De implementatie van de Omgevingswet heeft een structureel effect op uw gemeente als organisatie. Groeiende, krimpende en veranderende capaciteiten, legesopbrengsten, vervallende taken, andere taken, noem maar op. Daarbij biedt de stelselwijziging veel decentrale beleidsruimte en daarmee veel keuzevrijheid op lokaal niveau – keuzes die ook effect gaan hebben op de organisatie en de financiën.
Het doel van de Werkwijze structurele effecten Omgevingswet is om de financiële effecten van de stelselwijziging op lange termijn inzichtelijk te maken voor uw gemeente. Er komen veranderingen op u af, en u kunt als gemeente keuzes maken over de invulling. De werkwijze biedt ondersteuning bij de strategische besluitvorming ten aanzien van keuzes die voorliggen bij het invoeren van de Omgevingswet.
Samenwerking met dienstverleners
Sinds begin 2020 is de werkwijze structurele effecten door meer dan 80 gemeenten succesvol doorlopen. De werkwijze wordt nu beschikbaar gesteld in samenwerking met een aantal dienstverleners op het financiële vakgebied. Zij volgen daarbij het instrumentarium dat door de VNG is ontwikkeld en hieronder wordt beschreven. Het team van de VNG houdt de regie op de werkwijze en de uitrol ervan.
Aan de slag met de werkwijze
Voor deze werkwijze is zowel kennis van de Omgevingswet als inzicht in gemeentelijke financiën en processen vereist. De werkwijze is daarom bedoeld voor een multidisciplinaire groep medewerkers (3 tot 5 personen) waarbij de volgende perspectieven betrokken zijn:
- Afdeling Finance en Control
- Ruimtelijke ordening/Planvorming (het wetsperspectief)
- Vergunning, Toezicht & Handhaving (het organisatieperspectief)
- Programmamanagement Omgevingswet
De werkwijze bestaat uit drie stappen: begrijpen, beredeneren en berekenen.
Gemeenten hebben bij de invoering en implementatie van de kerninstrumenten een groot aantal inrichtingskeuzes. Deze keuzes kunnen vanuit verschillende perspectieven benaderd worden: bijvoorbeeld verandering vanuit het wetsperspectief, de dienstverlening of vanuit techniek en informatievoorziening. Het is hier van belang om een goed eerste beeld te hebben van de gemeentelijke uitgangspunten en strategische richting.
Vanuit het wetsperspectief heeft de VNG voor ieder kerninstrument een spiekbriefje opgesteld waar deze keuzes beschreven worden: bij omgevingsvisie, omgevingsplan, programma en omgevingsvergunning. De spiekbriefjes maken de meest relevante keuzes die u heeft voor de vier kerninstrumenten inzichtelijk. Diepgaand inzicht in een selectie keuzes is een vereiste om effectief te kunnen werken met de volgende onderdelen.
Een laatste punt dat hier aan de orde komt, zijn de veranderingen bij invoering van de Omgevingswet waar de gemeentelijke organisatie geen keuze te maken heeft: wat overkomt uw gemeente? Een goed beeld van deze veranderingen en de impact daarvan op de gemeentelijke organisatie en structurele effecten hiervan is een cruciaal onderdeel van het totaalbeeld.
De Werkwijze structurele effecten Omgevingswet gaat uit van oorzaak-gevolgdiagrammen. Elke keuze die gemaakt wordt bij de invoering van de Omgevingswet is dan een ‘oorzaak’ die leidt tot één of meer gevolgen. Gevolgen leiden vervolgens weer tot effecten – in de gemeentelijke organisatie of daarbuiten. In een workshop gaan we interactief (en actief!) aan het werk met deze keuzes en hun gevolgen, en leren we met dit denkkader te werken. Voor een aantal van de keuzes rond de Omgevingswet zijn de gevolgpatronen uitgewerkt, en worden deze op de lokale situatie toegepast.
Op basis van de oorzaak-gevolg-diagrammen is een tool ontwikkeld. Deze tool ondersteunt bij het kwantitatief inzichtelijk maken van (een beperkt aantal van) de keuzes en hun effecten, binnen de context van de lokale organisatie. Het doen van exacte voorspellingen is vanuit deze tool niet mogelijk. De uitkomsten zijn hooguit zo goed als de nauwkeurigheid van de aannames in het model toestaat, en slechts een klein deel van de relevante keuzes en effecten is in het model gevangen. De kwantificatie van deze effecten is bedoeld om de dialoog in de organisatie te ondersteunen of op gang te brengen: het is een dialoogmodel.
De ontwikkelde tool kan niet losstaand uitgestuurd worden zoals bij het Financieel Dialoogmodel. De verwachtingen, het kennisniveau en het gewenste gebruik verschilt hiervoor te sterk per gemeente. Het maatwerk dat dit vraagt, wordt in een werksessie aangeboden.
Het resultaat
Met deze werkwijze ontwikkelt u stap voor stap een denkkader om de structurele effecten van de invoeringskeuzes van de Omgevingswet te begrijpen, te beredeneren en (waar mogelijk) te berekenen. Daarbij kan een gemeente bij elke module in- of uitstappen. Wanneer het alleen gaat om het begrijpen van de effecten, is module 2 de kern. Als het gaat om de begrotingseffecten, gaat u door tot en met module 3. Uw gemeente is daarna zelf in staat om de effecten van andere keuzes te beredeneren. Het resultaat is op vele manieren inzetbaar, al naar gelang de wens en behoefte van uw gemeente: strategisch, beleidsvormend, financieel, in de discussie met de ketenpartijen, enzovoorts.
Wat kunt u doen?
- U kunt gebruikmaken van de spiekbriefjes. Inventariseer welke medewerkers in uw gemeente nodig zijn om hierover in gesprek te gaan.
- Bent u daarna geïnteresseerd om met de werkwijze aan de slag te gaan? Neem dan contact op met één van de leveranciers.
- De VNG werkt voor de werkwijze structurele effecten samen met de volgende leveranciers:
- Mocht u nog verdere vragen hebben of graag informatie vanuit de VNG ontvangen, kunt u contact opnemen met omgevingswet@vng.nl.