?
‘Met name vanwege maatschappelijke betrokkenheid. Bij ons draait het om noaberschap. Door jongeren met elkaar en met ouderen te mengen, krijgen we elkaar in beeld. Jongeren leren daarnaast praktische vaardigheden ontwikkelen als schilderen, omgaan met elektriciteit of het organiseren van dingen. Misschien kiezen ze daardoor wel voor een technisch beroep. Onze fractie vindt het belangrijk dat kinderen niet alleen op hun telefoon zitten te tiktokken, maar ook de handen uit de mouwen steken. Het wordt voor het verenigingsleven steeds moeilijker om nieuwe aanwas te krijgen. Het is belangrijk om daar aandacht aan te geven, anders zitten we straks met een gat en dat is niet goed voor de sociale samenhang.’
Hoe reageert het college?
‘Dat realiseert zich dat carnaval in Tubbergen heel belangrijk is en vindt dat hartstikke mooi. Een eventuele waarderingsbijdrage wordt ook wel als een sympathiek gebaar gezien. Er is echter nog niets concreets uit gekomen. Dat heeft te maken met het feit dat het college in het najaar met een nieuwe visie op cultuur komt. Een subsidie voor jonge carnavalswagenbouwers kan daar onderdeel van zijn, als blijkt dat het inderdaad de wens is om geld voor jongerenorganisaties op cultureel gebied vrij te maken. Het college benoemt ook het aspect van positieve gezondheid. Dat moet terugkeren in de nieuwe cultuurvisie. Het college is van mening dat het bouwen van carnavalswagens door jongeren hier een positieve bijdrage aan kan leveren.’