Huidige situatie

• Op een perceel is een autogarage-bedrijf gevestigd met de nodige milieubelasting: geluid, opslag gevaarlijke stoffen en bodemrisico's. 
• Op het perceel rust op grond van een voormalig bestemmingsplan (per 1-1-2024 onderdeel van het omgevingsplan van rechtswege) de bestemming Bedrijventerrein.
• In de omgeving zitten verder geen andere bedrijven.

Geplande situatie

• Een initiatiefnemer wil het bedrijfsgebouw slopen en hier een appartementencomplex bouwen. 

BOPA?

Dit is mogelijk met een BOPA. Het appartementencomplex past niet binnen de bestemming Bedrijventerrein uit het voormalige bestemmingsplan. Met het initiatief wordt dus afgeweken van het geldende omgevingsplan. Dit initiatief kan mogelijk worden gemaakt met een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

Huidige situatie

• Op een perceel is een autogarage-bedrijf gevestigd met de nodige milieubelasting: geluid, opslag gevaarlijke stoffen en bodemrisico's. 
• Op het perceel rust op grond van een voormalig bestemmingsplan (per 1-1-2024 onderdeel van het omgevingsplan van rechtswege) de bestemming Bedrijventerrein.
• In de omgeving zitten verder geen andere bedrijven.

Geplande situatie

• De initiatiefnemer wil het bedrijf stoppen, maar het bedrijfspand behouden om daar zijn eigen 3 auto's en eigen caravan te stallen.
• Hij wil daarnaast op hetzelfde perceel een appartementencomplex bouwen. 
• Er is een kans dat het voormalige bedrijfsgebouw opnieuw gebruikt gaat worden als autogarage-bedrijf. Bijvoorbeeld als het gebouw verkocht wordt en de nieuwe eigenaar weer een garagebedrijf wil beginnen.

BOPA?

Dit is mogelijk met een BOPA. Het appartementencomplex past niet binnen de bestemming Bedrijventerrein uit het voormalige bestemmingsplan. Met het initiatief wordt dus afgeweken van het geldende omgevingsplan. Dit initiatief kan mogelijk worden gemaakt met een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

In dit voorbeeld is er wel een aandachtspunt: de mogelijke terugkeer van een garagebedrijf. Aangezien met een BOPA het onderliggende omgevingsplan niet gewijzigd wordt, zou in principe opnieuw een garagebedrijf op het perceel gevestigd kunnen worden. Dit garagebedrijf moet dan weer voldoen aan algemene milieuregels. Als dat het geval is, kan ook dan weer sprake zijn van een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Dat zou betekenen dat er weer een garagebedrijf op het perceel mag komen.

Mocht de gemeente een terugkeer van een garagebedrijf onwenselijk vinden, moet een inschatting worden gemaakt van de kans op terugkeer van een garagebedrijf. Wellicht kan de terugkeer met vergunningvoorschriften worden tegengegaan. Of de gemeente wijzigt toch het omgevingsplan. Dit kan ook later nog, na realiseren van het initiatief op grond van een verleende BOPA.

Vergelijk dit voorbeeld met voorbeeld 4.

Huidige situatie

• Op een perceel is een autogarage-bedrijf gevestigd met de nodige milieubelasting, waaronder geluid.
• Rondom het bedrijf staan woningen.

Geplande situatie

• Het bedrijf wil zijn werktijden veranderen van alleen overdag, naar ook ’s avonds. 
• Daardoor zal het bedrijf in de avondperiode niet meer voldoen aan de geluidsnormen uit de bruidsschat. 
• Het bedrijf vraagt een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit aan om in de avondperiode een hogere geluidsnorm te krijgen.

BOPA?

De gemeente kan hiervoor een BOPA verlenen. Geluid heeft namelijk een ruimtelijke impact en kan daarom in principe via een BOPA geregeld worden. Relevant hierbij is artikel 8.0a lid 2 Bkl met één van de beoordelingsregels voor een BOPA-aanvraag. Daaruit blijkt dat een BOPA alleen wordt verleend met het oog op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties. Bij het aangevraagde initiatief moet dus sprake zijn van ruimtelijke impact.

