Sommige gemeenten hebben het bestaande stickersysteem voor het beperken van ongeadresseerd drukwerk (nee/ja of nee/nee) omgedraaid. Diverse andere gemeenten denken hierover na of hebben besloten hiermee aan de slag te gaan.
Het nieuwe, zogenoemde ‘opt-in-systeem’ betekent dat inwoners expliciet om ongeadresseerd reclamedrukwerk moeten vragen, als ze dat willen ontvangen. Een huishouden moet in dat geval een zogenoemde ja/ja-sticker plakken op de brievenbus. Wanneer er (helemaal) geen sticker is, mag de bezorger geen ongeadresseerd drukwerk in de brievenbus stoppen.
Het nieuwe systeem wordt gezien als instrument om de milieubelasting door het verspreiden van drukwerk te verminderen. De verspreiding van ongeadresseerd drukwerk wordt met de invoering van dit systeem niet verboden, maar is alleen nog mogelijk bij adressen waarbij dit expliciet wordt aangegeven met een sticker.
De Hoge Raad heeft geoordeeld dat de ja/ja-sticker niet van toepassing mag zijn op huis-aan-huisbladen. Dit zijn ongeadresseerde bladen die met een vaste frequentie gratis huis aan huis worden verspreid in een geografisch beperkt gebied. Hiervan bestaat tenminste 10% van de inhoud uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, en deze vallen niet onder reclame.
De invoering van de ja/ja-sticker (in sommige gemeenten uitgevoerd als ‘ja’ sticker) levert in veel gemeenten vragen op.
- In deze Q&A wordt antwoord gegeven op de meest voorkomende vragen
- Meer informatie vindt u in de Handreiking introduceren ja/ja-sticker
Tool helpt bij besluit over stickers ongeadresseerd drukwerk
De VNG heeft een tool laten ontwikkelen waarmee u voor uw gemeente de milieu-impact kunt bepalen van de verschillende manieren om om te gaan met ongeadresseerd drukwerk. Die informatie helpt bij de beslissing om al dan niet over te gaan van een nee/ja- of nee/nee-sticker naar een ja/ja-sticker. Om te kunnen werken met de tool moet u een wachtwoord aanvragen bij het Informatiecentrum van de VNG: info@vng.nl
-
In april 2024 hadden 70 gemeenten de ja/ja-sticker ingevoerd.
Het meest actuele overzicht van gemeenten met een ja/ja-sticker kunt u opvragen bij info@kiesjefolders.nl
-
Een belangrijke keuze die een gemeente moet maken bij het invoeren van het ja/ja-systeem, is de vraag wat wel en niet onder ongeadresseerd drukwerk valt. De gemeenten die het systeem tot nu toe hebben ingevoerd, richtten zich uitsluitend op ongeadresseerd reclamedrukwerk.
Op welk drukwerk is de ja/ja-sticker niet van toepassing?
Op huis-aan-huisbladen. Dit zijn ongeadresseerde bladen die met een vaste frequentie gratis huis aan huis worden verspreid in een geografisch beperkt gebied. Hiervan bestaat tenminste 10% van de inhoud uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, en deze vallen niet onder reclame.
-
Gemeenten mogen ervoor kiezen dat nee/ja- en nee/nee-stickers geldig blijven naast de ja/ja-sticker. Als een ja/ja-sticker is ingevoerd, hebben de verschillende stickers de volgende betekenis:
Geen sticker: Geen reclamefolders, wel huis-aan-huisbladen
Ja/ja-sticker: Reclamefolders en huis-aan-huisbladen
Nee/ja-sticker: Geen reclamefolders, wel huis-aan-huisbladen (Heeft in het nieuwe systeem geen waarde meer. Staat gelijk aan het hebben van geen sticker, maar kan op de brievenbus blijven zitten.)
Nee/nee-sticker: Geen reclamefolders, geen huis-aan-huisbladen
-
Effectiviteit huidige nee/ja- en nee/nee-sticker
Een belangrijke factor om mee te nemen in de besluitvorming is de effectiviteit van het huidige systeem. Hiermee wordt bedoeld het aantal huishoudens dat al een nee/ja- of nee/nee-sticker heeft. Wanneer het huidige systeem effectief werkt, zal een nieuw systeem minder resultaat geven. Immers, wanneer een substantieel aantal inwoners al bewust heeft gekozen om helemaal geen ongeadresseerd drukwerk of enkel huis-aan-huis bladen te ontvangen, dan zal een nieuwe ja/ja-sticker hierin weinig tot geen verandering in brengen. De effectiviteit van het huidige systeem verschilt per gemeente.
