VNG Magazine nummer 12, 1 september 2023

Tekst: Marten Muskee | Beeld: Toussaint Kluiters/ United Photos

Kunst in de openbare ruimte leidt niet zelden tot ophef. Maar smaak is persoonlijk en moet niet politiek gemaakt worden, zeggen politici. Daarom is het goed dat lokale bestuurders bij het plaatsen van kunst zich laten adviseren door experts.

Beeld Domestikator Velsen

Het nieuwe, vier meter hoge bronzen beeld Moments Contained van Thomas J Price staat sinds begin dit jaar op het plein voor het Centraal Station in Rotterdam. De reacties waren wisselend. Het Centrum Beeldende Kunst adviseerde het college over de plaatsing van het beeld van de zwarte vrouw die nonchalant haar handen in de zakken steekt.

Het Rotterdamse raadslid Judith Bokhove (GroenLinks) heeft cultuur in portefeuille. Ze vindt het volkomen terecht dat het centrum zo’n belangrijke rol speelt, en dat raad en college op afstand staan. ‘Het hoort over smaak, kwaliteit en over de boodschap van de kunstenaar te gaan’, zegt ze. ‘Wij zijn er niet om onze politieke mening op ieder standbeeld te drukken.’

Terughoudend oordelen
Volgens Bokhove hoort een politicus slechts terughoudend te oordelen over de bedoeling achter een kunstwerk en hoe het publiek dat ervaart. ‘Natuurlijk is het belangrijk dat er ruimte is voor discussie, maar dat mag geen politieke discussie zijn, zeker niet vooraf. Houd het neutraal en laat het aan de stad zelf over. Kunst in de buitenruimte behoort geen politieke kleur te hebben.’  

De meeste gemeenten werken met een soort adviesraad voor kunst wanneer ze een werk aangeboden
krijgen. Die beoordeelt de kwaliteit van het kunstobject, onderzoekt wat de kunstenaar ermee uitdrukt en of het maatschappelijke meerwaarde heeft voor de lokale gemeenschap.

Bokhove vindt het belangrijk dit bij zo’n instelling te beleggen. ‘Het college volgt zo ongeveer het advies op van het CBK en faciliteert, volkomen terecht. Daar zit de deskundigheid, de experts die de tijd hebben om te duiden. Het is een zelfstandige en onafhankelijke adviesraad met veertig jaar ervaring rond kunst in met name de openbare ruimte.’

Domestikator
Inwoners van Velsen kijken sinds enkele jaren tegen het kunstwerk Domestikator van Joep van Lieshout aan, dat in de duinen staat. Het bestaat uit tegen elkaar geplaatste metalen blokken en verbeeldt het spanningsveld tussen mens en natuur. Er zijn echter ook inwoners die het interpreteren als een persoon die seks heeft met een dier.


Kunstenaars proberen vaak een debat aan te wakkeren


‘Toen het beeld werd geplaatst was ik nog raadslid’, vertelt Sander Smeets (D66), nu wethouder in Velsen. ‘Iedereen wist heel goed dat dit kunstwerk wat teweeg ging brengen.’ Het werk zou in 2017 op een buitententoonstelling bij het Louvre komen te staan, maar de museumdirectie hield dat tegen. Velsen plaatste het wel. Smeets: ‘Wanneer Velsen een kunstwerk aangeboden krijgt, gaan we voor advies langs de kunstcommissie. Voor sommige kunstwerken is dat allemaal niet zo heel erg spannend. Bij typische kunstwerken zoals de Domestikator loopt het wat anders.’

Spanningsveld
Velsen was bezig met het inmiddels stopgezette project Kustplaats IJmuiden aan Zee, een gemengd woon- en recreatiegebied. De bedoeling was om woningen bij te bouwen tegen de duinen aan. Smeets: ‘Het is een locatie met een enorm spanningsveld tussen mens en natuur. Dat is precies waar de werken van Van Lieshout ook over gaan. Zijn werken zorgen voor aandacht. De Domestikator past op die plek. Dat is iets wat een bestuurder zwaarwegend moet meenemen in het eventuele besluit tot plaatsing.’

Velsen plaatst een kunstwerk niet louter omdat het weerstand oproept of iets maatschappelijks teweegbrengt, zegt wethouder Smeets. Het moet wel echt passend zijn voor de plek en gemeente. ‘Kunstenaars proberen vaak een debat aan te wakkeren, daar is Van Lieshout er zeker één van. Die moeten er ook zijn. Veel verzetsbewegingen gebruiken kunst om zich te uiten.’  

Het is aan het college om een vergunning af te geven voor de plaatsing van een kunstwerk. Het verzoek om het werk van Van Lieshout te plaatsen, werd in eerste instantie niet voorgelegd aan de gemeenteraad. Toen enkele raadspartijen bezwaren uitten omdat ze het een ongepast kunstwerk vinden, is het op de raadsagenda gezet. Een meerderheid kon zich echter vinden in het verhaal achter het kunstobject en de locatie waar het staat.

Gemeenteraad
In principe hoeft een college een voorstel tot plaatsing van een kunstwerk in de openbare ruimte niet voor te leggen aan de gemeenteraad als daar geen financiële consequenties aan verbonden zijn. Dat hoeft ook niet wanneer een gemeenteraad een subsidiepotje met een bepaald bedrag heeft vastgesteld waarmee het college kunst kan aankopen. ‘Het college kan echter niet zomaar een kunstwerk aankopen. De gemeenteraad heeft het budgetrecht.’

Smeets vindt het uiteindelijk wel belangrijk om steun van de gemeenteraad te krijgen. ‘Dat hoor je als college altijd aan te voelen. Zet niet lukraaks iets neer. Kijk naar wat past en welke discussie je wilt uitlokken. Zaken mogen af en toe botsen. Kunst mag een maatschappelijke discussie teweegbrengen, maar moet wel passen bij de plek en de gemeente.’

De Rotterdamse gemeenteraad is in beginsel ook niet betrokken geweest bij de plaatsing van Moments Contained. Toen het nieuwe Centraal Station werd opgeleverd, is wel vastgesteld dat bij dat heel grote plein echt een ‘landmark’ hoort. Enkele voorstellen passeerden de revue, er is een motie ingediend en er zijn onderzoeken uitgevoerd. Bokhove: ‘Plots stond dit beeld er en dat wordt breed omarmd door de Rotterdammers. Veel mensen zijn positief verrast. Het was geen omstreden gebied meer. Inwoners waren misschien ook wel een beetje vergeten dat daar nog steeds een kunstwerk moest komen. Het beeld accentueert de grootte van het Centraal Station en is een gave landmark op die plek.’

Prettig gevoel
Iedereen kijkt op een eigen manier naar kunst en voelt daar iets persoonlijks bij. Bokhove ziet op het Stationsplein een zwarte dame staan die een jonge zelfbewuste generatie vertegenwoordigt. Ze staat stevig met haar voeten op de grond, ‘iemand die lekker geaard is in onze stad’. ‘Ze hoeft met haar vier meter nooit meer opzij te gaan voor een ander en brengt dat over aan andere vrouwen. In dit geval drukt kunst een prettig gevoel uit. Ik voel me welkom in deze stad.’

Er zijn zeker ook kunstenaars die een ander gevoel willen uitdrukken om zo maatschappelijke discussie op gang te brengen. ‘Een beeld kan ook bedoeld zijn om te choqueren. In Rotterdam staat een beeld van opgestapelde olievaten waar de ruwe olie zo ongeveer uitloopt. Dat zorgt bij mij niet voor een prettig gevoel, maar wel voor noodzakelijke inzichten.’