In de Participatiewet ontvangen samenwonende bloedverwanten in de tweede graad, zoals een broer en zus of grootouder en kleinkind, een uitkering voor gehuwden. Zij zijn echter uitgezonderd van de gehuwdennorm als er bij één van hen sprake is van een indicatie langdurige zorg.

Onlangs heeft de Eerste Kamer in meerderheid gestemd tegen het wetsvoorstel dat hierin verandering zou brengen. Wat betekent de verwerping van het wetsvoorstel door de Eerste Kamer voor de uitvoeringspraktijk?

Hoe ziet de huidige wettelijke regeling er uit?

Mr. Petra Gerritsen gaat op de website van Stimulansz in op deze vraag.