Milieudoelstellingen
Een veelgehoord argument van gemeenten voor invoering van de ja/ja-sticker is dat dit milieuwinst oplevert en bijdraagt aan de (lokale) milieudoelstellingen. Denk hierbij aan de besparing op papier, inkt, brandstof en inzamelkosten. De milieuwinst ten opzichte van de huidige situatie kan per gemeente verschillen, onder andere afhankelijk van de mate waarin papier goed wordt gescheiden en het bestaande stickersysteem functioneert.
De VNG heeft een onderzoek laten verrichten naar de milieuwinst bij invoering van de ja/ja-sticker. Dit heeft geresulteerd in een milieu-impacttool die helpt bij het besluit over stickers voor ongeadresseerd drukwerk
Overige beschikbare informatie hierover:
- Informatie van Milieu Centraal over het aantal kilogram ongeadresseerde reclamefolders en huis-aan-huisbladen per jaar per huishouden
- Onderzoeken van de gemeente Amsterdam naar de milieuwinst van de ja/ja-sticker
- Evaluatie ja/ja-sticker Amsterdam
- Evaluatie ja/ja-sticker Amsterdam deel 2
Draagvlak onder inwoners
Het draagvlak onder inwoners voor het invoeren van de ja/ja-sticker is van belang voor het succes. Enkele grote gemeenten hebben hiernaar onderzoek gedaan.
Uit een in maart 2018 verricht Amsterdams onderzoek komt naar voren dat 3 maanden na invoering van de ja/ja-sticker 84% van de respondenten het eens is met de invoering van het nieuwe systeem (Bron: Evaluatie ja/ja-sticker, afd. onderzoek, informatie en statistiek, gemeente Amsterdam).
In een vergelijkbaar onderzoek in Haarlem vindt 72% van de respondenten het een goed idee dat er alleen reclame mag worden bezorgd bij een brievenbus met een ja/ja-sticker. (Bron: Wieneke Ruysenaars, Martijn Canisius, 12 februari 2019, ‘Brievenbusstickers reclamedrukwerk digipanel onderzoek Haarlem)
Zie ook het onderzoek over het gebruik en de effecten van online folders (met name vanaf pagina 25).
Draagvlak onder ondernemers
Naast het draagvlak onder inwoners is het van belang om na te denken over het draagvlak onder ondernemers. Voor (lokale) ondernemers kunnen de reclamefolder en/of het huis-aan-huisblad een belangrijke communicatiebron zijn. Het is daarom belangrijk om ook dit perspectief mee te nemen in de afweging.
Beschikbaarheid alternatieven voor ongeadresseerd drukwerk
Er zijn meerdere alternatieven voor ongeadresseerd reclamedrukwerk. Het is immers mogelijk om folders digitaal te bekijken of specifieke folders (geadresseerd) te ontvangen. Ondernemers hebben daarmee alternatieve advertentiemogelijkheden. De mate waarin er volwaardige alternatieven zijn, zal echter per ondernemer en/of per gebied verschillen.
Kosten voor de in- en uitvoering van het systeem
Aan het invoeren van de ja/ja-sticker zijn kosten verbonden. Deze kosten betreffen met name de communicatie over de verandering van het systeem. Zowel inwoners als bedrijven moeten goed en tijdig worden geïnformeerd over de verandering. Daarnaast zijn er kosten verbonden aan de handhaving. Deze zullen sterk verschillen, afhankelijk van onder meer de grootte van de gemeente, het aantal ondernemers dat reclamefolders laat verspreiden en de bereidheid van inwoners om overtredingen te melden.
-
Amsterdam heeft op haar website twee documenten gepubliceerd:
-
Er is geen landelijke wetgeving. Wel is in 1993 de Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (CODE VOR) opgesteld. De invoering van de ja/ja-sticker is niet in strijd met deze code.
