Den Haag is een van de eerste Nederlandse gemeenten met een eigen datastrategie: een gerichte koers om data in te zetten als aanjager voor oplossingen van maatschappelijke vraagstukken. De gemeente zet in op het slim gebruikmaken van (big en open) data om meer publieke waarde te creëren voor de stad en beleid effectiever te kunnen uitvoeren.

Gemeenten maken beleid steeds vaker met behulp van data. Zo kunnen data over het aantal zonnepanelen helpen bij het beleid rond de energietransitie door de stroombehoefte beter in kaart te brengen. Data over ziekteverzuim ondersteunen het gezondheidsbeleid en data over het aantal meldingen bij de politie zeggen onder meer iets over veiligheid en leefbaarheid in de wijk. Soms onderbouwen die data nieuw beleid, soms leiden ze tot slimme, praktische oplossingen. Op die manier biedt datagedreven werken kansen bij de aanpak van maatschappelijke opgaven. Een datastrategie helpt gemeenten om hierbij richting te geven en samenhang te creëren in bestaande data-initiatieven. 

Tanaquil Arduin

Ook voor Den Haag zijn data van strategisch belang. Sinds een aantal jaren werkt de gemeente met een eigen datastrategie. ‘Hierin definiëren we hoe we met data meerwaarde kunnen bieden voor de stad’, vertelt de Haagse Data Officer Tanaquil Arduin. ‘De strategie beschrijft de visie, ambities en doelen die de organisatie heeft met data. Maar ook: hoe gaan we als gemeente bewust en verantwoord met data om? Zo stelt Den Haag als stad van vrede, recht en veiligheid, de borging van publieke waarden centraal en de rechten van de mens bij het gebruik van data en algoritmes.’

Proactieve koers

Arduin vervolgt: ‘De ontwikkelingen op het gebied van data gaan zo ongelooflijk snel. Hoe gaan we als gemeente bijvoorbeeld om met generatieve AI en met ethisch en verantwoord gebruik van algoritmes? Welke data gebruiken we wel en welke niet? Wat zijn de kansen en wat zijn de risico’s? Hoe borgen we de datasoevereiniteit van inwoners? Een datastrategie zorgt ervoor dat je bij dit soort vragen een proactieve koers vaart en niet elke keer achteraf een standpunt moet  formuleren. 

Het is daarbij cruciaal om alle diensten van de gemeente al in een vroeg stadium bij de strategie te betrekken. Bepaal gezamenlijk de waarde van data voor de organisatie en stel deze centraal om het belang van data te benadrukken. Zo ontstaat draagvlak voor de strategie en creëer je een gezamenlijk beeld van de ambities.’

De Haagse datastrategie is gebaseerd op vijf thema’s. Ten eerste gaat het om waarde creëren met data, waarbij data kunnen worden gebruikt als aanjager voor oplossingen van maatschappelijke vragen. Dat kan alleen als de basis op orde is. Daarom investeert de gemeente in een duurzame data-organisatie waarin veiligheid en privacy zijn gewaarborgd. 

Den Haag investeert ook in de ontwikkeling van expertise bij ambtenaren (datavakmanschap). Verder zijn er duidelijke afspraken over verantwoordelijkheden, rollen en eigenaarschap (data-governance). Het vijfde en laatste thema is gericht op de kwaliteit: data moeten vindbaar, toegankelijk en betrouwbaar zijn. Arduin: ‘We willen het gebruik van open data stimuleren, zodat bedrijven en inwoners ook zelf met die data aan de slag kunnen.”

Transparante overheid

De datastrategie van Den Haag is nauw gekoppeld aan het Haagse coalitieakkoord. Met het nieuwe akkoord van 2023 is het ook tijd om de datastrategie te actualiseren. En dat is precies waar de gemeente nu aan werkt. ‘Mede dankzij ons college en het Gemeentelijk Management Team (GMT) krijgen thema’s als een transparante overheid, dataveiligheid en compliance met Europese wet- en regelgeving nu nog meer aandacht’, zegt Arduin. 

‘Intussen blijft het belangrijk om te blijven experimenteren, te leren en te enthousiasmeren’, benadrukt de Haagse Chief Data Officer. ‘In Den Haag doen we dat onder andere met initiatieven zoals het Urban Data Center en het Urban Data Platform. Een van de uitgangspunten daarbij is dat we als gemeente leren van andere organisaties. 

Dat is ook een van mijn adviezen aan andere gemeenten: kijk niet alleen naar binnen maar ga in gesprek met partijen buiten je eigen organisatie. Hoe kijken die aan tegen jouw organisatie? Welke data hebben zij nodig? En neem daarvoor de tijd. Het proces om te komen tot een datastrategie, is een essentieel onderdeel van het succes ervan.’