In het lagenmodel staan alle aspecten van de veranderopgave Omgevingswet in samenhang bij elkaar. Het bestaat uit 9 lagen, variërend van de geest van de wet en wet- en regelgeving tot gemeentelijke processen, kerninstrumenten en de beleidscyclus.

Het lagenmodel is een dialoogmodel dat helpt om met specialisten in gesprek te gaan over een meer integrale benadering: in welke laag of lagen ben ik zelf actief, waar raakt mijn werk dat van mijn collega in een andere laag en met wie heb ik nog te weinig contact.

Geordende lagen

Het lagenmodel bestaat uit negen lagen: de geest van de wet, wet- en regelgeving, kerninstrumenten, de beleidscyclus, content, digitaal stelsel, gemeentelijke processen en werkwijzen, klantprocessen en de wereld. Deze lagen hebben elk een eigen ordeningsprincipe.

  • Zo bestaat de laag met kerninstrumentarium uit de vier instrumenten die voor gemeenten het meest relevant zijn: omgevingsvisie, omgevingsplan, programma en omgevingsvergunning.
  • De beleidscyclus is geordend in de fasen beleidsontwikkeling, beleidsdoorontwikkeling, uitvoering en terugkoppeling.
  • En de klantprocessen kennen de ordening van vier serviceformules: snelserviceformule, ontwerpformule, ontwikkelformule en toezichtformule.

De dwarsdoorsnede van alle lagen geeft twee invalshoeken: het anders werken waardoor de Omgevingswet werkend wordt in de gemeentelijke praktijk en het maatschappelijk rendement dat het werken met de Omgevingswet gaat opleveren.

Via ‘anders kijken’ naar ‘anders werken’

Onder ‘anders werken’ verstaan we werken vanuit een integrale afweging, samenwerking in keten en regio, met participatie van belanghebbenden en belangstellenden en gebruik makend van bestuurlijke afwegingsruimte. Al deze termen zijn op zichzelf abstract. Het lagenmodel laat zien hoe het ‘anders werken’ handen en voeten kan krijgen. Dat begint met ‘anders kijken’.

Het lagenmodel kijkt vanuit de geest van de wet naar de wereld (initiatiefnemers en belanghebbenden) èn vice versa. Van binnen naar buiten en andersom. Elke laag is even waardevol. Elke laag staat in meer of mindere mate met de andere lagen in verbinding. Door een multidisciplinaire aanpak ontstaat het maximale (maatschappelijke) rendement.

Download het lagenmodel

Focus door kernvragen

Multidisciplinair werken vraagt om focus. De transitie tot het moment van in werking treding is voor de meeste gemeenten helder. De Roadmap Omgevingswet geeft daarbij een duidelijke richting. De transformatie tot 2029 en verder is minder helder. VNG heeft kernvraagstukken geformuleerd; dit zijn de ‘grote vragen’ waarvan de antwoorden richtinggevend zijn voor de invoering van de Omgevingswet. We hebben deze kernvraagstukken voor elke fase van de beleidscyclus benoemd. Per kernvraagstuk lopen we – in- en uitzoomend – langs alle lagen van het lagenmodel, zodat alle relevante aspecten in beeld komen.

Een kernvraagstuk is een leervraag, een innovatievraag of een hypothese en wordt onderzocht in één of meer praktijkproeven. Er zijn verschillende type praktijkproeven: explorerend, experimenterend of validerend.

Per kernvraagstuk wordt gekeken welk type praktijkproef het beste past.

Relatie met de gemeentelijke praktijk

Kernvraagstukken sluiten aan bij de vragen en dilemma’s uit de praktijk en worden altijd samen met gemeenten uitgevoerd. De kennis en ervaring die in praktijkproeven wordt opgedaan, is voor een groot deel of voor alle gemeenten relevant. Kernvraagstukken kunnen collectief-gemeentelijk en interbestuurlijk zijn.

Relatie met het lagenmodel

VNG heeft kernvraagstukken geformuleerd voor elke fase van de beleidscyclus. Per kernvraagstuk lopen we – in- en uitzoomend – langs alle lagen van het lagenmodel, zodat alle relevante aspecten aan het vraagstuk in beeld komen. Een kernvraagstuk is multidisciplinair, raakt altijd meerdere lagen van het lagenmodel en focust op de samenhang daartussen. Kernvragen zijn een uitwerking van een deel van de veranderopgave van gemeenten.

Kernvraagstukken gemeente

Beleidsontwikkeling

  • Hoe maken we beleid onder de Omgevingswet voor het aanpakken van onze maatschappelijke vraagstukken? 

Beleidsdoorwerking

  • Hoe stellen we regels onder de Omgevingswet? 

Uitvoering

  • Hoe gaan we om met initiatieven onder de Omgevingswet?

Terugkoppeling

  • Hoe ziet de werkwijze van toezicht en handhaving eruit onder de Omgevingswet? 
  • Hoe kunnen we nagaan of we onze maatschappelijke opgaven adequaat aanpakken met de uitvoering van ons beleid? 
  • Hoe kunnen we nagaan of de verhouding met initiatiefnemers en belanghebbenden eruit ziet zoals we voor ogen hadden? 
  • Hoe verwerken we de resultaten van toezicht & handhaving en van monitoring & evaluatie in ons beleid en regelgeving? 

Kernvraagstukken bewoner/ondernemer als initiatiefnemer/belanghebbende

Beleidsontwikkeling

  • Hoe weet ik welk beleid er geldt voor mijn omgeving? 
  • Hoe kan ik betrokken zijn bij de totstandkoming of wijziging van dat beleid?

Beleidsdoorwerking

  • Wat mag ik als initiatiefnemer op deze plek? 
  • Wat mag een ander als initiatiefnemer rond mijn plek?

Uitvoering

  • Hoe wordt mijn initiatief behandeld door de gemeente? 
  • Hoe wordt mijn belang gehoord bij de behandeling van een initiatief?

Terugkoppeling

  • Op welke manier krijg ik met toezicht en handhaving te maken? 
  • Op welke manier kan ik iets zeggen over de effecten van de gemeentelijke werkwijze?