-
a) De vereniging Mail Distributie Bedrijven, Netwerk VSP B.V. en Koninklijk Verbond van Grafische Ondernemingen (KVGO) hebben een rechtszaak aangespannen tegen het voorgenomen besluit van de gemeente Amsterdam. Amsterdam heeft op 24 september 2019 het hoger beroep gewonnen, waarmee de ja/ja-sticker in Amsterdam vooralsnog rechtmatig is gebleken. Het KVGO heeft bij de Hoge Raad beroep in cassatie ingesteld tegen het arrest van het Gerechtshof Amsterdam.
De Hoge Raad oordeelde dat de invoering van het opt-in-systeem juridisch toelaatbaar is. De gemeente is bevoegd om het opt-in-systeem in te voeren. De Wet Milieubeheer laat ruimte aan gemeenten om in verband met afvalpreventie bepaalde regels te stellen. Ook de cassatieklacht van de brancheorganisaties dat het hof onvoldoende indringend heeft getoetst of de gemeentelijke verordening in strijd is met algemene rechtsbeginselen, slaagt niet. Met het oordeel van de Hoge Raad is de uitspraak van het hof definitief.
Voor gemeenten die de ja/ja-sticker willen invoeren, is het van belang goed te controleren of een besluit over de invoering van een ja/ja-systeem voldoet aan de criteria die volgen uit de uitspraken van de rechtbank en het Hof over de sticker in Amsterdam:
- Arrest (Hoge Raad, 24 september 2021)
- Hoger beroep (Gerechtshof Amsterdam 24 september 2019)
- Eerste aanleg (Rechtbank Amsterdam 22 november 2017)
b) In de gemeente Utrecht gold sinds 1 januari 2020 een verordening waarbij de ja/ja-sticker ook van toepassing was op huis-aan-huisbladen. DPG Media (voorheen Persgroep) spande een kort geding aan. De gemeente Utrecht won in eerste instantie (13 december 2019).
DPG Media ging vervolgens in hoger beroep en werd op 25 februari 2020 in het gelijk gesteld. Het hof vond het aannemelijk dat in de bodemprocedure zal worden geoordeeld dat de door de gemeente ingevoerde wijziging van de Afvalstoffenverordening in strijd is met artikel 10 EVRM, waarin de vrijheid van meningsuiting, waaronder de persvrijheid, wordt beschermd en dat op die grond de verordening voor het huis-aan-huisblad niet van toepassing is.
Tegen deze beslissing stelde de gemeente Utrecht beroep in cassatie in bij de Hoge Raad. Tijdens de cassatieprocedurebesloot de gemeenteraad op 1 oktober 2020 om huis-aan-huisbladen uit te zonderen van het opt-in-systeem. Op 24 september 2021 besloot de Hoge Raad de uitspraak van het hof in stand te laten. Met het oordeel van de Hoge Raad is de uitspraak van het gerechtshof definitief.
- Arrest (Hoge Raad, 24 september 2021)
- Hoger beroep (Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden, 25 februari 2020)
- Kort geding (Rechtbank Midden-Nederland, 13 december 2019)
c) In Rotterdam is een kort geding aangespannen over de invoeringstermijn. Op 28 februari 2020 heeft de rechter bepaald dat Rotterdam het systeem mag invoeren vanaf augustus 2021, en niet per 1 april 2020. De gemeente Rotterdam heeft aangegeven in hoger beroep te gaan.
Lees de uitspraak van de Rechtbank Rotterdam
d) In Rotterdam en Den Haag waren er verdere juridische zaken in 2020 die betrekking hadden op de overgangsperiode voor de invoering van de ja/ja-sticker. De reclame-industrie drong aan op een overbruggingsperiode van minimaal 20 maanden tussen het raadsbesluit en de feitelijke introductie van de ja/ja-sticker. Het is echter besloten dat deze termijn niet verplicht is.
-
Uit de rechtszaak over het opt-in-systeem in Amsterdam blijkt dat er sprake moet zijn van een redelijke overgangstermijn. De branche moet kunnen anticiperen op de gewijzigde situatie. Het Hof keek hierbij naar het eerste moment waarop bleek dat binnen (een deel van) de gemeenteraad de wens bestond om een ja/ja-sticker in te voeren en de datum waarop het opt-in-systeem in werking trad.
