De gemeente moet dan aan de subsidie de voorwaarde verbinden dat een strikte financiële scheiding van het peuterspeelzaalwerk en de kinderopvang wordt aangehouden.

Ook kan de voorwaarde worden gesteld dat voor het peuterspeelzaalwerk een aparte stichting wordt opgericht. Er kan ook een koepelorganisatie worden opgericht bestaande uit een commerciële organisatie en een stichting. De gemeente dient dan aan de subsidie de voorwaarde te verbinden dat de organisatie een absolute scheiding van de boekhouding aanhoudt.

Gaat men over tot een verregaande vorm van integratie, dat wil zeggen dat de peuters worden opgevangen in de kinderopvanggroepen, dan dient de gemeente kostprijsafspraken met de organisatie te maken. De gemeente koopt dan in feite peuterspeelzaalplaatsen in bij de kinderopvangorganisatie. Het is wel belangrijk om beleidsinhoudelijk voorwaarden in de overeenkomst op te nemen.