Het nationaal sportakkoord 'Sport verenigt Nederland' is verlengd tot eind 2026. Daarmee ligt er weer een stevig fundament voor gemeenten om inwoners te betrekken die minder vanzelfsprekend deelnemen aan sportieve en culturele evenementen.

Iedereen moet kunnen sporten

VWS, NOC*NSF en VNG/VSG inclusief de nieuwe partij Platform Ondernemers (POS) tekenden op 14 december het Sportakkoord II. Daarmee willen ze bijdragen aan de gezamenlijke ambitie dat iedereen in Nederland de kans heeft om zonder belemmering te kunnen sporten en bewegen en mee te doen aan culturele activiteiten, zowel actief als passief.

Voortzetting van huidige inzet

Op basis van het Sportakkoord II worden de afspraken en opgaven van het eerste sportakkoord herijkt. Het huidige akkoord, dat eind dit jaar afloopt, zorgde ervoor dat functionarissen in bijna alle gemeenten sport en cultuur dichter bij inwoners konden brengen. Wat ook weer effect heeft op de mentale en fysieke gezondheid van deze inwoners. Daarnaast is in heel veel gemeenten een sport en/of beweegakkoord gesloten om de positieve gezondheid van inwoners te bevorderen. Cultuurnota’s van gemeenten bieden veelal de aanzet tot meer deelname aan bijvoorbeeld zang, muziek of kunst.

Cofinanciering

De afspraken zijn verder gekoppeld aan financiële bijdragen van betrokken partijen en leveren de ondertekenaars een inspanningsverplichting op. De bijdragen van de ministeries VWS en OCW voor de functionarissen is gesteld op € 85 miljoen. Gemeenten moeten zelf 60% bijdragen in de kosten. Dit moet wel binnen de financiële mogelijkheden passen. Dat geldt in het bijzonder voor de periode vanaf 2026, wanneer een nieuwe financieringssystematiek moet worden ingevoerd.