Bij het bepalen van de overgangstermijn kunnen, gelet op het arrest van het Hof, de volgende factoren een rol spelen:
- de eventuele geldingsduur van een bestaand opt-out-systeem
- het feit dat sprake is van een voor de brancheorganisaties kenbaar debat over deze vorm van reclame dat bovendien al langer wordt gevoerd
- het feit dat de invoering van het opt-in-systeem het verspreiden van ongeadresseerd reclamedrukwerk niet onmogelijk maakt
De reclame-industrie drong aan op een overbruggingsperiode van minimaal 20 maanden tussen het raadsbesluit en de feitelijke introductie van de ja/ja-sticker. In een kort geding op 24 juni 2021 in Den Haag is echter besloten dat de gemeente geen overgangstermijn van 20 maanden hoeft te hanteren bij de introductie van de ja/ja-sticker.
-
De gemeenteraad kan in het belang van de bescherming van het milieu regels stellen over de preventie van afvalstoffen. Daarbij mogen ook regels worden gesteld om milieueffecten te beperken. De grondslag voor het invoeren van de ja/ja-sticker staat in artikel 10.23 Wet milieubeheer. Daarnaast heeft de gemeenteraad op grond van haar autonome verordenende bevoegdheid in de Gemeentewet de mogelijkheid om de ja/ja-sticker in te voeren.
Er zijn aanpassingen in de gemeentelijke regelgeving noodzakelijk om de ja/ja-sticker mogelijk te maken. Voor het opt-in-systeem moeten bepalingen worden opgenomen in de afvalstoffenverordening en zo nodig in de APV. In de afvalstoffenverordening moet duidelijk worden omschreven wat onder ongeadresseerd drukwerk valt en welk ongeadresseerd drukwerk al dan niet mag worden bezorgd bij inwoners met een ja/ja-sticker. De manier waarop het toezicht op de naleving en handhaving van het nieuwe systeem wordt geregeld, moet ook in de afvalstoffenverordening (of APV) worden opgenomen.
Voorbeelden van raadsvoorstellen en afvalstoffenverordeningen:
-
Bij het beschrijven van begrippen kan het volgende overzicht helpen. Dit zijn de begrippen met bijbehorende definities uit de Code Verspreiding Ongeadresseerd Reclamedrukwerk (CODE VOR). Deze is verbonden aan de bestaande systematiek.
Reclame
Iedere openbare en/of systematische directe dan wel indirecte aanprijzing van goederen, diensten of denkbeelden (tezamen: producten). Onder reclame wordt mede verstaan het vragen van diensten.Reclamedrukwerk
Ieder drukwerk dat geheel of gedeeltelijk uit reclame bestaat, uitgezonderd huis-aan-huisbladen.Samples
Goederen of monsters van goederen die ter aanprijzing worden verspreid zonder daarvoor enige tegenprestatie te verlangen.Ongeadresseerd reclamedrukwerk
Reclamedrukwerk en/of samples die gratis huis-aan-huis worden verspreid zonder vermelding van adres (of postbus) en woonplaats van de ontvanger.Huis-aan-huisbladen
Ongeadresseerde drukwerken die met een vaste frequentie gratis huis-aan-huis worden verspreid in een geografisch beperkt gebied en waarvan tenminste 10% van de inhoud bestaat uit informatie over en nieuws uit het eigen verspreidingsgebied, niet zijnde reclame, en die daarnaast reclame bevatten. -
In de gemeente Rotterdam is een percentage inhoudelijke artikelen in huis-aan-huisbladen afgesproken. In de verordening van Rotterdam is opgenomen dat een huis-aan-huisblad 30% inhoudelijke content moet bevatten. Huis-aan-huisbladen met meer dan 70% reclame-uitingen mogen alleen worden bezorgd bij huishoudens met een ja/ja-sticker.
-
Handhaving is in het huidige opt-out-systeem geen taak van gemeenten. Als een inwoner ondanks een nee/ja- of nee/nee-sticker reclame ontvangt, kan hij een klacht indienen bij de reclamebranche. Die wordt dan via een zelfreguleringssysteem van de Stichting Reclame Code verwerkt.