De Universiteit Utrecht heeft in opdracht van de VNG en het Huis van de Nederlandse Provincies (HNP) onderzoek gedaan naar de Europeanisering van Nederlandse gemeenten en provincies. Het rapport laat zien dat allerlei gemeenten en provincies een bewuste keuze hebben gemaakt om actiever in te spelen op de beperkingen en mogelijkheden van Europese integratie. De resultaten en het rapport zijn op 22 mei 2023 aangeboden aan de minister van Binnenlandse Zaken, Hanke Bruins Slot.

Van ad hoc naar vanzelfsprekend, hoe Nederlandse gemeenten en provincies inspelen op Europese integratie

Belang van Europa

Europa is om verschillende redenen belangrijk en interessant voor decentrale overheden. Zij profiteren bijvoorbeeld van Europa doordat de Europese Unie (EU) inzet op economische ontwikkeling en innovatie via Europese fondsen. Decentrale overheden benutten daarnaast allerlei Europese netwerken om hun eigen beleidsprioriteiten te helpen realiseren en bovendien biedt Europa een platform voor grensoverschrijdende samenwerking. Naast deze voordelen zijn gemeenten en provincies ook voor een groot deel verantwoordelijk voor de uitvoering en naleving van EU-beleid. 

Belang van het onderzoek

Er ontbrak een actueel en representatief beeld van de manier waarop Nederlandse gemeenten en provincies inspelen op de EU in al haar facetten. Hierdoor was er geen goed beeld van hoe gemeenten en provincies beleidsmatig en organisatorisch op de EU reageren en welke knelpunten zij daarbij ervaren. Daarom hebben de VNG, IPO en HNP de behoeften, belangen en problemen van decentrale overheden laten onderzoeken. Op deze manier kunnen we dienstverlening ontwikkelen zodat decentrale overheden optimaal gebruik kunnen maken van de kansen die Europa biedt. 
 

Opzet van het onderzoek

Het onderzoek is een nulmeting en bestaat uit 2 delen. Als eerste werd een enquête uitgevoerd naar alle aspecten van Europeanisering: organisatorische aanpassingen, subsidieverwerving, uitvoering van wet- en regelgeving, beleidsbeïnvloeding, deelname aan Europese netwerken en de positionering van de lokale of regionale economie op de Europese markt. Daarna zijn er 48 mensen geïnterviewd en 9 groepsgesprekken gevoerd om lokale en provinciale Europeanisering verder te beschrijven en te verklaren, alsook knelpunten en oplossingsrichtingen verder in kaart te brengen. 

Resultaten

Europees beleid vraagt om een lange-termijnstrategie. EU wet- en regelgeving wordt namelijk voor een langere periode vastgesteld en is niet gemakkelijk aan te passen en/ of te herzien.

Ook het opbouwen van Europese contacten en het verwerven van positie in Europese netwerken kost tijd. Het rapport maakt duidelijk dat anno 2022 het inspelen op Europese integratie bij de provincies en een deel van gemeenten geen ad hoc beleid meer is, maar dat er een bewuste keuze is gemaakt om actiever in te spelen op de beperkingen en mogelijkheden van Europese integratie. 

Het rapport biedt een aansporing te werken met heldere Europastrategieën en Europawerkplannen én met elkaar als medeoverheden, koepels en vooruitgeschoven posten te vinden in de Europese samenwerking. Het totaalbeeld van Europeanisering laat zien dat er grote variatie is onder gemeenten.

Onder de 12 provincies zijn de verschillen niet zo groot en wordt al gewerkt met Europastrategieën en werkplannen. Het rapport laat zien dat capaciteit en grenslocatie de belangrijkste verklarende factoren zijn en laat daarbij zien dat capaciteit vele aspecten herbergt (budget; personeel; strategisch vermogen; leervermogen; uithoudingsvermogen; vaardigheden om op het Europese toneel actief te zijn) en dat grenslocatie vooral samengaat met Europeanisering gericht op de grensregio en minder op Brussel.

 

Infographic Europeanisering Nederlandse gemeenten en provincies

 

Toelichting op de infographic

Het rapport identificeert 4 fasen van Europeanisering, namelijk van de ad hoc fase naar de borgingsfase (met daartussen in de innovatiefase en de overtuigingsfase), waarin Europa een vanzelfsprekend en integraal onderdeel is van beleid en bestuur. Elke fase kent uitdagingen in de mogelijkheden die Europa biedt. Gemeenten kunnen de trap oplopen (zoals het poppetje in de infographic doet) en Europa verder in hun organisatie doorvoeren. Ze kunnen ook de trap afgaan en terugvallen op een meer ad hoc aanpak. 

Onderzoeksteam

Het onderzoek werd uitgevoerd door dr. Hans Vollaard, dr. Marij Swinkels en Lucia Feiters van de Universiteit van Utrecht. De onderzoekers werkten hiervoor samen met een projectteam van de VNG en het Huis van de Nederlandse Provincies.

Meer informatie

Voor meer informatie over het onderzoek kunt u contact opnemen met team Europa van de VNG via europa@vng.nl.

Bij interesse kunt u een kopie van het rapport opvragen via europa@vng.nl.