De Omgevingswet gaat in de kern over ruimte geven, loslaten en vertrouwen, over een andere verdeling van verantwoordelijkheden tussen overheid en samenleving.
De Omgevingswet wil meer ruimte te geven voor ideeën van initiatiefnemers en voor lokale afwegingen. Daarin wegen de belangen van betrokkenen nadrukkelijk mee. Die betrokkenen doen mee en laten van zich horen: participatie.
Eigen werkwijze te ontwikkelen
De wet zegt alleen dat er participatie moet plaatsvinden, maar niet hoe dat moet. Dit geeft gemeenten ruimte om een werkwijze te ontwikkelen die past in de lokale context. Om gemeenten op weg te helpen, werkte de VNG mee aan de ontwikkeling van de Inspiratiegids Participatie bij de Omgevingswet.
Bij participatie in het kader van de Omgevingswet is het van belang om onderscheid te maken tussen:
- Participatie om als gemeente aangesloten te zijn op initiatieven in ‘de energieke samenleving’: ‘overheidsparticipatie’
De gemeente weet wat er leeft in de samenleving en kent ideeën voor initiatieven in een vroeg stadium. Zo kan ze bepalen welke rol zij daarbij wil spelen. - Participatie bij het maken van de omgevingsvisie en het omgevingsplan
Ideeën ophalen of in co-creatie een visie of een plan ontwikkelen. Vanuit de wet geldt een kennisgevings- en een motiveringsplicht bij de omgevingsvisie en het omgevingsplan: het bevoegd gezag geeft bij de kennisgeving van een besluit aan hoe de participatie wordt vormgegeven en het bevoegd gezag geeft bij de vaststelling van het besluit aan hoe burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen zijn betrokken bij de voorbereiding en wat de resultaten daarvan zijn (motivering) - Participatie bij de behandeling van initiatieven en vergunningaanvragen
Hierbij gaat het om het horen en zorgvuldig afwegen van de belangen van de direct betrokkenen bij het initiatief.
Bij het indienen van een vergunningaanvraag krijgt de initiatiefnemer te maken met de aanvraagvereiste participatie. Hierbij geeft de initiatiefnemer of, en zo ja hoe, burgers, bedrijven, maatschappelijke organisaties en bestuursorganen bij de voorbereiding van de aanvraag zijn betrokken en wat de resultaten daarvan zijn. De motiveringsplicht en kennisgeving stimuleren het bevoegd gezag tot participatie, de aanvraagvereiste stimuleert de initiatiefnemer tot participatie. Dit staat in onderstaande figuur weergegeven.
Verschillende participatieprocessen met elk een eigen doel, deelnemers en aanpak. De Inspiratiegids Participatie geeft hier handreikingen voor.
De Omgevingswet heeft als centrale gedachte ‘ja, mits’. In de praktijk gaat dat gepaard met dilemma’s en botsende democratische waarden. Dilemmalogica kan hiervoor een mooi ‘denkkader’ bieden.
Het ‘ja, mits’, daagt gemeenten uit om in eerste instantie mee te gaan in de wensen en ideeën van initiatiefnemers. En laat die initiatiefnemers nou juist het gevoel willen hebben dat ze serieus gehoord worden door de gemeente. Wat niet verandert is dat elke gemeente zélf natuurlijk ook een trits aan plannen heeft. En een coalitieakkoord. En de zorg voor rechtsbescherming van de inwoners. Past dat initiatief daarin? En hoe weeg je de belangen van omwonenden?
Impasse voorkomen
De kans is groot dat gesprekspartners met een ander inzicht of mening lijnrecht tegenover elkaar komen te staan. Het risico: een impasse, vastlopende gesprekken, verstoorde verhoudingen. Dat wil niemand. Maar hoe buig je zo’n situatie dan om? Of liever, hoe voorkóm je zo’n situatie? Door dilemmalogica toe te passen.
Meer informatie
- Dilemmalogica helpt bij vraagstukken omgevingswet (2019, pdf)
- Omgevingswet in zicht: durf te denken in dilemma’s! (artikel overheidincontact)
Meer informatie
- Wegwijzer participatie bij vergunningverlening gemeenten (door VNG en ADS)
- Digitale Inspiratiegids Participatie
- Praktijkvoorbeeld: de Delftse Participatieaanpak
- Participatie als hels dilemma (blog Pascale Georgopoulou)
- VNG-handreiking: Rol van de gemeenteraad bij afwijkingen van het omgevingsplan (2017, pdf)
- Presentatie leerkring G40 participatie en communicatie (ppt)