Vergelijk dit voorbeeld met voorbeeld 5.

Huidige situatie

• Op een perceel is een veeteeltbedrijf gevestigd met een hoge stikstofuitstoot (een 'piekbelaster').
• Op het perceel rust op grond van een voormalig bestemmingsplan (per 1-1-2024 onderdeel van het omgevingsplan van rechtswege) de bestemming Agrarisch.

Geplande situatie

• Het veeteeltbedrijf wil/moet stoppen om verdere schade aan natuur te voorkomen (vanwege de stikstofproblematiek). De gebouwen van het veeteeltbedrijf zullen worden gesloopt.
• De initiatiefnemer wil op het perceel een aantal woningen bouwen.
• In de omgeving zitten geen andere bedrijven.
• Het moet onmogelijk zijn dat er op het perceel opnieuw een veeteeltbedrijf begint (doorgaans een harde eis in bijvoorbeeld rood-voor-rood / ruimte-voor-ruimte regelingen).

BOPA?

De gemeente kan hiervoor een BOPA verlenen, maar mogelijk is daarmee onvoldoende gegarandeerd dat er niet opnieuw een veeteeltbedrijf komt, dat weer te veel stikstof gaat uitstoten.

Dit kan als volgt worden toegelicht. De nieuwe woningen passen niet binnen de bestemming Agrarisch uit het voormalige bestemmingsplan. Met het initiatief wordt dus afgeweken van het geldende omgevingsplan. Dit initiatief kan mogelijk worden gemaakt met een omgevingsvergunning voor een buitenplanse omgevingsplanactiviteit.

Aandachtspunt hierbij is: de mogelijke terugkeer van een veeteeltbedrijf moet in dit geval echt onmogelijk zijn. Aangezien met een BOPA het onderliggende omgevingsplan niet gewijzigd wordt, zou in principe opnieuw een veeteeltbedrijf op het perceel gevestigd kunnen worden. Om dit met zekerheid te voorkomen, kan de gemeente ervoor kiezen dit initiatief met een omgevingsplanwijziging mogelijk te maken, in plaats van met een BOPA. De uitkomst van deze afweging is afhankelijk van de concrete situatie en de eisen vanuit het stikstofbeleid.

Vergelijk dit voorbeeld met voorbeeld 2.

Huidige situatie

• Een braakliggend perceel.
• Op het perceel rust op grond van een voormalig bestemmingsplan (per 1-1-2024 onderdeel van het omgevingsplan van rechtswege) de bestemming Bedrijventerrein, waarbij kantoorgebouwen zijn toegestaan.

Geplande situatie

• Een initiatiefnemer wil op het perceel een duurzaam kantoorgebouw vestigen dat voor energie zelfvoorzienend is. Zij wil het gebouw daarom niet aansluiten op het elektriciteitsnet (‘off-grid’).
• Het geplande gebouw ligt op minder dan 100 meter van het distributienet voor elektriciteit.

BOPA?

Dit is niet mogelijk met een BOPA. Dit kan als volgt worden toegelicht. In artikel 22.8 van het omgevingsplan (bruidsschat) wordt verplicht gesteld om een bouwwerk aan te sluiten op het distributienet voor elektriciteit als de aansluitafstand niet groter is dan 100 meter. Het oogmerk van deze regel is het waarborgen van de veiligheid. Relevant is hier dat een BOPA alleen verleend wordt met het oog op een evenwichtige toedeling van functies aan locaties (art. 8.0a lid 2 Bkl). Bij het aangevraagde initiatief moet dus sprake zijn een ruimtelijke impact. Dat is hier niet het geval.  Het al dan niet aangesloten zijn op het elektriciteitsnet heeft geen ruimtelijke impact.

Mocht de gemeente dit initiatief wel mogelijk willen maken, zou dat kunnen door een omgevingsplanwijziging of door een maatwerkvoorschrift (zie artikel 22.4 van het omgevingsplan). Voor meer informatie over het maatwerkvoorschrift zie vraag 27 t/m 33 van de Q&A over de BOPA.

Vergelijk dit voorbeeld met voorbeeld 3.