Het wetsontwerp 'Breed offensief' heeft tot doel te bevorderen dat meer mensen met een beperking die niet zelfstandig het minimumloon kunnen verdienen (blijvend) aan werk worden geholpen. In de praktijk betekent het wetsontwerp nog meer bureaucratisering en juridisering in de uitvoering en meer complexiteit.

Van bijstandsgerechtigden wordt bovendien meer gevraagd, terwijl de middelen en mogelijkheden ontoereikend zijn. Dat schrijft de VNG in het position paper 'Chronisch zieken in de bijstand' (zie onderaan dit bericht), verzonden aan de Tweede Kamer met oog op een rondetafelgesprek over het wetsontwerp op maandag 30 mei.

'Werk' nog steeds het uitgangspunt

Het wetsontwerp is (nog steeds) gebaseerd op het uitgangspunt 'werk', terwijl steeds meer het inzicht terrein wint dat voor een deel van de bijstandsgerechtigden, zoals chronisch zieken, werk vooralsnog (of helemaal) niet tot de mogelijkheden behoort. Andere vormen van participatie, met nieuwe arrangementen, zijn dan meer geĆ«igend. Er wordt voorbijgegaan aan de paradigmawisseling die al langere tijd gaande is en die ook aandacht gaat krijgen bij de aangekondigde fundamentele wijziging van de Participatiewet. 

Voer discussie over positie van chronisch zieken in context

De wijziging van de Participatiewet zou moeten worden gebaseerd op eenvoud, menselijke maat, meer oog voor de uitvoering, vertrouwen en maatwerk. De discussie over de positie van chronisch zieken in de bijstand moet gevoerd worden binnen deze context. Oplossingsrichtingen kunnen alleen worden begrepen, en vragen beantwoord, binnen het totale systeem van sociale zekerheid en sociale voorzieningen.

Meer informatie