VNG Magazine nummer 3, 4 maart 2022

VNG Logo

In Bodegraven-Reeuwijk ontstond een conflict tussen de coalitiepartijen en de oppositie over vermeend misbruik van publiek geld door wethouders. Wethouders gaven op een met gemeenschapsgeld betaalde website interviews over hun prestaties in de afgelopen jaren. De oppositie verweet de wethouders partijpropaganda te bedrijven en hun formele machtspositie te misbruiken in ‘verkapte vorm van campagne voeren’. Een ‘onacceptabele besteding van publiek geld door arrogante machthebbers’, zo klonk het vanuit de oppositiebanken.
Ook premier Rutte werd een dergelijk misbruik verweten. Rutte schoof aan bij Jinek terwijl Poetin Oekraïne binnenviel. Onze premier sprak uitgebreid over ‘de kracht van Nederland’. Het verhaal leek verdacht veel op een VVD-campagneslogan in plaats van een bespreking van regeringsbeleid en de Russische inval. De vraag is: zijn dergelijke media-optredens machtsmisbruik of simpelweg de politieke beloning voor het winnen van verkiezingen en nemen van bestuurlijke verantwoordelijkheid?

Geld en aandacht trekken altijd naar de macht

In recente verkiezingscampagnes gaat het overgrote deel van de media-aandacht uit naar politici en partijen die aan de macht zijn, en naar extremistische partijen. Wat betreft die eerste categorie: het is voor journalisten en burgers uiteraard relevant om te horen wat machthebbers denken en willen doen. Zij nemen immers de besluiten die ons allemaal raken.
Ook is er niets mis met onafhankelijke journalisten die besluiten om een machthebber te interviewen in plaats van een oppositielid. Maar als die mediabedrijven of kanalen afhankelijk zijn van financiële geldstromen vanuit de overheid of deze overheid letterlijk ‘zendtijd’ koopt, dan is het democratisch wel problematisch. Zeker als het heel dicht op het tijdstip van verkiezingen gebeurt. Er is dan immers geen gelijk speelveld voor coalitie en oppositie.
Geld en aandacht trekken altijd naar de macht. Donoren geven meer geld aan partijen die een grotere kans maken op de macht. Daarnaast hebben partijen die aan de macht zijn toegang tot allerlei staatsmiddelen om hun beleid te ‘propageren’. Immers, wethouders kunnen leunen op een arsenaal aan persvoorlichters, adviseurs, soms ook spindoctors en lobbyisten die een goed woordje kunnen doen. Of ambtenaren die op het juiste moment informatie naar buiten brengen en daarmee het debat sturen. Journalisten gebruiken ook eerder officiële informatie uit persberichten en beleidsstukken omdat zij vaak geen tijd en middelen hebben om zelf uitgebreid onderzoek te doen.
Wethouders en ministers verdienen een zekere ‘machtsbonus’ omdat ze de verkiezing wonnen. Maar de medialogica met disproportionele aandacht voor machthebbers en extremisten is funest voor onze democratie. Gematigde partijen die een constructieve oppositie voeren, krijgen dan onvoldoende kans om het alternatief voor te leggen aan de bevolking.

André Krouwel is oprichter van Kieskompas en werkt als politicoloog aan de Vrije Universiteit: andre.krouwel@vu.nl, @AndreKrouwel