Leergroei in het basisonderwijs

De gemiddelde leergroei komt voort uit een CITO-onderzoek onder basisscholen, op basis van twee metingen tijdens het schooljaar 2019 - 2020 (de midden- en de eindtoets). De eerste schoolsluiting (maart 2020) vond plaats tussen deze twee metingen. De gemiddelde leergroei in dat schooljaar loopt ten opzichte van het jaar ervoor duidelijk achter voor groep 4 tot en met 7 als het gaat om spelling, rekenen en begrijpend lezen. Uit recent onderzoek van het CBS blijkt verder dat leerlingen in groep 8 van het schooljaar 2019 - 2020 gemiddeld een lager definitief schooladvies kregen dan in voorgaande jaren. Door het vervallen van de eindtoets kon het schooladvies niet naar boven bijgesteld worden. Vooral meisjes en leerlingen uit lagere sociaaleconomische klassen kregen te maken met een lager eindadvies.

Uitsplitsing van de gemiddelde leergroei naar sociaaleconomische status (SES) laat zien dat de gevolgen het sterkst zijn voor leerlingen met een lage of gemiddelde sociaaleconomische achtergrond. De vertraging in leergroei is ongeveer anderhalf keer zo groot bij leerlingen met een lage en gemiddelde SES dan bij leerlingen met een hoge SES. Dit vergroot het risico op kansongelijkheid in het onderwijs.

De vraag is in hoeverre en op welke wijze deze achterstand in leergroei is in te lopen, zonder de leerlingen te demotiveren die in de coronacrisis toch thuis hun schoolwerk hebben gedaan. Uit de gesprekken met deelnemers aan de duidingssessies blijkt dat zij zich naast leerachterstanden ook zorgen maken om de sociaalemotionele ontwikkelingen van kinderen en jongeren. Tot slot is het goed bewust te zijn van het feit dat er ook leerlingen zijn die juist goed functioneren bij onderwijs op afstand.

Stageplaatsen voor mbo-studenten

De invloed van corona op het bedrijfsleven werkt door in het aantal beschikbare stageplaatsen. (Denk aan het sluiten van de horeca of het thuiswerken van personeel). Stageplaatsen zijn nodig voor studenten om hun studie af te kunnen ronden. Een tekort aan stageplaatsen kan een belemmerende invloed hebben op de onderwijsloopbaan en de aansluiting op de arbeidsmarkt. De tekorten aan stageplaatsen voor mbo-studenten zijn aan het afnemen, al blijft de situatie ongunstig. Van de verschillende segmenten is het tekort aan stageplaatsen het grootst in de zorg.

Het aandeel NEET-jongeren (Jongeren van 15-29 jaar dat geen werk heeft en ook niet deelneemt aan onderwijs of een training) is in de afgelopen kwartalen iets gestegen. Mogelijk hangt dit samen met de oplopende werkloosheid in deze categorie.