De afbeelding toont van boven naar beneden de volgende informatie:
1) Groei vraag en opwek elektriciteit
De vraag naar elektriciteit in onze wijken, dorpen en steden neemt steeds verder toe. Onder andere doordat meer woningen met (hybride) warmtepompen worden verwarmd en er meer elektrische auto worden opgeladen. Tegelijkertijd zien we een toename in aanbod van elektriciteit als gevolg van het toenemend aantal zonnepanelen op daken van woningen en andere gebouwen. Ons elektriciteitsnet is (nog) niet toegerust op deze nieuwe ontwikkelingen. Omdat niet alle aanpassingen tegelijkertijd kunnen worden uitgevoerd moeten gemeenten en netbeheerders slim samenwerken.
2) Lokale factoren
Er zijn 5 bepalende factoren die invloed hebben op mogelijk noodzakelijke aanpassingen aan het lokale elektriciteitsnet:
- Beschikbare (rest)capaciteit: Wat is de huidige ruimte die nog aanwezig is op het lokale net?
- De grootte van gebouwen: Dit geeft ons informatie over de verwachte elektriciteitsvraag voor apparaten, koeling en koken.
- Beschikbaar dakoppervlakte: Het beschikbaar dakoppervlak geeft informatie over de mogelijke hoeveelheid zonnepanelen en de hoeveelheid elektriciteit die hiermee aan het lokale net kan worden geleverd?
- Aantal voertuigen en soort laadpunten: Dit geeft informatie over de elektriciteitsvraag voor het opladen ven elektrische auto’s.
- Keuze warmtealternatief: De invloed van de verschillende warmtealternatieven op het lokale net was vooralsnog beperkt duidelijk. Dit onderzoek geeft hier meer duidelijkheid over.
3) De invloed van verschillende warmte-alternatieven op het lokale elektriciteitsnet
Er zijn verschillende warmte-alternatieven beschikbaar. Wij hebben onderzoek gedaan naar de impact van de 3 meest voorkomende alternatieven. Uit bovenstaande toelichting blijkt dat het warmtealternatief maar één van de bepalende factoren is. Daarom hebben we tegelijkertijd rekening gehouden naar de ontwikkelingen van een aantal andere factoren (meer zonnepanelen en meer laadpalen voor elektrische auto’s). Van ieder van de 3 scenario’s is in beeld gebracht wat dit betekent voor de mogelijk benodigde extra infrastructuur (extra transformatorhuisjes, kabels en leidingen). Uit alle scenario’s blijkt dat er extra infrastructuur nodig is. Kortom, de energietranisitie vraagt om een robuust elektriciteitsnet.
4) Handelingsperspectief voor gemeenten
Mede vanwege de energietransitie gaan wij andere eisen aan ons lokale elektriciteitsnet gaan stellen. We gaan meer elektrische auto’s opladen, meer duurzame energie opwekken met zonnepanelen en meer woningen elektrisch verwarmen met behulp van een (hybride)warmtepomp. Om ervoor te zorgen dat er geen problemen op het elektriciteitsnet ontstaan is het belangrijk dat gemeenten en de netbeheerders goed met elkaar afstemmen. Zodat ze ervoor kunnen zorgen dat het lokale elektriciteitsnet kan meegroeien met de nieuwe eisen die daaraan gesteld worden.
Gemeenten kunnen een actieve rol spelen in deze afstemming. Zij kunnen zicht daarbij richten op:
- Planning en afstemming:
Breng samen met de netbeheerder de lokale situatie in beeld. Stem de ruimtelijke en energetische opgaven alsook de uitvoering periodiek af met interne betrokkenen en medeoverheden en programmeer ruim vooruit.
- Technisch en organisatorische onderdelen:
Minimaliseer de doorlooptijd van vergunnings- en uitvoeringsprocedures. Stuur in vergunnings- en aanbestedingseigen aan op laadpleinen en slim bestuurde laadpalen om de netimpact te beperken.
- Ruimtelijke vraagstukken:
Reserveer proactief en in samenspraak met de netbeheerders ruimte voor nieuwe infrastructuur zoals transformatiehuisjes in de gebouwde omgeving. Bepaal locaties van nieuwe energievraag, zoals laadpleinen, in overleg met de netbeheerder.