In de 1-meting (september 2023) verwachten de bevraagde gemeenten met de huidige motivatie (74%) en de huidige aanpak (59%) de CO2-reductiedoelstellingen voor 2050 te halen. Een aanzienlijk deel (36%) van de bevraagde gemeenten geeft echter aan niet zeker te weten of ze met de huidige beschikbare middelen de doelstellingen kunnen behalen. Een groter deel (39%) denkt óf weet zeker dat ze met de huidige middelen de doelstellingen niet kunnen halen.

Lees de 1-meting verduurzaming maatschappelijk vastgoed (pdf, 2,7 MB)

Gemeenten met een grote ambtelijke organisatie, compacte vastgoedportefeuille, een politieke ambitie en beschikbare financiële middelen zijn verder gevorderd in de opgave dan andere gemeenten. Voor flankerende opgaven zoals circulariteit, klimaatadaptie en biodiversiteit bevinden alle gemeenten zich nog voornamelijk in de onderzoeksfase.

Vergelijking met de 0-meting

Gemeenten hebben in 2023 over het algemeen positiever gescoord dan in de 0-meting in 2020. De categorieën ‘organisatie’, ‘financiën’ en ‘techniek' worden vaker ervaren als succesfactor en minder vaak als knelpunt ervaren dan 2020. Dit kan komen doordat gemeenten inmiddels meer ervaring hebben opgedaan met de verduurzamingsopgave. Vergeleken met 2020 bevindt de grootste groep gemeenten zich nu in de uitvoeringsfase.

Succesfactoren

  • Een hoge en duidelijke ambitie op alle niveaus (ambtelijke organisatie, management, college en raad) wordt door het grootste deel van de respondenten, nog meer dan tijdens de 0-meting, als succesfactor ervaren. Bij gemeenten met hoge duurzaamheidsambitie van het eigen vastgoed wordt vaak een hogere prioriteit gegeven aan de verduurzamingsopgave en worden meer financiële middelen vrijgemaakt.
  • Afdelingoverstijgende samenwerking binnen de gemeentelijke organisatie, vastgoedbeheer, duurzaamheid en financiën zorgt voor efficiency en snelheid.

Knelpunten

  • De ambtelijke capaciteit wordt, net zoals in de 0-meting, door het grootste deel van de respondenten ervaren als (zeer groot) knelpunt.
  • De beschikbaarheid van financiële middelen voor de uitvoering wordt het vaakst als knelpunt ervaren. Dit geldt met name voor de kleine gemeenten. Het aanvragen van subsidies kost veel tijd en is complex. Ook bestaat de kans dat een aanvraag niet goedgekeurd of toegekend wordt. Sommige gemeenten haken daardoor af terwijl de subsidie wel nodig is.
  • Het is lastig om het energieverbruik van de vastgoedportefeuille goed in kaart te brengen en te monitoren.
  • Gemeenten geven aan dat ze als gevolg van netcongestie geen aansluiting voor grootverbruik meer krijgen.

Leerpunten

  • Begin alvast met het verduurzamen van een klein of eenvoudig gebouw als u de vastgoedportefeuille nog niet in kaart heeft gebracht. Met die ervaring kunt u grotere gebouwen of slimme combinaties van gebouwen verduurzamen en daarmee versnellen.
  • Zorg ervoor dat kennis en capaciteit geborgd is bij meerdere personen binnen de organisatie om voortgang te houden. Houd de kennis ook up to date.
  • Vier de successen, dit motiveert om door te gaan in de verduurzamingsopgave van gemeentelijke maatschappelijk vastgoed en helpt om extra budgetten vrij te krijgen.

Hoe verder?

De uitkomsten van de 1-meting gebruikt de VNG om de sectorale routekaart voor gemeentelijk maatschappelijk vastgoed in 2024 te herijken. In 2024 en 2025 worden er daarnaast projecten uitgevoerd om gemeenten te ondersteunen bij deze opgave.

Voortgangsrapportage 2019-2022

De Rapportage voortgang sectorale routekaart gemeentelijk maatschappelijk vastgoed is de eerste tweejaarlijkse voortgangsrapportage en gaat over de startperiode 2019 - 2021.

Lees de rapportage (pdf, 371 kB)

De gemeenten die toen aan de slag zijn gegaan met het verduurzamen van hun eigen vastgoedportefeuille, hebben hun portefeuilleroutekaart of een duurzame meerjarenonderhoudsplanning met hun verduurzamingsambities aan ons opgestuurd. Deze zijn geanalyseerd en verwerkt in de voortgangsrapportage. 

De conclusies hebben dus betrekking op de startperiode 2019-2021, inmiddels is er alweer veel ondernomen. De belangrijkste conclusies zijn:

  • Tussen 2019 en 2021 is het energieverbruik en de CO2-uitstoot gedaald en daarmee de verduurzaming ingezet
  • Natuurlijke momenten zijn de belangrijkste triggers om het vastgoed te verduurzamen
  • Het gebrek aan personeel, kennis en financiële middelen is een belemmering om stappen te ondernemen

Herijking 2022 vervalt

De herijking van de sectorale routekaart die was voorzien voor eind 2022 komt hiermee te vervallen, want de rapportage spreekt voor zich.

0-meting

Uit de 0-meting naar het verduurzamen van gemeentelijk vastgoed komen diverse knelpunten in kennis, financiën en organisatie naar voren. Gemeenten focussen relatief veel op laaghangend fruit en stellen grote investeringen nog vaak uit. Hierbij speelt mee dat de benodigde financiële middelen niet beschikbaar zijn. 

Ook wordt er nog weinig gewerkt met een integrale portefeuille-aanpak, waardoor niet optimaal van natuurlijke momenten gebruik wordt gemaakt. Daarnaast is geconstateerd dat bestuurlijke urgentie een belangrijke succesfactor is om de in de sectorale routekaart beoogde versnelling tot stand te brengen en de voorbeeldrol van gemeenten in te vullen.

Lees de 0-meting verduurzaming maatschappelijk vastgoed (pdf, 1,9 MB) 

Monitoring van alle sectorale routekaarten maatschappelijk vastgoed

Infographic 

RVO en BZK hebben een infographic gemaakt die in een oogopslag toont waar alle 12 maatschappelijke sectoren, waaronder gemeenten, in 2021 stonden met het verduurzamen van hun vastgoed. 

Daarin is onder meer te zien dat de CO2-uitstoot van gemeentelijke maatschappelijk vastgoed daalde van 733,9 miljoen kg in het startjaar naar 591,1 miljoen kg in 2021. Ook staan er 2 voorbeelden in van de gemeenten Ede en Zundert. 

Dashboard

Bent u benieuwd hoe uw eigen gemeente scoort op energie- en gasverbruik? Het CBS heeft een dashboard gepubliceerd van het elektriciteits- en gasverbruik voor 3 sectoren, namelijk gemeentelijk maatschappelijk vastgoed, onderwijs en sport. In het excel-bestand vindt u de gegevens per gemeente vanaf tabel 12. Dit dashboard wordt later aangevuld met data over 2022.