Een zorgaanbieder bood kwetsbare mensen op papier beschermd en begeleid wonen vanuit de Wmo en de Wlz. In de praktijk werden deze mensen domweg aan hun lot overgelaten. Met veel ellende tot gevolg. En de zorgaanbieder declareerde wél de zorg die bij de indicaties hoorde. Gemeente en het zorgkantoor grepen gezamenlijk in.

Bas Wijnen

Het delen van informatie leverde een compleet beeld op van de misstanden en de betrokkenen. Dit maakte de zaak aanzienlijk sterker en eenvoudiger. Uiteindelijk staakte de zorgaanbieder zijn activiteiten. Tijdelijk. Want enkele maanden later startte een van de bestuurders in een naburige gemeente een nieuw zorgbedrijf.

Hier kwam hij van een koude kermis thuis. Bij een check in het Waarschuwingsregister Zorgfraude stuitte de gemeente op de betrokkenheid van deze bestuurder bij bovenstaande fraude en misstanden. Na verder eigen onderzoek besloot ze om niet met hem in zee te gaan. Ook niet onder scherpere voorwaarden.

Muziek in de oren

Ik spreek regelmatig gemeenten die serieus werk maken van de aanpak van malafide zorgaanbieders. Vrijwel zonder uitzondering noemen ze gegevensuitwisseling daarbij als een belangrijk knelpunt. Bovenstaande casus zal hun als muziek in de oren klinken. En natuurlijk, de weergave is verkort en versimpeld. Maar ze schetst wel het doel van het Wetsvoorstel bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg (Wbsrz). Dit werd op dinsdag 18 april jl. aangenomen door de Tweede Kamer. Als ook de Eerste Kamer de wet binnenkort aanneemt, kan de wet eindelijk in werking treden. Tot mijn opluchting.

Balans tussen zorgvuldigheid en effectiviteit

Opluchting omdat dit belangrijke wetsvoorstel al veel vertraging heeft opgelopen. Dat komt onder meer door het controversieel verklaren ervan na de val van het vorige kabinet. Maar ook opluchting omdat een aantal amendementen het Waarschuwingsregister topzwaar dreigden te maken. Met de wet mogen gemeenten en verzekeraars zorgaanbieders en natuurlijke personen in het register opnemen op basis van ‘gerechtvaardigde overtuiging van zorgfraude’. Het wetsvoorstel kent daarbij voldoende waarborgen om onterechte opname in dit register te voorkomen. Wat mij betreft een mooie balans tussen zorgvuldigheid en effectiviteit.

Die effectiviteit dreigde te bezwijken onder het gewicht van de extra toetsen van zorgvuldigheid die in de amendementen werden voorgesteld. Het doel van het Waarschuwingsregister – elkaar snel kunnen informeren – zou daarmee teniet worden gedaan. Vanuit de VNG, de Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd en de Nederlandse Zorgautoriteit hebben we hier meermaals op gehamerd. ‘Niet proportioneel en ongewenst’. De uitkomst is dat er wel een extra toets komt, maar een waarmee we kunnen leven. Voor gemeenten ligt die toets in handen van de toezichthouder Wmo.

Extra instrumenten

Naast het Waarschuwingsregister brengt de wet het Informatieknooppunt Zorgfraude (IKZ) opnieuw in stelling. Er komt één wettelijke grondslag voor de uitwisseling van (persoons)gegevens tussen het IKZ en de betrokken ketenpartners. Alle gemeenten zijn hier automatisch op aangesloten. Kortgezegd scheelt dit niet alleen veel tijd en werk, maar kunnen signalen ook breder verrijkt én gedeeld worden.

Een stap vooruit

Neemt deze wet dan alle knelpunten weg op het gebied van gegevensuitwisseling in de strijd tegen zorgfraude? Nee. Maar het is wel een goede stap op weg naar een sluitende informatiepositie. Eentje die gemeenten in staat stelt om (risico’s op) misstanden en fraude sneller in het vizier te krijgen en hier – ook bestuursrechtelijk – naar te handelen.

Wat we nog nodig hebben zijn mogelijkheden voor het delen van (persoons)gegevens binnen en tussen gemeenten en tussen gemeenten en verzekeraars. Dat gaat om informatie die partijen nodig hebben tijdens fraudeonderzoeken. Deze mogelijkheden voor bilaterale gegevensdeling zijn niet in deze wet opgenomen. Het is de bedoeling om dat via de Verzamelwet VWS alsnog te doen.

Mooier kan ik het niet maken

Deze wet is een nieuwe mijlpaal in ons streven naar een integer zorgveld. Maar we zijn er nog lang niet. Daarom zullen we ons hier vanuit de VNG – samen met gemeenten, ketenpartners en ministerie – hard voor blijven maken. Daar heeft echt iedereen – op de malafide zorgaanbieder na – belang bij. Gemeenten, partners in de keten, al die hardwerkende zorgaanbieders en – last but not least – al die mensen die onze zorg keihard nodig hebben. Die laten we niet in de kou staan!

Meer informatie