Op 1 januari 2024 gaat de doordecentralisatie naar Beschermd Thuis in de regio Oost-Veluwe in ieder geval door. Of de Tweede Kamer nu wel of niet voor het zomerreces instemt met de Wet Woonplaatsbeginsel. 1 Januari 2023 had misschien ook nog wel gekund, maar door alle uitstel was dat niet nodig en er bleek toch ook wel heel wat bij te komen kijken om alles goed te organiseren. Door het uitstel kregen de gemeenten nu wat extra tijd om alles tot in de puntjes te regelen.
'Alleen al met het opzetten van het inkoopproces zijn we al meer dan 2 jaar geleden begonnen', legt regionaal accountmanager André Zents (links op de foto hieronder) uit. 'De blauwdruk voor de beweging naar Beschermd Thuis lag er. Dat wilden we ook. Maar dat is een flinke verandering. En zo’n nieuw inkoopproces begin je wel met een leeg scherm. Je formuleert opnieuw je uitgangspunten, maakt een globale doorkijk naar de gewenste dienstverlening en producten en daarbij horende tarieven. Aanbieders moeten ten slotte wel weten wat er van ze verwacht wordt. Ook is het belangrijk te weten of aanbieders met de gewenste dienstverlening uit de voeten kunnen.'
Kiezen voor strategisch partnerschap
'Daarvoor waren ook al een aantal belangrijke stappen gezet', vult beleidsmedewerker Sander Scherders (rechts op de foto) aan. 'We werken nu met zo’n 50 verschillende aanbieders. Als je naar een Beschermd Thuis wilt, gaat dat niet werken. Met een kleiner aantal aanbieders kun je veel slagvaardiger werken en ook een duurzamer relatie aangaan. Dus kozen we ervoor om in te zetten op een strategisch partnerschap en raamovereenkomst met 10 partijen.'
Regio Oost-Veluwe bracht het aantal potentiële partijen eerst terug tot 12 die ook betrokken werden bij de nadere invulling van de te sluiten overeenkomst. 'Het zijn tenslotte de professionals die straks het werk moeten doen', aldus André. 'Ook alle gemeenten zaten aan tafel. Het ging daarbij over de gunningsleidraad, beschrijving van producten, inzet van personeel, de rol van regisseur, over geld. Veel van deze onderwerpen werden tijdens een aantal dialoogsessies besproken. En de aanbieders hebben ook nog 2 keer zonder ons (gemeenten, red.) aan tafel gezeten om op een aantal onderdelen voorstellen te formuleren.'
Subregionale samenwerking
Er liggen nu een raamovereenkomst en gezamenlijk opgestelde criteria op grond waarvan binnenkort 10 aanbieders zullen worden gecontracteerd. Die moeten ook onderling goed samenwerken. Want we krijgen een veel breder aanbod aan diensten. Veel van de nu ongeveer 500 cliënten in de regio zullen immers op termijn uitstromen naar een lichtere voorziening. 'Soms wordt er nu ook wel eens te zwaar geïndiceerd. Bijvoorbeeld indicaties Beschermd Wonen, waar eigenlijk vooral sprake is van een huisvestingsprobleem. Wij zien mensen uit een intramurale voorziening uitstromen die al meteen zelfstandig kunnen wonen met twee uurtjes begeleiding per week. Die hadden met betere tussenliggende voorzieningen eerder kunnen uitstromen en aan hun herstel kunnen werken. Dat gaan we nu wel regelen. Inclusief terugvalvoorzieningen.'
Sander en André schatten dat op wat langere termijn zo’n 2/3 van de cliënten die nu Beschermd Wonen kan uitstromen en met een lichtere vorm van begeleiding aan werkelijk herstel kan werken. Voor de 24/7 bereik- en beschikbaarheid moeten de aanbieders samenwerken. 'Want van hier naar Hattem ben je al gauw 3 kwartier onderweg. Doordat aanbieders die meer in het noorden van de regio werken dat samen oppakken kan dat ook gegarandeerd worden', volgens André.
Uiteindelijk gaat het volgens André en Sander voor iedereen beter en voor de samenleving ook goedkoper worden. Financieel zijn de gemeenten er onderling ook al uit. In eerste instantie stopt elke gemeente 85% in een regiobudget. De rest is voor versterking van ieders eigen sociale basisinfrastructuur. 'Naarmate er meer mensen uitstromen en in de eigen gemeente worden ondersteund, wordt de regiobijdrage minder en komt er meer geld beschikbaar voor opvang en ondersteuning in de eigen gemeente.'