Er moet geld bij voor de gemeentelijke taken in het sociaal domein, vindt de SGP. Kees van der Staaij, voor de vierde keer lijsttrekker, zet daarnaast de woonopgave hoog op de agenda, met speciale aandacht voor regionale verschillen.

Kees van der Staaij

De gemeente heeft een onmisbare positie in ons staatsbestel, vindt Kees van der Staaij. Op het lokale niveau komt de menselijke maat het beste uit de verf, dus moeten gemeenten ook voldoende toegerust zijn om hun taken te kunnen uitvoeren. ‘Met een landelijke benadering loop je toch het risico dat burgers vermalen worden in de bureaucratie. Je zag dat het meest extreem bij de toeslagenaffaire. We willen dat het bestuur zo nauw mogelijk aansluit op de leefomgeving. Daarom staan wij ook positief tegenover decentralisatiebewegingen. Al zien we, vijf jaar na de decentralisaties, ook de zorgen over de financiële positie van gemeenten. Dat is een belangrijk aandachtspunt.’

Uit het onderzoek van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) naar de decentralisaties blijkt dat er een grens is aan de zelfredzaamheid die van kwetsbare inwoners verwacht kan worden. Van der Staaij herkent dat. Hij wijst op de rol die de overheid op dit vlak moet vervullen. De overheid zou zich moeten inspannen om de zwakkeren in de samenleving een vangnet te bieden.

‘Bij de jeugdzorg valt mij wel op hoe lastig het is om met mensen in gemeenteland in gesprek te gaan over de problematiek. Waarom zien we dat de jeugdzorg meer groeit en meer kost? Het gesprek wordt nu vooral gevoerd in termen van de bedrijfsvoering. Hebben we voldoende geld en hoe organiseren we het? Dat is allemaal volstrekt begrijpelijk, maar het streven is ook om een gesprek te voeren over de inhoud, en over preventie. Denk aan ondersteuning bij de opvoeding en het versterken van de relatie tussen ouders. Maatwerk kan een oplossing zijn, mits de aanpak rechtmatig blijft. Juist op een kleinere schaal moeten er andere oplossingen gevonden kunnen worden. We zouden wat minder krampachtig met gelijkheid moeten omgaan. Niet alle situaties zijn exact gelijk. Daarin zouden we gemeenten wat meer ruimte moeten bieden.’ 

Frustrerend

Om te voorkomen dat ze bij elk onderwerp eerst met de collectezak naar het kabinet moeten, willen gemeenten pas over de inhoud in gesprek als de financiën geregeld zijn. Het is een belangrijk speerpunt in hun aanbod aan het nieuwe kabinet. Van der Staaij is het daar ‘voor honderd procent mee eens’, zegt hij. ‘Het is frustrerend om taken te moeten uitvoeren waar je onvoldoende geld voor hebt. Als je niet tegemoetkomt aan die basale voorwaarde, voldoende geld voor taken, dan is de burger daar de dupe van. Wat ons betreft, moet er geld bij in het sociaal domein. De plaatjes zijn nog in berekening en wij beloven geen koeien met gouden hoorns. Maar we denken wel aan een bescheiden plus ten opzichte van het pad zoals dat nu is uitgetekend.’

De SGP pleit ook voor het vergroten van het gemeentelijk belastinggebied. Van der Staaij: ‘Daarmee kun je juist gemeentelijke keuzes maken en betaalbaar houden. Daarnaast zou er een mogelijkheid moeten zijn om tijdelijk te werken met een niet-sluitende begroting, mits de begroting structureel op orde is. Dat is vooral van belang in tijden van economische neergang, zoals nu.’ 

Er moet geld bij in het sociaal domein

Opschalingskorting

Voor gemeenten is de opschalingskorting een doorn in het oog. Die korting op het gemeentefonds loopt op tot een miljard. Gemeenten zoeken steun voor het standpunt om de opschalingskorting af te schaffen. Ze hebben daarin in Van der Staaij een medestander. ‘Wij zien de opschalingskorting als een prikkel voor herindeling en daar zijn wij altijd op tegen geweest’, zegt hij. ‘Wij geloven niet in de samenvoeging met grotere gemeenten als doel op zich. Voor veel opgaven is er geen eenduidige, ideale schaal. Voor de heel zware jeugdzorg kan een regionale aanpak nodig zijn, maar bij opvoedondersteuning moet je juist de wijk in.’

Woonopgave

De woningbouwopgave is één van de inhoudelijke thema’s in het aanbod van gemeenten aan het kabinet. De SGP ziet in die opgave een vitale rol weggelegd voor gemeenten. ‘De woningmarkt is voor veel burgers een belangrijk punt. En dat zal de komende tijd nog belangrijker worden. Het zou goed zijn om dit programmatisch op te pakken, want je ziet nu dat de ene gemeente hier voortvarender mee aan de slag gaat dan de andere. De vraag is ook hoe je goede initiatieven verder kunt helpen. Ik ben eens bij ThuisHuis geweest, waar alleenstaande mensen een gemeenschappelijke huiskamer en keuken hebben, en daarnaast hun eigen appartement. Dit sluit aan bij de wensen van burgers, maar het is net even ingewikkelder te realiseren. Je ziet zulke initiatieven dan toch weer vastlopen. Wet- en regelgeving moeten goede initiatieven niet in de weg staan. We bekijken huisvesting nu vaak vanuit de hardere kant. Hoe krijgen we de bouw georganiseerd? Maar er hoort ook een sociale agenda bij, bijvoorbeeld voor studenten, ouderen, nieuwkomers en bijvoorbeeld prostituees die willen uitstappen. Als er geen woningen zijn, dan kun je deze groepen geen perspectief bieden.’

Wat de SGP betreft, zou er bij het nieuwe kabinet ook meer aandacht mogen zijn voor het landelijk gebied. Van der Staaij: ‘Gemeenten zijn geen uitvoeringsloketten met in elke regio dezelfde problematiek. We richten ons vaak automatisch op de Randstad en het lijkt of problemen uit de regio minder politieke prioriteit hebben. Wij vinden dat er een herverdeling moet plaatsvinden ten bate van het landelijk gebied.’