Deze week behandelt de Tweede Kamer de EZ-begroting. De VNG verzoekt de Kamer aandacht te vragen voor 5 punten: het ondernemings- en vestigingsklimaat, de aanpak van arbeidsmarktkrapte, ruimte voor economische bedrijvigheid, de leefbaarheid van binnensteden en kernen, en aanbesteden.
Ondernemings- en vestigingsklimaat
We roepen het rijk op om samen met gemeenten het ondernemings- en vestigingsklimaat te verbeteren. De rol van gemeenten hierin wordt nog niet voldoende onderkend. En er moet een koppeling komen met de gemeentelijke aanpak van regeldruk. Verder merken we op dat het kabinet wil inzetten op innovatie om concurrerend te blijven, maar dat de ambities haaks staan op bezuinigingen op diverse innovatieregelingen.
Aanpak arbeidsmarktkrapte
We vragen om de aanpak van arbeidsmarktkrapte concreter te maken. De aandacht voor menselijk kapitaal lijkt niet vertaald in een directe investering, en beschikbare middelen zijn versnipperd. Dit bemoeilijkt de regisserende rol van gemeenten en hun uitvoeringskracht.
Ruimte voor economische bedrijvigheid, vestigingsklimaat
Er is ruimte nodig voor economische bedrijvigheid, gemeenten delen de zorgen van het kabinet over de beschikbare ruimte voor bedrijven en ondernemingen. Gemeenten hebben ook zorgen over de aantrekkelijkheid van het lokaal en regionaal vestigingsklimaat.
Leefbaarheid binnensteden en kernen
Gemeenten zien dat het stoppen van ondernemers gevolgen heeft voor andere ondernemers en ook voor een evenwichtige mix van functies (werken, wonen, ontmoeten) in de binnensteden en kernen. Om als steden en kernen vitaal en aantrekkelijk te blijven is het noodzakelijk om deze trend te keren èn om te zorgen dat er naast wonen ook voldoende ruimte blijft om te kunnen ondernemen, werken en te ontmoeten. De VNG wil in gesprek met de minister over een meer structurele en gecoördineerde aanpak.
Aanbesteden doen we samen
We roepen het rijk op om gemeenten te blijven ondersteunen bij het inrichten van een optimale inkooporganisatie en het verder ontwikkelen van hun opdrachtgeverschap. Daarbij constateren we dat de maatregelen uit het wetsvoorstel rechtsbescherming bij aanbesteden een onevenredige verzwaring betekenen van de uitvoeringslasten van vooral voor de kleinere gemeenten.
Tot slot: de grote hoeveelheid sectorale EU-wetgeving breidt de regels voor overheidsopdrachten fors uit en soms staan de regels op gespannen voet met elkaar. Uit het oogpunt van een uitvoerbare aanbestedingspraktijk is een goede afstemming tussen departementen én afstemming met medeoverheden belangrijk. Daarnaast is er behoefte aan een adequate informatievoorziening aan en ondersteuning van aanbestedende diensten en bedrijven.