Hieronder een samenvatting van de belangrijkste punten uit het bestuurlijk overleg. 

Inkomensafhankelijke bijdrageregeling

De VNG en de staatssecretaris maken zich zorgen over de geplande invoeringsdatum van 1 januari 2026, gezien het advies van de Raad van State en de nog te doorlopen parlementaire besluitvorming. De VNG dringt aan op een spoedige wetsbehandeling, omdat de inkomensafhankelijke bijdrage een belangrijk instrument is om de groei in de huishoudelijke hulp te stoppen en wachtlijsten weg te werken. Dat is nodig om de hulp te kunnen blijven bieden aan inwoners die dat het hardst nodig hebben. Als invoering per 2026 niet mogelijk blijkt, dan moet de uitname uit het gemeentefonds van 225 miljoen per 2026 ook worden verschoven.

Volumecompensatie beschermd wonen

Het rijk past in 2025 wederom niet de gebruikelijke systematiek van het gemeentefonds toe in de uitkering die gemeenten ontvangen voor beschermd wonen. De zogenoemde volumecompensatie wordt toegekend op basis van cijfers over de deelpopulatie beschermd wonen. Gemeenten hebben hier grote moeite mee. Voor het opbouwen en in stand houden van een breed palet aan Wmo voorzieningen is een stabiel gemeentefonds en een betrouwbare medeoverheid noodzakelijk. Het VNG bestuur heeft daarom besloten zich per direct terug te trekken uit de bestuurlijke afspraken Wlz Ggz (2023-2025). Lees meer over dit besluit

Waarschuwingsregister zorgfraude

De VNG maakt zich zorgen over de invoering van het Waarschuwingsregister Zorgfraude, onderdeel van de Wet bevorderen samenwerking en rechtmatige zorg. De regeling hangt echter al voor bij de Tweede en Eerste kamer. De VNG vindt het belangrijk om zorgfraude te bestrijden, maar deze wet gaat daar geen bijdrage aan leveren. Bovendien is de uitvoeringspraktijk niet klaar voor invoering van deze wet. De VNG heeft VWS eerder, op basis van een uitvoeringstoets, verzocht om de beoogde invoeringsdatum van 2025 uit te stellen en zal dit verzoek nu bij Kamerleden neerleggen.