Korte introtekst.

ECLI:NL:CRVB:2019:4332

Wat is er gebeurd?

Appellante heeft diverse beperkingen in het dagelijks functioneren en ontving een maatwerkvoorziening in de vorm van hulp bij het huishouden op grond van de Wet maatschappelijke ondersteuning (Wmo). Het college verstrekte deze hulp via een persoonsgebonden budget (pgb). Het college heeft naar aanleiding van een handhavingsonder-zoek de maatwerkvoorziening ingetrokken en het pgb teruggevorderd, omdat appellante geen verantwoording voor besteding van het budget kon geven. Appelante kan zich niet verenigen met het besluit. De rechtbank heeft het beroep ongegrond verklaard.

Het college heeft een handhavingsonderzoek uitgevoerd waarin de administratie van appellante is opgevraagd. De pgb-houder heeft een verantwoordingsplicht, wat inhoudt dat hij besteding van het pgb op correcte en inzichtelijke wijze moet kunnen verantwoorden. Appellante voert aan dat zij door waterschade niet meer bewijsstukken kan aanleveren dan de bewijsstukken die zij reeds heeft aangeleverd.

Appellante stelt ook dat het pgb niet had mogen worden veranderd in zorg in natura. Zij ontkent dat zij het pgb voor iets anders heeft gebruikt. Zij vindt dat zij zelf de administratie kan doen en het pgb kan beheren. Appellante wijst ook op incidenten in de avond en nacht die met huishoudelijke hulp in natura niet kunnen worden verholpen.

Wat zegt de CRvB?

De CRvB oordeelt dat alle gronden niet slagen en verklaart het beroep ongegrond. Het verliezen van administratie komt volgens de CRvB voor rekening en risico van appellante, los van het feit dat appellante de gestelde water-schade niet nader heeft onderbouwd.

Met betrekking tot de omzetting naar zorg in natura overweegt de CRvB het volgende. De door het college inge-schakelde medisch adviseur van Scio Consult heeft in zijn rapport van 6 augustus 2015 geconcludeerd dat appellan-te door problemen met het kunnen vasthouden van de aandacht en het geheugen niet zelf de administratieve zaken kan regelen. De medisch adviseur heeft appellante beperkt geacht op het gebied van het zelf beheren van geld en het afhandelen van administratieve zaken. Appellante heeft de bevindingen en conclusies van de medisch adviseur niet met medische stukken weerlegd. Het college heeft dan ook mogen concluderen dat appellante niet in staat is om het pgb op een verantwoorde wijze te beheren.

Wat betekent dit voor jou als toezichthouder?

Zie Bergen op Zoom, ECLI:NL:CRVB:2020:1355.