Laatst bijgewerkt: 29 augustus 2025

Gezien de lange doorlooptijd om te komen tot een soortenmanagementplan (SMP) en de urgentie om gebouwen te isoleren, zijn er steeds meer provincies die op kortere termijn een tijdelijke omgevingsvergunning afgeven. Dit wordt de pre-SMP-aanpak genoemd.

Een pre-SMP is gebaseerd op modelmatige berekeningen en niet zoals bij een SMP op ecologisch onderzoek. Daarom is het aantal en type woningen onder een tijdelijke vergunning beperkt. Ook gelden specifieke voorwaarden.

Hoe lang is deze vergunning geldig?

De geldigheidsduur van een vergunning op basis van een pre-SMP kan per provincie verschillen. Vaak zijn deze vergunningen 18 maanden tot 2 jaar geldig, of korter als de SMP voor afloop van de vergunning klaar is. Dan kan de provincie op basis daarvan een vergunning verlenen.

Welke typen woningen kunnen worden geïsoleerd? 

De richtlijnen voor de pre-SMP-aanpak kunnen per provincie verschillen. In de provincie Utrecht, waar de pre-SMP-aanpak is ontwikkeld, gaat het om individuele grondgebonden woningen in particulier eigendom, en van oorsprong grondgebonden woningen die gesplitst zijn in boven-benedenwoningen tot en met een maximum van 4 woonlagen. De pre-SMP is niet voor utiliteitsbouw.

Hoeveel huizen mogen worden geïsoleerd?

De pre-SMP wordt verdeeld in 2 fasen: 

  • In fase 1 mag maximaal 10% per CBS-buurt worden verduurzaamd.
  • In fase 2, nadat alle kraamverblijven in beeld zijn door gemeentebreed veldonderzoek, mag aanvullend tot maximaal 30% per CBS-buurt worden geïsoleerd. 

Woningen waarvan bekend is dat er kraamverblijven, massawinterverblijven of zeldzame beschermde diersoorten zitten, mogen niet worden geïsoleerd. Het percentage is minder dan bij een vergunning op basis van een SMP, maar meer dan bij de tijdelijke werkwijze NVI.

Welke voorwaarden gelden bij deze vergunning?

De voorwaarden komen grotendeels overeen met de voorwaarden bij een omgevingsvergunning op basis van een SMP. Ze  kunnen per provincie verschillen. 

  • De gemeente moet al bezig zijn met het opstellen van een SMP of de opdracht daartoe hebben verleend aan een bureau.
  • De isolatie mag alleen worden uitgevoerd door een isolatiebedrijf dat natuurvriendelijk isoleert.
  • De natuurkalender (zie handreiking provincie Utrecht, pdf, 876 kB) moet worden gevolgd, wat betekent dat isolatie alleen mogelijk is buiten de kraam- en winterperiode (of als de woning natuurvrij is gemaakt voor het ingaan van zo'n periode).
  • Voorafgaand aan de isolatiewerkzaamheden (buiten de kraam- en winterperiode) moet de woning natuurvrij worden gemaakt. Hierbij worden kapjes over kieren en gaten geplaatst, zogenoemde exclusion flaps, waardoor dieren naar buiten kunnen, maar niet terug naar binnen. Na enkele dagen is de woning 'natuurvrij'.
  • Gemeenten nemen de verantwoordelijkheid voor het realiseren van grotere verblijfplaatsen (kraam- en wintermassaverblijven) voor vleermuizen, en particulieren behouden kleinere verblijfplaatsen in hun spouw. Het isolatiebedrijf houdt daarvoor ruimte vrij van isolatiemateriaal in de te isoleren gevels. Daarnaast nemen isolatiebedrijven compenserende maatregelen voor huismussen en gierzwaluwen volgens de werkwijze natuurvriendelijk isoleren. 

Disclaimer: De richtlijnen voor de pre-SMP-aanpak kunnen per provincie verschillen. Aan deze informatie kunnen geen rechten worden ontleend. Ga hierover met uw provincie in gesprek.